15 juli 2025
Brief van Floris van den Berg aan zijn VUB-studenten
Beste studenten
Filosoof Floris van den Berg is docent aan het postgraduaat humanisme aan de VUB waar hij de cursus Uitdagingen van hedendaags humanisme doceert. Tijdens zijn verblijf op Terschelling bij het theaterfestival Oeral schrijft hij een open brief aan zijn studenten.
'There is a tendency at every important but difficult crossroad to pretend that it's not really there.'
– Bill McKibben, The End of Nature
– Bill McKibben, The End of Nature
Op een open plek met heide in het bos achter de duinen op een warme zomernamiddag op Terschelling sta ik in een cirkel met zo'n twintig mensen. We lopen naar elkaar toe tot onze schouders elkaar raken. We wrijven onze handen warm, sluiten onze ogen, ruiken de geuren van het bos. Voorzichtig strekken we onze handen uit naar de wangen van de personen naast ons. Onze rechterhand naar de rechterwang van de persoon rechts van ons. We laten ons hoofd rusten op de hand. De linkerarm strekt zich uit naar het midden van de cirkel en buigt naar rechts. We pakken de elleboog van de persoon rechts van ons. Onze hoofden rusten nog steeds comfortabel in de kom van de hand. De linkerhand die de elleboog vast heeft beweegt rustig van links naar rechts.
Uitkijkend over de dennen lees en herlees ik de opdrachten die jullie hebben opgestuurd, de lesverslagen, de interviews – met een katholiek, een aanhanger van newagespiritualiteit, een naturist – en jullie reflectie daarop. Ik vertel mijn partner Annemarieke over wat jullie schrijven. Zij moedigt mij aan jullie een brief te schrijven over onze leerervaring. Het college op de VUB begon met het voorstellen aan de hand van een meegebracht voorwerp. Chris neemt de zee mee en het strand van Oostende; Rik stelt zich voor met zijn Victorinox-zakmes en Chris toont een eigengemaakt kunstwerk: een stoel als nieuw mensenrecht, het recht om erop te zitten en je verhaal te doen. Ik bracht mijn klankschaal in die ik tijdens de bijeenkomsten heb gebruikt, wellicht als voorbeeld van atheïstische spiritualiteit of humanistische levenskunst.
Chris schrijft over haar wandeling met twintig deelnemers in het kasteelpark van Poeke. Filosoferen is meer dan luisteren en lezen, zittend in een collegezaal. Filosoferen gaat over actief zijn, zowel qua lichaam als geest. Het lichaam lijkt in een groot deel van de westerse filosofie vergeten. Een goed gesprek waarbij mensen aandachtig naar elkaar luisteren, waar er ruimte is voor vragen, waar er ruimte is om te reflecteren op wat er wordt gezegd, ruimte om te reflecteren over gevoelens, dat is filosoferen. Filosofie is een kunst en kunde om beter te leven, niet alleen in de toekomst, maar ook nu en hier. Passief kennis tot je nemen is een opstap naar filosoferen, als die kennis je helpt voor een beter leven met meer inzicht op een later moment. In de collegebanken zitten is uitgesteld filosoferen. Als je wandelt en denkt, solo, duo of in een groep, dan ben je actief aan het filosoferen. De methode die wij tijdens onze walkshop toepasten, namelijk het luisteren naar elkaar en dan telkens pauzeren om te reflecteren op wat er gezegd was en ook op onze gemoedstoestand, is filosofie in actie. De kennis en kunde van filosofie zit erin om mensen te helpen, aan te moedigen, te stimuleren om over onderwerpen na te denken en hen door vragen en aandacht gedachtes te laten verkennen. Als je dit met zijn tweeën doet, ben je aan het duodenken. Filosoferen is de poging om beter te leven, om samen te komen tot een betere wereld. Een wereld met minder leed en meer geluk.
Het kan om ook met een grote groep een walkshop te doen, inclusief bomenknuffelen en geblinddoekt lopen. Met een grote groep is het belangrijk om tijd te besteden aan het vormen van een knusse kring en dat iedereen elkaar kan horen en zien. Ten tweede, duidelijke instructie en een tijdsspanne (bijvoorbeeld twaalf minuten). Ten derde een iemand die achteraan loopt om te zorgen dat de groep niet verdwaalt. Een oefening als geblinddoekt lopen is een oefening in avontuur. De groep deelt een intense ervaring en wordt daardoor hechter. Degene die vooroploopt kiest een plek met bomen waar de geblinddoekte personen geparkeerd worden en wacht tot de laatste is gearriveerd, pas dan gaan de blinddoeken collectief af. Een andere optie is om de geblinddoekten te laten wachten in een kring, elkaars handen vasthoudend. Een walkshop leiden gaat over lef. Het gaat erom mensen uit hun comfortzone te krijgen en door intensieve ervaringen dieper en kritischer en creatiever te leren denken en doen. In de zomer doe ik, als de ondergrond zich ertoe leent, een blotevoetengedeelte om de aarde te voelen.
Door jullie lesverslagen krijgt mijn herinnering meer diepte. Ik zie drie perspectieven op de twee collegedagen. Ik zie een creatieve invulling van wat een lesverslag kan zijn, met poëzie, tekeningen, foto's, zijsprongen, meta-metareflectie, muziek. We spraken over wat natuur is en ik noemde het beroemde en prachtige boek The End of Nature van Bill McKibben uit 1989 waarin hij betoogt dat er geen natuur meer is waar de mens geen invloed op uitoefent. Dat boek van McKibben is een van de eerste boeken voor een breed publiek dat waarschuwt voor door de gevaren van door mensen veroorzaakte klimaatverandering. Een boek of perspectief dat aansluit bij onze natuurobservatie en dat gaat over over landschap is het boek Thinking Like a Mall. Environmental Philosophy after the End of Nature (2015) van Steven Vogel. Deze filosoof groeide op in Manhattan. Hij beweert dat er geen onderscheid is tussen natuur en cultuur. Hij is voor het creëren van een omgeving die harmonisch is en goed voelt. Dat kan dus zowel natuur als cultuur zijn. Foto's van de skyline van New York zijn zeker zo populair als posters van een idyllisch berglandschap zonder mensendingen. Tijdens de wandeling sprak ik over mijn idee om een boekje te schrijven over hekken en de rol daarvan in de cultuur en het landschap. Hekken gaan over eigendom en afscheiding, en over regulering. In de Lage Landen is een landschap zonder hekken ondenkbaar. Hekken zijn alomtegenwoordig. Er zijn talloze verschillende hekken, met talloze verschillende functies. Niet allemaal zijn ze om mensen tegen te houden: er zijn hekken voor vee, wild, voor padden. Sommige hekken zijn symbolisch, zoals een laag afscheidingshek naar de buren; andere hekken zijn functioneel, zoals de hoge hekken rondom een gevangenis. Maar goed, milieufilosoof Martin Drenthen blijkt dit boek al geschreven te hebben: Hek. De ethiek van de grens tussen boerenland en natuurgebied (2020). In plaats van het boek te schrijven, zal ik het lezen.
Ik heb genoten van het wandelen in het Zoniënwoud en het Ter Kamerenbos ten zuiden van Brussel. Mooi om vanuit het bos de stad in te wandelen. Ik had er wel tegenop gezien. Ik heb al veel walkshops gedaan met groepen studenten, maar nog nooit met twee. Ik wist niet hoe de groepsdynamiek zou zijn. Gelijk van het begin ging het goed. Met Chris en Chris hebben we tal van oefeningen gedaan. Het was intens en boeiend. Rik kon er bij de walkshop in het bos niet bij zijn.
Rik schrijft in zijn alternatieve lesverslag: 'Ik vermoed dat ik zelf ook een gevaar ben voor het humanisme, ik ben namelijk vaak apathisch. De 24-uurs-nieuwscyclus heeft me vakkundig en allicht bewust afgestompt voor enig en al menselijk leed.' Rik, door te kiezen voor het postgraduaat humanisme, toon je dat humanisme jou aan het hart ligt. Het is niet zo heel duidelijk wat je als humanist kunt doen om te helpen bouwen aan het huis van de mens. Voor Jehova's Getuigen is dat het wel: zij moeten langs de deuren gaan om hun waanidee te verspreiden. Humanisten vinden de missiedrang van gelovigen lachwekkend en vreemd. Maar hoeveel moeite doen humanisten om het humanisme uit te dragen? Zouden humanisten niet een tandje bij kunnen en vooral moeten zetten om de prachtige wijsheid van het humanisme te verspreiden? Wellicht dat jullie, impliciet, een poging daartoe gedaan hebben om een gesprek aan te gaan met iemand die anders in het leven staat en een luisterend oor te hebben en toch vragen te stellen die de ander aan het denken – en misschien zelfs wel twijfelen brengt. Het zou kunnen dat humanisten te aardig en te tolerant zijn en daardoor te weinig van zich af bijten. Humanisten willen sociale interactie beschaafd en vriendelijk houden en vermijden dikwijls moeilijke onderwerpen. Dit is een mooie eigenschap, maar het heeft als ongewenst bijeffect dat humanisme onzichtbaar is en dat intolerante en onware opvattingen te weinig weerwoord krijgen.
Het lijkt of mensen onderschatten hoe moeilijk leven is. Góed leven. Leven an sich is makkelijk. Iedereen kan het. Ons brein is echter vatbaar voor waanideeën. Humanisme is de poging om te leven zonder waanideeën en de waarheid te accepteren, ook als die pijnlijk is. Humanisme is een poging om het leven zowel als individu en als groep zo goed mogelijk te leven. Wat dat goed leven dan precies is staat ook ter discussie. In ieder geval is goed leven een reflectief leven. Humanisten kunnen anderen helpen beter te leven. Door goede gesprekken, door goede samenkomsten te entameren. Door mensen te stimuleren het beste uit zichzelf te halen. Door te stimuleren dat mensen kritisch zijn op zichzelf. Goed leven in humanistische zin vergt aandacht en moeite. Er is veel afleiding. Er zijn veel mogelijkheden. Kritisch denken, zoals Johan Braeckman dat in het postgraduaat onderwijst, is een belangrijk hulpmiddel voor humanistische levenskunst. Het je eigen maken van kritische denkvaardigheden vereist studie en oefening. Mensen zijn wezens die los kunnen komen van hun instincten en die een rijk innerlijk leven kunnen leiden. Mijn hoop is dat humanisten in de samenleving werken als een katalysator van goed leven. Dat humanistische levenskunst helpt om de samenleving als geheel kwalitatief beter te maken. Zoals jullie weten heb ik fundamentele kritiek op het huidige humanisme omdat dat nog steeds antropocentrisch is. Ik wil het humanisme uitbreiden naar ecohumanisme waarbij de morele cirkel is uitgebreid tot sentiëntisme of zelfs ecocentrisme. Helaas is binnen het georganiseerde humanisme het ecohumanisme slechts een splinter. Humanisme claimt zelfkritisch te zijn en flexibel om zich aan te passen door rationele kritiek. Ik heb daar mijn twijfels bij. Zolang humanisme antropocentrisch is, maakt het zelf deel uit van de grootste bedreiging van deze tijd: de ecologische crisis. De mensheid is schuldig aan ecocide. Op Oerol draagt Nynke Laverman haar verhaal The straight line voor, midden in het bos. De rechte lijn is de lijn van economische groei. Het is de lijn die voortstuwt richting onze ondergang. De lijn moet afbuigen. Nynke Laverman zingt een klaagzang waarbij mij de tranen over de wangelen biggelen – van schoonheid en van verdriet.
Ik ben momenteel op cultureel festival Oeral op Waddeneiland Terschelling. Ik ben in het paradijs. Annemarieke en ik zijn Adam en Eva in de tuin van Eden. Niet dat wij hier naakt rondhuppelen, want naturisme is niet zo bon ton (wat best vreemd is). De mensen hier zijn vrolijk. Homo ludens. Er is theater, beeldende kunst, muziek, stand-up, acrobatiek, meditatie. We fietsen op een tandem over het eiland van locatie naar locatie. Op dit eiland tijdens Oerol bestaat de wereld even niet. Ik zie wereldnieuws langskomen, maar het is net of dat niet echt is, alsof je een actiefilm hebt gezien en weer de vredige wereld in loopt. Oeral is humanisme. Er is ruimte voor iedereen (nou ja, niet voor de echt intoleranten), er is vrijheid, vrolijkheid. De mensen lachen en kijken blij. Humanisme gaat over het creëren van een festival van het leven, waar ruimte is voor mensen om hun creatieve talenten te ontplooien. Wat mooi is aan Oerol is dat het buiten is, op het eiland. Het publiek fietst rond. Er zijn locaties in het bos, op het strand, in de duinen, op de dijk. Niets moet, alles mag. Ik hoop dat jullie zijn geïnspireerd geraakt om als ecohumanist te helpen aan het festival van humanistische levenskunst – ook met hen die (nog) geen humanist zijn.
Met vrolijke en vrije en blije groeten uit het paradijs
Floris
sequoia mountain
Meer van Floris van den Berg
sequoia mountain