24 oktober 2022
Eureka Europa #5: Italië: tussen Salò en Rota? Het foert van de verwaarloosden
In 1966 brachten Frank Zappa en The Mothers of Invention met de elpee 'Freak Out!' een striemende aanklacht uit op de ongelijkheid in de Amerikaanse maatschappij. Die is sindsdien alleen maar uitgediept. Veel erger nog: ze heeft ook Europa besmet en aan de rand van de wanhoop gebracht.
Digitalisering, globalisering, ongeremde liberalisering, ze zijn verantwoordelijk voor de ongelijke snelheid waarmee de samenleving ontwikkelt. In België flirt één op vijf inwoners met de armoedegrens, de Index Mundi van 2020 houdt het op 15% echte armen, net als in Zweden. In Italië is het veel wraakroepender: dubbel zoveel als bij ons. Minder dan in Griekenland (36%), maar onaanvaardbaar voor een land in de Europese Unie, die zo graag voorhoudt dat de rechtsstaat iedereen beschermt. 'Ik zal beginnen mijn faljiet te geven', schreef Paul van Ostaijen vanuit zijn Berlijnse ballingschap al een eeuw geleden in Vers 6 (De Feesten van Angst en Pijn, 1921). Zappa heeft dat vertaald naar de Amerikaanse plutocratie. De openingssong van Freak Out! (1966), Hungry Freaks, Daddy, een bijtende satire op de onverschilligheid van de rijken om het lot van de achterblijvers, laat niets aan de verbeelding over: 'Philosophy that turns away / From those who aren't afraid to say / What's on their minds / The left-behinds of the Great Society'. Dát is het Europa van vandaag, een schaamlap over de onwil en de onmacht om de eigen waarden van solidariteit en gelijkberechtiging hoog te houden.
Verongelijktheid, nijd, afgunst en afhaken zijn het gevolg, en dat vertaalt zich in de heropleving van een roep om autoritair bestuur. Er zijn nog zeven lidstaten van de EU die binnen het jaar verkiezingen organiseren, de uitslag van Zweden en Italië (en de val van de regering in Denemarken) is meer dan onheilspellend: niet de conservatieven winnen, maar uiterst rechts. In Zweden zijn de Sverigedemokraterna de op één na grootste partij geworden, en meteen kingmaker van een eurosceptische, nationalistisch-traditionalistische coalitie. Italië is dan weer het toonbeeld geworden van de afkeer van de hulpeloze politiek die er niet in slaagt de welvaart en het welzijn van de gewone man te verzekeren. Eén derde van de kiezers daagde niet eens op, tegen eind oktober is er wellicht een zeer behoudsgezinde regering op de been gebracht (die is er inmiddels, n.v.d.r.) die het midden houdt tussen postfascisme (zoals de marionettenrepubliek van Salò tussen 1943 en 1945 waarbij dictator Mussolini niet meer was dan een schim die vanuit Berlijn werd aangestuurd) en oerconservatieve ethiek (zoals de pauselijke rechtbank, de Rota, die over het huwelijksrecht gaat). Dankzij een staartster die als een raket de hemel is ingeschoten door de kiezer: Giorgia Meloni en haar Fratelli d'Italia. In één klap springt ze naar de eerste plek met 26% van de stemmen (geen 5% in 2018), en verovert met andere populisten – de Lega van Matteo Salvini en Forza Italia van de veroordeelde Silvio Berlusconi (in 2013 kreeg hij zeven jaar cel voor machtsmisbruik, belastingontduiking en aanzetten tot prostitutie, die hij niet moest uitzitten vanwege 'te oud'; plus een levenslang verbod om openbare functies te bekleden – uiteraard vanwege 'goed gedrag' opgeheven in 2018) – de absolute meerderheid: 237 op 400 zetels in de kamer, 115 op 200 in de senaat. Gelukkig geen tweederdemeerderheid, want dan had het rechtse blok naar eigen inzicht de grondwet kunnen wijzigen. Niettemin is er alle reden tot argwaan.
De sussende woorden van Europakenner Hendrik Vos zullen niet volstaan: 'Europa raakt stilaan vertrouwd met figuren als Meloni. Radicaal-eurosceptische partijen belandden al in regeringen in Oost-Europa of in Oostenrijk, of ze gaven gedoogsteun. (…) De scherpste, snedigste en meest krankzinnige ingrediënten komen in de realiteit nooit op tafel. Tot dusver is het de Unie gelukt om lastige bewindsploegen uit te zweten'. Ik deel dat optimisme niet. We hebben de sociaal- en christendemocratie zien verschrompelen door al te grote toegeeflijkheid aan de NSDAP in de Weimarrepubliek. Vandaag zijn de (a)sociale media en de snelheid van (des)informatie zo invloedrijk dat er een veel gevaarlijker machtsgreep aan de gang is. Niet door onderdrukking, wel door de bespiedingsmaatschappij en de 'nieuwe stijl' van dictators, waarvoor Caroline de Gruyter angstvallig waarschuwt: 'Hedendaagse autocratieën werken onder democratische dekmantel'. Ze zijn 'meer gelikt', minder gewelddadig, maar nemen 'achter de schermen geraffineerd en onzichtbaar de touwtjes in handen'. Door afpersing en tussenpersonen, door manipulatie van het gerecht en de media. Viktor Orbán achterna. En door kapitaalsconcentratie – 'Millionen stehen hinter mir'.
Wil dat zeggen dat Italië op de roetsjbaan naar het hellevuur zit? Eigenlijk niet, want de derdegrootste economie van de EU is notoir onstandvastig: sinds de stichting van de republiek in 1946 heeft het land al 56 regeringen en 30 eerste ministers vermalen. Maar waarom werd dan de regering Draghi afgestraft? Eenvoudig, Draghi was een kleurloze bankier, hoog gewaardeerd als hoofd van de Europese Centrale Bank en door de Europese Raad, maar onbemind in eigen land. Omdat hij te ver afstaat van de gewone man. Omdat hij recepten toepaste (strakke begrotingscontrole, geloofwaardig beleid) die geen enkele kiezer interesseren, en op maat van de bedrijfswereld zijn gesneden. Omdat hij zijn hand overspeelde door koppig vast te houden aan een regering van nationale eendracht (de Broeders van Italië terzijde gelaten). 'Het volk wil biefstukken', om het met Edward Anseele te zeggen. En minder belastingen. En betaalbare energie en voedsel. En minder inwijkelingen. Vooral dat, minder vluchtelingen.
Daar had, in de kiescampagne tenminste, Meloni een antwoord op: terug naar de klassieke gemeenschap, van gezin, familie, clan en eigenheid. Half juni gaf ze zich bloot op een bijeenkomst van het nog fascistischer Spaanse Vox: 'Weg met de homo's. Ja aan man en vrouw, nee aan de genderideologie. Weg met de vreemdelingen, werk voor eigen volk. Weg met de internationale bankwereld. Weg met de bureaucraten in Brussel'. Sindsdien is haar toon aardig verzacht. Of dat haar betrouwbaarheid ten goede komt, staat te bezien.
Ik lees dan wel in The Economist een brief van een voormalig Italiaans ambassadeur dat er misschien wel een band bestaat met het neofascisme, maar de sociaaldemocraten, dat zijn toch 'een mengsel van communisten en linkse christenen, met stalinistische wortels'. Mussolini is al 80 jaar dood (nou ja, 77 jaar), maar de Sovjet-Unie met zijn goelags en zijn 'illiberalisme' heeft tot 1991 nagewerkt. 'Wie is er dan een bedreiging voor Europa? Toch de Fratelli niet?' Dat soort redenering doet weinig ter zake. Belangrijker is de afhankelijkheid van de EU zelf. Draghi is erin geslaagd vrijwel 200 miljard euro los te weken van de Unie in het kader van de heropbouw na de pandemie. Daarmee wil Meloni de zware inzinking van Italië te boven komen, want de schuld bedroeg al 155% van het BBP (en zonder de spaarboekjesbuffer van bv. België). Ze wil dat doen naar Brits model: fors hakken in belastingen, minder subsidies, afschaffing van een bedrijfstaks, een vlaktaks van 15% voor belastbare inkomsten tot € 100 000, meer pensioenen en kindergeld. Die voordelen voor de burger moeten het binnenlands verbruik stimuleren en investeringen aantrekken. De geraamde groei van anderhalf procent wordt echter volledig tenietgedaan door de huidige inflatie, 9,5% in september. De vlucht vooruit dan maar?
Dat kan, als Meloni zich in regel stelt met de voorwaarden van de Europese Commissie. Wat dan weer afhangt van hoe ze haar kabinet wil bevolken. Het ziet ernaar uit dat ze enkele gevestigde, betrouwbare waarden van de vorige regeringen wil overnemen, zoals de vroegere buitenlandminister Julio Terzi di Sint'Agata of klimaat- en milieuminister Roberto Cingolani. Daarnaast maken flink wat technocraten een kans – wat wel het politiek gekrakeel kan ontmijnen, maar even vervreemdend overkomt als de regering van Draghi was. België heeft er ervaring mee, zeven niet of nooit verkozen ministers in de huidige regering, het is noodlottig voor het vertrouwen in de politiek.
Meloni schermt met het afzweren van haar verleden bij de fascistische MSI en de al even rechtse Allianza. Nochtans heeft ze onverbloemd Mussolini een 'keurige man' genoemd, 'die alles wat hij deed voor Italië deed' (een riedeltje dat we ook over de Belgische koningen ten treure moeten aanhoren). Maar Meloni gebruikt een al te doorzichtige tactiek, afgekeken van het Britse tv-feuilleton The Avengers (bij ons uitgezonden als De Wrekers en bij de Franstaligen als Chapeau Melon et Bottes de Cuir), maar dan in de Duitse versie. Daar heette de reeks Mit Schirm, Charme und Melone. Dat is precies wat ze inzet. Zijzelf, Meloni, was de inzet van de verkiezingen, een jongere, onervaren politica met haar op de tanden. Charme stroomde van de kiescampagne zelf, de wolvin had zich in schaapskleren gehuld: geen actie ten voordele van Rusland, geen radicale uitzetting van vluchtelingen, geen inperking van de vrijheden, geen anti-Europees discours. Ze trok meteen haar regenscherm open en liet de haatspraak aan haar verbondenen, Salvini en Berlusconi. Waar ze eindigt – in het pluche van de eerste minister of in de goot – hangt af van die twee trouwe(loze) kompanen. De auguren staan slecht. Na goed vier weken is het al danig hommeles. Eerst was er gekrakeel over de verdeling van de ministerposten. Daarna over de rol van een vrouw als premier: Berlusconi heeft grote Europese ambities, Meloni geeft voorrang aan binnenlandse problemen, en dat strookt niet met mensbeeld van de oude krokodil die als man het échte werk wil doen. Maar nog erger was een uithaal van Berlusconi naar Meloni zelf, die hij nu moet opsmukken met breedlachende, gezamenlijke foto's. Hij had op een papier met eigen hoofding in de senaat en voor alle camera's een reeks scheldwoorden over haar opgeschreven. ABC News had geen moeite ze te ontcijferen: '"Giorgia Meloni", wrote Berlusconi, jotting down that her ways are "presumptuous, bossy, arrogant, offensive". A fifth adjective, "ridiculous", appeared to have been scribbled over.' Nou ja, merkte een vroegere woordvoerder Antonio Razzi op, 'Silvio non è venuto a Canossa ma solo per scusarsi di quanto accaduto, specialmente sull'elezione di La Russa e per dire che bisogna andare avanti insieme' ('Silvio kwam niet naar Canossa. Hij kwam alleen om zich te verontschuldigen, met name over wat met de verkiezing van La Russa gebeurde, en om aan te dringen op de noodzaak samen vooruit te gaan').
La Russa is al verkozen tot senaatsvoorzitter. Hij is medestichter van de Fratelli d'Italia, en een verzamelaar van fascistische memorabilia. Berlusconi viste ook achter het net in het Lagerhuis. Daar ging de eer naar de oerconservatieve euroscepticus Lorenzo Fontana, een ongegeneerde bewonderaar van Mussolini, en van Poetin. Uit de Lega van Salvini. Forza Italia stond met lege handen. Het blijft moeilijk slikken voor Berlusconi dat hij als 86-jarige de 'junior partner' moet spelen in het triumviraat. Hij hengelt nu naar vijf ministerposten. Als er een regering komt tenminste. En of ze lang zal overleven. Ik geef ze acht maanden. Of daaromtrent.
Meer van Lukas De Vos