24 november 2024
De vijfde reis van Gulliver
Fictie kan de werkelijkheid veranderen, zeggen ze. Niet alleen doordat verhalen ons een andere kijk op de dingen geven, maar ook door het bekritiseren of bespotten van een bepaalde stand van zaken, om vervolgens een nieuwe, andere wereld te verbeelden. De enige beperking zou daarbij de reikwijdte van de fantasie zijn. Satires en (anti-)utopieën zijn daarvan goede voorbeelden, twee literaire genres waarin wordt gespeeld en geëxperimenteerd met feit en fictie.
Nu ja. Sinds september is er een knotsgek reisverhaal verkrijgbaar in Nederlandse vertaling. Met graagte maakte ook ik al lezend een wonderlijke tocht, die me meer dan eens over de grens tussen werkelijkheid en fantasie voerde.
In navolging van Jonathan Swift (1667–1745), koos ook de nu helemaal vergeten Russische auteur Michail Kozyrev (1892-1941), het reisverhaal als raamwerk. De anti-utopische avonturenroman De vijfde reis van Gulliver, die hij schreef in 1936, zweeft net als de verhalen van zijn illustere voorganger, ergens tussen absurditeit, spot en ernst.
In het boek schetst Kozyrev, net als Swift, een humoristisch, ironisch en satirisch beeld van een totalitaire maatschappij waar hij na een schipbreuk in terechtkomt. De pragmatische, maar kritisch ingestelde Engelsman kan maar ternauwernood ontsnappen uit Uberal: het beste land ter wereld.
Deze anti-utopische roman mikt op het eerste gezicht op nazi-Duitsland, maar kon toch in het Rusland van Stalin niet gepubliceerd worden. In 1941 verdween de auteur in ‘de raderen der willekeur’. Pas in 1991 kon deze ronduit schitterende dystopie eindelijk gepubliceerd worden.
Politiek geëngageerde utopie en dystopie (anti-utopie) zijn evengoed specifieke thema’s die men terug kan vinden in meer dan driehonderd jaar Russische literatuur.
Politiek geëngageerde utopie en dystopie (anti-utopie) zijn evengoed specifieke thema’s die men terug kan vinden in meer dan driehonderd jaar Russische literatuur.
Voorstellingen over een ideale samenleving, al dan niet strikt en rationeel georganiseerd, zijn waarschijnlijk zo oud als de mensheid, maar lijken toch vooral voor te komen ten tijde van grote veranderingen (de ontdekkingsreizen in 16e en 17e eeuw) en technologische vooruitgang (eind negentiende eeuw). Een utopie is een perfecte samenleving, waarin alles op de ideale manier is georganiseerd en de bewoners hun leven met plezier beleven.
Het woord ‘utopie’ komt van Utopia, een roman uit 1516 waarin de Engelse humanist Thomas More uit onvrede over zijn eigen land een ideale niet-bestaande eilandstaat beschrijft.
Een van de oudste geregistreerde en meest bekende utopieën is de Hof van Eden.
Het woord ‘utopie’ komt van Utopia, een roman uit 1516 waarin de Engelse humanist Thomas More uit onvrede over zijn eigen land een ideale niet-bestaande eilandstaat beschrijft.
Een van de oudste geregistreerde en meest bekende utopieën is de Hof van Eden.
In het kielzog van dergelijke wensdromen ontwikkelen zich ook afschrikwekkende tegenmodellen: toekomstvisioenen waarin het leven op aarde een hel is geworden en de mens zijn vrijheid en autonomie is kwijtgeraakt. Met de opkomst van Science Fiction aan het eind van de negentiende eeuw is met name deze dystopische literatuur tot grote bloei gekomen.
Anti-utopische romans en boeken kennen al een eeuwenlange traditie en een aantal ervan behoort tot de ware klassieken uit de wereldliteratuur.
Teksten waarin een negatief beeld van de toekomst wordt geschilderd gelden doorgaans als waarschuwing voor de gevolgen van bepaalde maatschappelijke ontwikkelingen. Zo zou men George Orwells Nineteen eighty-four (1949) een dystopie kunnen noemen. Nederlandstalige voorbeelden zijn Blokken (1931) van F. Bordewijk en Het reservaat (1964) van Ward Ruyslinck.
Anti-utopische romans en boeken kennen al een eeuwenlange traditie en een aantal ervan behoort tot de ware klassieken uit de wereldliteratuur.
Teksten waarin een negatief beeld van de toekomst wordt geschilderd gelden doorgaans als waarschuwing voor de gevolgen van bepaalde maatschappelijke ontwikkelingen. Zo zou men George Orwells Nineteen eighty-four (1949) een dystopie kunnen noemen. Nederlandstalige voorbeelden zijn Blokken (1931) van F. Bordewijk en Het reservaat (1964) van Ward Ruyslinck.
Veel dystopieën / anti-utopieën zien er in het begin idyllisch uit, maar onthullen in de loop van het verhaal hun ware aard: sinister en gebrekkig. Denk maar aan De Hongerspelen van Suzanne Collins, Fahrenheit 451 van Ray Bradbury en De Gever door Lois Lowry.
Twee vrij recente literaire voorbeelden zijn Sousmission (2015) van Michel Houllebecq, dat een geïslamiseerd Frankrijk beschrijft en The Wall (2018) van John Lanchester, dat over een volledig ommuurd Engeland verhaalt.
Twee vrij recente literaire voorbeelden zijn Sousmission (2015) van Michel Houllebecq, dat een geïslamiseerd Frankrijk beschrijft en The Wall (2018) van John Lanchester, dat over een volledig ommuurd Engeland verhaalt.
Utopieën zijn uitvoerbaar, de vraag is alleen hoe we kunnen voorkomen dat ze worden uitgevoerd.
Nikolaj Berdiaëff
Afijn. In Kozyrevs boek zijn we getuige van de vijfde reis van Lemuel Gulliver uit Nottinghamshire, die als kapitein van een luchtschip naar Uberal reist, het beste land ter wereld, ook wel genoemd het land van de schijnheilige leugenaars.
We lezen hoe hij na zijn terugkeer uit het land der Houyhnhnms vervolgd wordt door de kerk en aan een arrestatie ontsnapt op een luchtschip en voortgedreven door de storm terechtkomt in dat fantastische land.
Hoe hij daar ter dood wordt veroordeeld, maar alsnog aan een terechtstelling ontsnapt en zowaar de verteller van de koning wordt en daarna hofkroniekschrijver van de grote en zegevierende oorlog van dat land tegen zijn aartsvijand Uzegund.
Hoe hij door loslippigheid de gunst van de leizer verliest en onbestaande wordt verklaard. Hoe hij vervolgens het leven van een onzichtbaar iemand leidt en zich weet te redden op een schip dat uit Brazilië aan komt varen.
Hoe hij ten langen leste terugkleert naar zijn vaderland en staatslieden van Brittanië en het continent verbaast met zijn verhalen.
We lezen hoe hij na zijn terugkeer uit het land der Houyhnhnms vervolgd wordt door de kerk en aan een arrestatie ontsnapt op een luchtschip en voortgedreven door de storm terechtkomt in dat fantastische land.
Hoe hij daar ter dood wordt veroordeeld, maar alsnog aan een terechtstelling ontsnapt en zowaar de verteller van de koning wordt en daarna hofkroniekschrijver van de grote en zegevierende oorlog van dat land tegen zijn aartsvijand Uzegund.
Hoe hij door loslippigheid de gunst van de leizer verliest en onbestaande wordt verklaard. Hoe hij vervolgens het leven van een onzichtbaar iemand leidt en zich weet te redden op een schip dat uit Brazilië aan komt varen.
Hoe hij ten langen leste terugkleert naar zijn vaderland en staatslieden van Brittanië en het continent verbaast met zijn verhalen.
Tussendoor vernemen we allerlei wetenswaardigheden over het rassengeweten, over de toverspiegel, boekverbrandingen, over een man die in een vrouw verandert en vrijwillige executies:
(…) “Ik stond op het punt om een uitvoeriger verklaring te vragen, maar een ander spektakel dat elke verbeelding tartte, leidde me af.
Een grote magere man met een lange baard klom op het podium waarop een galg opgesteld was, las met een keelstem een lange tekst voor, bevestigde die handig aan het voetstuk van de galg, klom op de ladder en legde zijn hoofd in de klaargelegde strop.
Ik kon dit afschuwwekkende spektakel niet aanzien en wendde me af. Maar de nieuwsgierigheid haalde het kort erna: toen ik een stap of vijf gezet had, keek ik om en zag het lijk met de lange baard als een slinger in de wind bengelen.” (fragment, pagina 34)
(…) “Ik stond op het punt om een uitvoeriger verklaring te vragen, maar een ander spektakel dat elke verbeelding tartte, leidde me af.
Een grote magere man met een lange baard klom op het podium waarop een galg opgesteld was, las met een keelstem een lange tekst voor, bevestigde die handig aan het voetstuk van de galg, klom op de ladder en legde zijn hoofd in de klaargelegde strop.
Ik kon dit afschuwwekkende spektakel niet aanzien en wendde me af. Maar de nieuwsgierigheid haalde het kort erna: toen ik een stap of vijf gezet had, keek ik om en zag het lijk met de lange baard als een slinger in de wind bengelen.” (fragment, pagina 34)
Tevens wordt de kwestie opgelost van de ongelijkheid van het onmogelijke en worden vele andere nuttige en waardevolle inlichtingen medegedeeld:
(…) “Zo werd er eerst iets zoets opgediend, daarna vlees- en visgerechten, daarna soep en tenslotte gezouten vis. De volgorde kon me niet anders dan onnatuurlijk voorkomen, maar ik kon niemand om uitleg vragen, omdat de tolk ver van mij zat. Later ben ik erachter gekomen dat dit de gewoonte aan het hof was en in ben hierdoor in heel wat onaangename situaties terechtgekomen.” (fragment, pagina 47)
(…) “Zo werd er eerst iets zoets opgediend, daarna vlees- en visgerechten, daarna soep en tenslotte gezouten vis. De volgorde kon me niet anders dan onnatuurlijk voorkomen, maar ik kon niemand om uitleg vragen, omdat de tolk ver van mij zat. Later ben ik erachter gekomen dat dit de gewoonte aan het hof was en in ben hierdoor in heel wat onaangename situaties terechtgekomen.” (fragment, pagina 47)
In het boek zijn we als lezer eveneens getuige van een groot aantal literaire vertalingen van welomschreven gemeenschappelijke kenmerken van totalitaire dystopieën. Zo portretteert de overheid hun samenleving als een utopie, de mensen worden beperkt door onafhankelijk denken en handelen en de controle van de overheid is vaak onderdrukkend:
(…) “Ze vonden het noodzakelijk om door een tiende van de onzuivere elementen uit te schakelen een grotere eenheid in de natie tot stand te brengen en daardoor de kracht van de staat te vergrtoten.
De regering vond deze maatregel uiterst opportuun.
Ik moet bekennen dat ik al deze gesprekken als grapjes beschouwde, maar in dit serieuze land land begreep niemand grapjes, zoals ik al gezegd had. De ernst van de situatie drong maar tot me door, toen de eerste lading misdadigers langs het paleis defileerde en de politieagenten elke tiende eruit haalden en dit alleroprechtste verlangen om afscheid te nemen van dit aardse tranendal begonnen waar te maken.” (fragment, p. 140)
(…) “Ze vonden het noodzakelijk om door een tiende van de onzuivere elementen uit te schakelen een grotere eenheid in de natie tot stand te brengen en daardoor de kracht van de staat te vergrtoten.
De regering vond deze maatregel uiterst opportuun.
Ik moet bekennen dat ik al deze gesprekken als grapjes beschouwde, maar in dit serieuze land land begreep niemand grapjes, zoals ik al gezegd had. De ernst van de situatie drong maar tot me door, toen de eerste lading misdadigers langs het paleis defileerde en de politieagenten elke tiende eruit haalden en dit alleroprechtste verlangen om afscheid te nemen van dit aardse tranendal begonnen waar te maken.” (fragment, p. 140)
Anti-utopieën bevatten bovendien vaak elementen van overeenstemming of extreme gelijkheid en de setting is vaak futuristisch of gesitueerd in een fictief universum:
(…)
- “Waar ben ik? vroeg ik aan de politieagent, de enige die mijn taal verstond.
- U bent in Uberal, antwoordde hij, in het beste land ter wereld.
Van zo een land had ik nog nooit gehoord.
Ik weet dat geen enkele benaming van een land zo maar een nietszeggende klank is, maar iets moet betekenen in een van de bestaande talen: zo is Frankrijk het land van de vrije mensen, Hellas zoals ook Duitsland Gods landen. Voor de benaming van dit land vond ik niets dat passender was dan het Duitse über alles en de betekenis van deze woorden – boven alles of beter dan alles – beantwoordde het best aan de benaming van het land.” (fragment, pagina’s 31-32)
(…)
- “Waar ben ik? vroeg ik aan de politieagent, de enige die mijn taal verstond.
- U bent in Uberal, antwoordde hij, in het beste land ter wereld.
Van zo een land had ik nog nooit gehoord.
Ik weet dat geen enkele benaming van een land zo maar een nietszeggende klank is, maar iets moet betekenen in een van de bestaande talen: zo is Frankrijk het land van de vrije mensen, Hellas zoals ook Duitsland Gods landen. Voor de benaming van dit land vond ik niets dat passender was dan het Duitse über alles en de betekenis van deze woorden – boven alles of beter dan alles – beantwoordde het best aan de benaming van het land.” (fragment, pagina’s 31-32)
Tot slot nog dit.
Kozyrev (uitspraak Kozierjef) vond zijn inspiratie mogelijk in de geschiedenis van Eugene Lyons, een Amerikaanse journalist van Russische afkomst die in de jaren twintig een fellow traveller was en het opnam voor de veroordeelde anarchisten Sacco en Vanzetti (The life and dead of Sacco and Vanzetti, 1927).
Na 1931 begon zijn geloof in de revolutie te wankelen. Zijn observaties er ervaringen in de Sovjetunie maakten hem tot een hevig tegenstander van het Stalinistische regime. Na zijn terugkeer naar Amerika schreef hij een boek over zijn ervaringen in het Rusland van Stalin (Assignment in Utopia, 1937).
Dit geschrift beïnvloedde George Orwell: in 1984 citeert hij de titel van een hoofdstuk uit Lyons’ boek Two Plus Two Equals Five, wat voor Lyons een verwijzing was naar het eerste Vijfjarenplan, dat Stalin in vier jaar wilde realiseren.
Kozyrev (uitspraak Kozierjef) vond zijn inspiratie mogelijk in de geschiedenis van Eugene Lyons, een Amerikaanse journalist van Russische afkomst die in de jaren twintig een fellow traveller was en het opnam voor de veroordeelde anarchisten Sacco en Vanzetti (The life and dead of Sacco and Vanzetti, 1927).
Na 1931 begon zijn geloof in de revolutie te wankelen. Zijn observaties er ervaringen in de Sovjetunie maakten hem tot een hevig tegenstander van het Stalinistische regime. Na zijn terugkeer naar Amerika schreef hij een boek over zijn ervaringen in het Rusland van Stalin (Assignment in Utopia, 1937).
Dit geschrift beïnvloedde George Orwell: in 1984 citeert hij de titel van een hoofdstuk uit Lyons’ boek Two Plus Two Equals Five, wat voor Lyons een verwijzing was naar het eerste Vijfjarenplan, dat Stalin in vier jaar wilde realiseren.
Kozyrev werd gearresteerd in 1941 en beschuldigd van antisovjetagitatie en het verspreiden van leugenachtige verzinsels over het leven in de kolchozen en de ontwikkeling van de literatiuur in de Sovjetunie. Van de ondervraging in de gevangenis van Saratov is hij niet teruggekeerd, waarschijnlijk werd hij ter plekke geëxecuteerd.
In 1963 werd hij postuum gerehabiliteerd, maar zijn vervolg op Jonathan Swifts wereldberoemde reizen werd nog niet gepubliceerd. Het zag pas in 1991 het licht:
(…) “De boer die me redde in de bossen van het verre Uberal en die ik ten onrechte aanzag voor een yahoo, leerde me anders dan ik ervoor gewoon was, te kijken naar mensen zoals hij en door hun uiterlijke ruwheid het gouden hart te zien. En wanneer de boosheid van de mensen, de domheid, sluwheid, inhaligheid, het obscurantisme en de leugen, bedekt door schijnheiligheid en huichelarij, me al te veel irriteerden en dreigden met de zoveelste aanval van misantropie, was het alleen dit soort mensen bij wie ik nu aanklopte voor medelijden en begrip en dat vond ik altijd.”
EINDE
(fragment, pagina 206)
Benny Madalijns
Meer van Benny Madalijns
In 1963 werd hij postuum gerehabiliteerd, maar zijn vervolg op Jonathan Swifts wereldberoemde reizen werd nog niet gepubliceerd. Het zag pas in 1991 het licht:
(…) “De boer die me redde in de bossen van het verre Uberal en die ik ten onrechte aanzag voor een yahoo, leerde me anders dan ik ervoor gewoon was, te kijken naar mensen zoals hij en door hun uiterlijke ruwheid het gouden hart te zien. En wanneer de boosheid van de mensen, de domheid, sluwheid, inhaligheid, het obscurantisme en de leugen, bedekt door schijnheiligheid en huichelarij, me al te veel irriteerden en dreigden met de zoveelste aanval van misantropie, was het alleen dit soort mensen bij wie ik nu aanklopte voor medelijden en begrip en dat vond ik altijd.”
EINDE
(fragment, pagina 206)
Benny Madalijns