Kwintessens
-
Geschreven door Geert Lernout
  • 104 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

22 december 2025 Mag het een beetje moeilijker zijn? (deel 2)
Mijn vorige stuk onder deze titel schreef ik toen ik nog net geen kwart van de duizend bladzijden van Schattenfroh door Michael Lentz had gelezen en het was de eerste keer dat ik een recensie schreef over een boek dat ik nog niet helemaal uit had.
Ik heb ook nu nog een flink stuk te gaan, meer dan de helft, maar ik ben trager gaan lezen omdat ik bang ben van de mens die ik zal zijn als dit boek helemaal uit is. Misschien is dit gewoon een van die werken die je nooit helemaal kan lezen, en dat niet om de oninteressante reden dat lezers niet langer dezelfde persoon zijn als het boek uit is, want dat geldt net zo goed voor iets langere zinnen zoals de laatste zin van de alinea die u net helemaal gelezen hebt. Over dit soort paradoxen gaat dit boek.
Zoals de titel al doet vermoeden, is Schattenfroh een roman die vreugde vindt in schaduwen, wat hier, naast de alomtegenwoordige folteringen, wordt uitgebeeld met een volledig zwarte pagina die een bijzondere voldoening geeft aan wie beseft dat deze bladzijde verwijst naar een gelijkaardige zwarte pagina in één van die dikke boeken die ik een halve eeuw geleden in mijn kandidatuur Germaanse filologie las, Tristram Shandy van Lawrence Sterne. In die roman geeft die bladzijde (op pagina 73 in de eerste editie) de dood weer van een van de vele nevenpersonages die allemaal een rol spelen in het begin van deze dikke roman en wier verhalen ervoor zorgen dat het duurt tot ergens in het derde deel (van in totaal negen) dat de held er eindelijk in slaagt om geboren te worden. Michael Lentz is net als Sterne een meester in het uitweiden, maar hij beoefent die kunst, niet als Sterne, met de grootste ernst.
Geen wonder dat het boek over Shandy vrijwel onmiddellijk een bestseller werd in het midden van de achttiende eeuw, toen mensen nog urenlang konden stilzitten om een boek te lezen. Maar ook later nog: de waardering kwam van zowel Heine als Goethe, en zelfs van Wittgenstein en Marx. Filosofen houden van Lawrence Sterne. Bertrand Russell noemde zelfs een van zijn logische paradoxen naar de romanheld: als je zoals Tristram Shandy een jaar nodig hebt om één dag uit je leven te beschrijven, dan is je dagboek nooit af. Maar, volgens Russell, als je nu gewoon nooit sterft en dus blijft schrijven, dan is dat wél zo. Dat geldt ook voor Schattenfroh, hoewel de naam Russell niet in het boek voorkomt. 
Dit boek is een soort autobiografie, met een verteller die zijn verhaal weergeeft op een volstrekt nieuwe manier: zijn eerste zin zegt al dat ‘men’ dit schrijven noemt, maar dat hij niet beschikt over papier, pen, schrijfmachine of computer. Hij schrijft namelijk met hersenvloeistof, terwijl hij vastgebonden is en geblinddoekt; hij heeft geen tong, of kan ze niet bewegen. Hij denkt niet, of denkt tenminste niet dat hij kan denken. Iemand zegt hem dat hij net zoals de cycloop van Homerus ‘Niemand’ heet, of ‘Nemo’ en dat, in deze met anagrammen aan elkaar gewoven woordenbrij, is een slecht omen. Hij is de gevangene van een Furchtbringende Gesellschaft, de fictieve Maatschappij ter Bevordering van de Angst, als tegenhanger van de historische Fruchtbringende Gesellschaft, wat ooit de oudste academie was voor de bevordering van de Duitse taal en letterkunde. Mooie liedjes duren niet lang, maar hoelang duurt een eeuwigheid? Een hoofdpersoon die Niemand heet en voor wie tijd en ruimte bijzonder relatief zijn, moet wel wonen in een stad die Düren heet. Ik heb ver genoeg gelezen om te beseffen dat ook voor dit boek een soort Shandy-paradox geldt: hoe meer ik lees, hoe trager dat gaat. Aan het huidige tempo haal ik het misschien nog net, in de tijd die de goden me nog gunnen, maar het moet niet veel langer duren of dit loopt slecht af, zoals trouwens alles in het donkerzwarte Schattenfroh.
Een van de belangrijkste redenen voor die vertraging van het lezen is het feit dat elke zin van dit boek, op postmoderne wijze, uit een heel ander boek kan komen: wat literatuurwetenschappers intertekstualiteit noemen. Ik leerde het fenomeen kennen (voor ik wist hoe het heette) toen ik op de middelbare school in De Ogenbank van Ivo Michiels een verwijzing herkende naar Willem Elsschots ‘Het Huwelijk’. Toen moest je voor dat besef nog zowel Michiels als Elsschot hebben gelezen, maar dat is niet langer nodig, in tijden van internet en Google Books. Nu moet je gewoon een paar trefwoorden intikken en de computer doet het werk voor jou.
Maar de bijbelse Prediker wist het al, ‘Mijn zoon, wees gewaarschuwd; van vele boeken te maken is geen einde, en veel lezens is vermoeiing des vleses’. (12:12). Als je eenmaal intertekstueel begint te lezen, houdt het nooit meer op: van het ene boek tuimel je in het andere, want ook het boek waarnaar in Schattenfroh verwezen wordt, is zelf natuurlijk ook intertekstueel verbonden met weer andere boeken. Zeker als je digitaal leest, val je telkens opnieuw als Alice in een konijnenhol waaruit je alleen met de wilskracht van de wanhoop kan ontsnappen.
Ondanks het feit dat deze manier van schrijven in principe oneindig is, blijft dit boek geobsedeerd door allerlei vormen van eindigheid, met bovenaan de dood in al zijn vormen: dit is echt wel een requiem. Dat woord als ondertitel verwijst naar het eerste woord van de katholieke dodenmis: ‘Requiem aeternam dona eis, Domine’, ‘Heer, geef hen de eeuwige rust’. Dit voornaamwoord is niet toevallig een meervoud en dit boek is op de eerste plaats een requiem voor meer dan één dode. Het meest spectaculaire aantal zijn wellicht de 3100 inwoners van het Duitse stadje Düren die omkwamen in het Britse bombardement van 16 november 1944. Aken was door de Britten en Amerikanen al bevrijd, maar ze waren blijven steken voor wat de Duitsers de Westwall noemden en de Britten de Siegfried Line. Als voorbereiding van een grote aanval, lieten 485 Lancasters van het Bomber Command van de RAF in totaal 2751 ton bommen los boven Düren, met niet minder dan 148.980 brandbommen. De aanval duurde niet veel langer dan twintig minuten, maar de stad was van de aardbodem verdwenen. Voor iedere dode inwoner had men vijftig brandbommen gebruikt. Wat er van Düren overbleef, brandde dagenlang en werd ontruimd. Een week na het bombardement woonden er nog vier mensen. Van de 6431 huizen in de stad bleven er dertien onbeschadigd. De geplande landaanval mislukte en het duurde nog tot februari 1945 voor de Amerikanen in Düren de Ruhr konden oversteken. 
De ikpersoon van het boek beschrijft het bombardement en de gevolgen, maar richt zijn aandacht dan op een initiatief van een Dürense burgemeester om een lijst te maken met de namen van alle inwoners die tijdens het bombardement omkwamen (familienaam, voornaam, leeftijd, straat en huisnummer). Van iemand krijgt ‘Niemand’ de opdracht om familienaam, voornaam en leeftijd over te schrijven, en het resultaat vindt de lezer van Schattenfroh vanaf pagina 73: een handgeschreven lijst die alfabetisch loopt van Abels Johann (46) tot Zons Reiner (61). En dat is nog niet alles: er is nog een andere lijst met de doden die op 16 november 1944 alleen maar bezoekers waren in de stad. In het boek staat een fotografische weergave van de twee handgeschreven lijsten en naar verluidt, heeft Michael Lentz de lijst zelf met de hand overgeschreven, zonder fouten te maken. Hij moest maar twee keer opnieuw beginnen.
Dit zijn lang niet de enige doden in Schattenfroh. Dit requiem lijkt soms een schilderij van een dodendans en later schrijft Lentz zelfs dat voor hem het herinneren van de doden de belangrijkste opdracht van alle literatuur is. Maar nu pas valt het me op dat die zwarte bladzijde in Tristram Shandy ook op pagina 73 stond en dat, als je alle 1001 bladzijden van Schattenfroh over elkaar heen zou drukken, je een volledig zwarte pagina krijgt. En dat is dan misschien alles wat er van die drieduizend doden van Düren overblijft. Of blijft duren.
Maar wat een literaire pretentie moet Michael Lentz niet hebben gehad om te denken dat hij met zijn Schattenfroh menselijk lijden en dood kon vatten in een roman! Toch reist door die duizend-en-één bladzijden de dood voortdurend mee: dat was ook de prijs die Sjeherazade moest betalen als haar verhaal de koning niet kon bekoren. Zij kon met haar verhalen de dood bijna drie jaar lang uitstellen, maar het werk van Lentz is één lange doodstrijd. Er zijn zelfs critici die beweren dat het boek eigenlijk de film weergeeft van een leven waarop ieder van ons volgens een recente overlevering recht heeft, in die laatste seconden voor je echt helemaal dood bent. Schattenfroh is een sterfscène die iets meer dan duizend bladzijden duurt.
Met die duizend bladzijden en met al zijn pretentie heeft Lentz zich bewust ingeschreven in een grote Duitse traditie van lange en moeilijke boeken. Niet alleen de modernisten zoals Thomas Mann en de Oostenrijker Robert Musil, maar de wereldkampioen is Arno Schmidt met Zettel’s Traum (1,3 miljoen woorden). Of Die Ästhetik des Widerstands van Peter Weiss; Melodien van Helmut Krausser; Stefan Schütz met Medusa en Beelzebub. Paul Wühr maakte een dikke roman in gedichten: Salve Res Publica Poetica. Blijkbaar heeft een en ander niet met de natie maar met de Duitse taal te maken: Zwitsers lijden aan dezelfde ziekte: denk maar aan Gerold Späth met Unschlecht en Stimmgänge. En dit zijn dan nog alleen de boeken die ik zelf heb gelezen. En ik alleen, denk ik soms: dit zijn geen boeken die duimpjes krijgen, sterren verzamelen of (kijk maar na) recensies op Amazon. De drang om je roman in de breedte te laten uitdeinen heeft iets te maken met de filosofie van Hegel, denk ik, en het zal wel geen toeval zijn dat de Duitse filosoof ook in Schattenfroh een belangrijke rol krijgt: een Absolute Geest waart door Duitse landen. En de dood reist overal met hem mee.
(wordt vervolgd)
Lees hier deel 1 van dit essay.
Kwintessens
-
Geert Lernout is professor emeritus aan de Universiteit van Antwerpen waar hij Engelse en vergelijkende literatuur doceerde. Hij publiceerde in het Engels over het werk van James Joyce en in het Nederlands over de geschiedenis van het boek, over Bachs Goldberg Variaties, over openbaringsgodsdiensten en Amerikaanse religie.
_Geert Lernout -
Meer van Geert Lernout

_Recent nieuws

Bekijk alle nieuwe berichten

_Populair nieuws

Bekijk meer populair nieuws