Het Vrije Woord
Geschreven door Gert De Nutte
  • 214 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

22 oktober 2024 Z van Zwendel*
Over Aleksandr Skorobogatovs 'Oorlogskronieken' en andere Russische tragedies
'The world has become mad.' 'Yes', Brother Damian agreed, 'it has been mad for some time.' (John Banville, The Lock-up)

'De witte lappen worden opgeborgen – en opnieuw fluit het dood en lijden brengende geschut, opnieuw vloeit het onschuldige bloed en klinken het gekreun en de vervloekingen op.' (L.N. Tolstoj**, Sebastopol in mei)

'(…) voor de toeschouwers is ons bloed tomatenketchup, voor de betrokkenen is het echt bloed, hun eigen bloed.' (György Konrád, De medeplichtige)
Cover 'Oorlogskronieken'
_Verhalen uit Belarus, Rusland en Oekraïne
Wie van de 'Verhalen uit Belarus, Rusland en Oekraïne' zoals de ondertitel luidt van deze Oorlogskronieken van Aleksandr Skorobogatov, in Antwerpen wonend Wit-Russisch auteur, zoetgevooisde belletrie verwacht, die komt enigszins bedrogen uit. In het beste geval zijn deze kronieken zoiets als true crime stories van het gruwelijker soort, met in de bedenkelijke hoofdrol de crapuleuze, abusievelijk door sommigen nog altijd als staatshoofd bestempelde maffioso, of eerder capo di tutti capi, gewetenloze Godfather van een crimineel staatsapparaat, Vladimir Vladimirovitsj Poetin, de Groot-Russische devil wearing Prada, de oom Dagobert van het imaginaire Derde Rome, badend in alle denkbare high end luxury goederen, bij voorkeur van westerse manufactuur (immersie is blijkbaar de beste manier om de vijand te doorgronden). Allesbehalve fictie dus, deze 'verhalen', maar zoals dat wel vaker gebeurt overtreft de rauwe werkelijkheid de goorste fantasie.
'Het ergste wat er vandaag bestaat', aldus George Steiner in een gesprek met Jean-Pierre Rondas uit 2004, 'is de algehele onverschilligheid, de apathia, de verspilling van een zijnskans'. Steiner verwijst naar Aristoteles die zegt dat het Griekse woord 'idioot' slaat op de persoon die thuisblijft omdat hij niet betrokken wenst te geraken bij de politiek op het marktplein. 'Zo iemand heeft volgens hem het recht niet de politici voor varkens uit te maken, want waarom probeerde hij dan niet om het beter te doen dan zij?'. Welnu, betrokkenheid en alles wat dat begrip oproept in de context van het (mondiale) politiek bedrijf – engagement, zorg, mededogen, angst, droefheid, boosheid, ergernis, machteloosheid … –,  is het leidmotief van deze ontluisterende Oorlogskronieken die bij de lezer het (schaam)rood (en het rood van zovele andere emoties) op de wangen brengt.
De Proloog zet de toon, met een mokerslag uit de persoonlijke geschiedenis van de auteur: de trieste, gruwelijke dood van zijn vijftienjarige zoon Vladimir, na een martelnacht voor dood achtergelaten in een greppel langs de weg, in de buurt van een bushalte. Gevonden door twee vrouwen, die de hulpdiensten belden en daarna gewoon op de bus stapten, op weg naar hun werk. Voor de hulpdiensten was de zoveelste (veronderstelde) alcoholist geen prioriteit … Het smartelijke 'verhaal' van Aleksandrs zoon is een trieste metafoor voor de centrale thema's van dit boek: het afglijden van Rusland (en vazalstaat Belarus) in de orwelliaanse horror van een repressieve autoritaire staat, de oorlog in Oekraïne, en misschien vooral de verpletterende verantwoordelijkheid van wie erbij staat en ernaar kijkt, niet zozeer de angstige burger (die vandaag nog nauwelijks een kant op kan), maar vooral het gedurende veel te lange tijd lijdzaam toekijkende, passieve, vreesachtige, opportunistische Westen. Deze Oorlogskronieken zijn een striemende aanklacht tegen die tergende lankmoedigheid, onverschilligheid, medeplichtigheid, een aanklacht en een pleidooi van een auteur in ballingschap, die 'geboren is in een land dat niet meer bestaat'. 'Wit-Rusland, Rusland en Oekraïne waren niet alleen een deel van dat land, maar ook een deel van mijn eigen leven, een deel van mijn ziel.' 'Je mag je vaderland nooit opgeven', zo roept een personage in de 'ballingschapsroman' De vulkaan van Klaus Mann, 'je mag het onder geen beding opgeven, want het is onvervangbaar. Als je vaderland lijdt, moet je mee lijden (…), je mag niet slimmer of gelukkiger willen zijn dan het volk waartoe je behoort.' De schrijver Aleksandr heeft geen andere keuze dan die greppel wél in te stappen, het hoofd niet af te wenden van de gruwel en met zijn getuigenis de wereldgemeenschap de spiegel voor te houden: 'Ik kan niet doen alsof ik geen mensen in de greppel zie liggen, stervend door de schuld van ondenkbaar kwaadaardige, wrede misdadigers, massamoordenaars die in de presidentiële kabinetten van Rusland en Wit-Rusland zetelen, de erfgenamen en geestelijke zonen van Hitler en Stalin'. 'Tegen de geestelijk inhoudsloze agressiviteit van de barbarij', zo schrijft nog Klaus Mann, 'hebben wij als sterkste, edelste en effectiefste wapen ons constructieve, substantiële denken, onze morele ernst, onze hoge culturele ambitie'. En zo sluit Skorobogatov aan bij een lange en bewonderenswaardige traditie: 'Russian literature', schrijft George Steiner in On Difficulty and Other Essays, 'from Pushkin and Turgenev to Pasternak and Solzhenitsyn, has always been samizdat. The cost in personal suffering, in the eradication of personal talent, has been vast.' Of wat Steiner daaraan toevoegt in de context van een textbook Orwell-staat nog van toepassing is, is vandaag maar de vraag: 'But the paradoxical gain has also been eminent. No society reads more vehemently, to none is the writer a more indispensable presence' …
_Augur, Haruspex
De Oorlogskronieken zijn een bundeling van teksten, overwegend in de vorm van opiniestukken, die verschenen in De Standaard en NRC Handelsblad (en eentje in De Morgen) tussen november 2020 en juli 2023. Als geheel geven ze een goed maar veelal ook ontluisterend beeld van de recente geschiedenis ten oosten van de Europese NAVO-grens. Ontluisterend is trouwens ook de vaststelling dat Skorobogatov al in december 2021 schreef dat Poetins oorlog tegen Oekraïne wellicht niet te vermijden zou zijn, terwijl vele westerse leiders (met notoire uitzondering van de VS) daar op dat moment niet zonder enige naïviteit en een stevige portie wishful thinking blijkbaar nog anders over dachten (de lezer herinnert zich het bezoek van de Franse president aan Poetin begin februari 2022, nauwelijks enkele weken voor het begin van de oorlog). De logica achter de voorspelling was nochtans onwrikbaar, de vlucht van de vogels en de aanblik van de ingewanden lieten weinig aan de verbeelding over: Poetin voert oorlog als zijn populariteit zienderogen afneemt, een cynische tactiek die ook in het recente verleden wonderwel succesvol bleek – getuige de Tweede Tsjetsjeense Oorlog, de oorlog met Georgië en de eerdere interventie in Oekraïne met de annexatie van de Krim in 2014. Bovendien was Oekraïne in opstand gekomen tegen zijn 'president-bandiet' (de Poetin-satraap Janoekovytsj) en mag 'voor bandiet Poetin het project van een vrij en welvarend Oekraïne niet slagen en kan er nooit vrede zijn op Oekraïense bodem, omdat de Russen geen voorbeeld mogen hebben van een geslaagde opstand tegen een president-bandiet'. In datzelfde opiniestuk drukte Aleksandr (tevergeefs zoals zou blijken) al expliciet de hoop uit 'dat het Westen deze keer moed en standvastigheid zal tonen in zijn confrontatie met het regime van Poetin (…) nog belangrijker, dat het Westen eindelijk begrijpt dat Poetin en zijn misdadige regime niet het echte Rusland zijn en dat het land en de Russen verlangen naar een gezond, vrij en welvarend Rusland dat omringd wordt door vrienden, en niet door ontelbare vijanden bedacht door een paranoïde dictator in het Kremlin'. Quod non dus.
_Schuldig verzuim
Als er een (bloed)rode draad oogverblindend oplicht en oorverdovend weerklinkt in deze kronieken, is het de tot in den treure herhaalde oproep, smeekbede, vermaning, oekaze (die uiteindelijk moet uitmonden in een triest en wrang verwijt) gericht tot Europa en het Westen om de door Poetin en zijn maffiabende geterroriseerde bevolking in Belarus, Oekraïne en Rusland niet in de steek te laten en actief te helpen in hun strijd tegen een nietsontziende misdadige tirannie. De titels van opeenvolgende stukjes en de litanie van bedes, waarschuwingen en vermaningen spreken boekdelen. Een kleine, willekeurige bloemlezing: 'Europa heeft de Wit-Russen aan hun lot overgelaten'; 'De wereld moet maffiabaas Poetin nú tegenhouden'; 'Laat Poetin niet langer begaan'; 'Een nieuwe Hitler is opgestaan'; 'Het Westen mag protesterende Russen niet in de steek laten'; 'Gun maffiabaas Poetin geen trofee'; 'Nu is het tijd om de illusies te laten varen' (een danteske knipoog, de geografische coördinaten van de poort naar de hel zijn gekend vandaag); er is nood aan 'een compromisloze internationale reactie, en van het Westen in het bijzonder'; 'Het vergt internationale solidariteit, vastberadenheid, wijsheid, geduld'; 'Ik zou zeggen: "Word wakker, Europa", als ik dacht dat Europa aan het slapen was. Maar Europa is bang'; 'en opnieuw bleef het Westen stil'; 'de zwakte en lafheid van Europa'; 'Nogmaals: als Poetin morgen openlijk Oekraïne binnenvalt, is dat ook de schuld van het Westen zelf' (QED); '(…) heeft het Westen niets ernstigs ondernomen om Poetin tegen te houden'; enz. enz. Of dat telkens opnieuw achter de feiten aanhollende Westen inmiddels veel geleerd heeft? De vraag stellen is ze beantwoorden …
_Lasciate ogni speranza?
Het is niet verwonderlijk: de auteur van de Oorlogskronieken aarzelt tussen hoop en wanhoop, tussen de doem van de realiteit en de droom van een verlossing in een onzekere toekomst (Paul Lynch in de beklemmende dystopische roman Prophet Song, Booker Prize 2023: 'seeing that out of terror comes pity and out of pity comes love and out of love the world can be redeemd again'). Voor Aleksander Skorobogatov is het symbool van de hoop de 'vrolijke' koppigheid van oppositieleider Navalny, die met een haast achteloze, terloopse, onthechte doodsverachting weigert om te plooien voor Poetin en zijn regime. Met zijn bewuste terugkeer naar Rusland na de zware vergiftiging met novitsjok (een favoriet moordmiddel van het regime, net zoals open vensters op dodelijke valhoogte) tekende Navalny met voorbedachte rade zijn doodvonnis, dat in de periode waarin deze teksten geschreven werden evenwel nog niet was uitgevoerd. 'Navalny elimineren staat gelijk aan de hoop elimineren', schrijft Aleksandr nog in januari 2021. Maar ook: 'Als het Poetin lukt om Navalny te vermoorden, wie weet wanneer in Rusland een vergelijkbare figuur zal opstaan, en of dat ooit zal gebeuren'. Tetelestai, zoals Christus uitroept in Johannes 19:30: inmiddels is de daad volbracht, op 16 februari 2024 was de lang aangekondigde moord een feit. Politieke vijand nr.2, oppositiefiguur Vladimir Kara-Murza die ook al twee keer een vergiftigingspoging overleefde, met blijvende schade aan zijn gezondheid tot gevolg, verkeert sedert begin juli (het moment waarop ik dit schrijf, GDN) ook in kritieke toestand. Na zijn veroordeling tot 25 jaar cel wegens verraad, vanwege zijn kritiek op de Russische oorlog in Oekraïne en zijn aanhoudende oproepen aan het Westen om sancties tegen Moskou af te kondigen, verblijft hij in de zwaarbeveiligde strafkolonie IK-6 in het Siberische Omsk (voor wie dacht dat de Goelag en Kolyma tot het verleden behoorden?). Hij wordt vastgehouden in (volgens een bericht in De Standaard van 6 juli 2024) een grimmige isoleercel van zo'n zes vierkante meter, met een bed dat overdag aan de muur is bevestigd om te voorkomen dat hij gaat liggen. Zijn lot staat geschreven in de Siberische sterrenhemel: mocht Poetin een literatuurliefhebber zijn, zou Marquez' Kroniek van een aangekondigde dood wellicht zijn favoriete bedside book zijn, naast de Bijbel, vanzelfsprekend. En In de strafkolonie van Kafka, maar dat is wellicht te subtiel voor beul Poetin.
Is met de eliminatie van Navalny (en binnenkort Kara-Murza, en zovele, ontelbare anderen) inderdaad ook de hoop geëlimineerd? 'Rusland zal genezen, of Poetin dat nu wil of niet', schreef Aleksandr nog in februari 2021 (een jaar voor het uitbreken van de oorlog). In hetzelfde stukje: 'Elke dictatuur creëert en lanceert eigenhandig haar zelfvernietigingsmechanisme. Maar een klein jaar, en inmiddels vele doden en onnoemelijk veel miserie en ellende later, lijkt de genezing verder weg dan ooit: Poetins Rusland eindigt 2022 als een totalitaire dictatuur, vijandig tegenover zijn eigen volk en de hele wereld, bereid om honderdduizenden levens van Russen en Oekraïners op te offeren om dictator Poetin aan de macht te houden, om het regime van schurken en moordenaars te laten voortbestaan. "Rusland, waar snel je heen?", vroeg Gogol in zijn Dode zielen in 1842. Honderdtachtig jaar later, op de laatste dag van 2022, raast Poetins Rusland naar de afgrond. Rusland zal die val niet overleven'. Als Aleksandr zijn oude Oekraïense vriend Oleksandr die in Kiev woont eind 2022 vraagt 'of verzoening volgens hem mogelijk is', is het cynische antwoord: 'Natuurlijk wel, maar niet voor onze generatie en niet voor onze kinderen of kleinkinderen'. De ambivalentie van de (wan)hoop wordt nergens beter geïllustreerd dan in dit staaltje gitzwarte humor aangehaald door Ryszard Kapuscinski in zijn magistrale journalistieke reisverhaal (wellicht meer verhaal dan journalistiek, maar niettemin magistraal) Imperium. Ondergang van een wereldrijk, uit 1993: 'In de Russische spreektaal is de naam Kolyma op wonderbaarlijke wijze in een troostwoord veranderd: als alles er echt slecht voor staat, belabberd, verschrikkelijk, troost de ene Rus de andere door te zeggen: "Wanhoop niet, op Kolyma was het erger!"'. Wanhoop niet, op Kolyma was het erger …
_Angst
Misschien is met de dood van Navalny niet alleen de hoop, maar ook de moed verdwenen. '"Ik ben niet bang" was het devies van Navalny, en hij toonde dit met verbazingwekkende duidelijkheid en moed aan. "Wees ook niet bang", zei hij verder, en duizenden mensen, door zijn voorbeeld geïnspireerd, voelden plotseling dat ze daadwerkelijk niet bang zijn, dat angst irrationeel is, door het systeem in hun bewustzijn geïmplanteerd, dat er geen reden tot angst is, omdat mensen in hun streven naar vrijheid en welzijn altijd gelijk hebben. En ze gingen de straat op.' Dat was 2021 … Inmiddels is de repressie zo totaal en nietsontziend dat, net zoals in de horrorjaren van Stalin, 'verzet tegen de staat erger lijkt dan de dood, en vooral: volkomen zinloos. Want de macht van de staat, die mensen decennialang breekt, lijkt absoluut onoverkomelijk. Zich ertegen verzetten is net zo zinloos als zich verzetten tegen de zwaartekracht.' Vandaag is Rusland een land van 'misleide, geïntimideerde en rechteloze mensen, in wezen slaven die geleid worden door Poetins slavendrijvers aan wie alles is toegestaan. Alles wat noodzakelijk is om de slaven van vandaag op de knieën te houden. Dit is de nalatenschap van de 70-jarige bandiet Poetin (…).'
In De trein naar het Imperium. Reizen door het Rusland van nu, een persoonlijk, impressionistisch, maar ook en wellicht daardoor erg tactiel en veelzeggend reisverslag van de Poolse auteur en journaliste Maja Wolny, zindert op iedere pagina de onbestemde angst voor de dreiging van het alziend, alwetend, alomtegenwoordig oog van het achterdochtige, repressieve regime – overigens niet onterecht zoals de auteur zal ondervinden wanneer ze uiteindelijk aan de grens met Belarus wordt opgepakt en haar voor de komende twintig jaar de toegang tot het Imperium wordt ontzegd. Wie naar het Imperium reist, moet 'op de een of andere manier omgaan met de angst die zich moeilijk laat benoemen. Alle bekenden die ik voor mijn vertrek sprak over mijn reis, stelden me dezelfde vraag: "Ben je niet bang?"" "Maar dit is Rusland', schrijft Maja nog, 'hier wordt angst de hele dag door gebruikt als ordenend principe'. De angst werkt door in haar onbewuste: 'Ik droom van een onbestemd gevoel van dreiging in een donkere, haast pikzwarte kleur'. Die angst treft niet alleen de kwetsbare reiziger uit het Westen, maar is alomtegenwoordig bij de bevolking en uit zich onder meer in het steevast vermijden van oogcontact, op straat, in publieke plaatsen, in bussen en treinen, overal: 'Ik kan maar moeilijk wennen aan dat vermijden van oogcontact. Het maakt niet uit of ik naar de weg, de tijd of het dichtstbijzijnde metrostation vraag, ik tref altijd ogen die niet willen zien, een onverschilligheid die angst verbergt. Angst waarvoor precies? Misschien is het de angst voor volledige ontmenselijking, uit ogen kun je alle emoties aflezen, die je nu, tijdens de oorlog, maar beter kunt verbergen.' En zo wordt protest in Rusland, na de totale repressie die volgde op de agressie tegen Oekraïne, na het monddood maken en gewelddadig elimineren van iedere oppositie, na het wegsturen en wegjagen van (mogelijk) enkele miljoenen burgers die niet akkoord zijn met de gang van zaken, zo wordt het Russische protest vandaag beperkt tot het stilletjes voor zich uitstaren in de privéruimte, als enige plek waar het individu zich nog ongestraft kan overgeven aan de eigen, vrije gedachte (of zelfs dat niet?). Maja Wolny: 'Ik zie duizenden gezichten met hun handen voor de ogen en tranen die ze niemand mogen laten zien. Zo ziet protest in Rusland eruit. Dat is vrijwel de enige mogelijke en vooralsnog onbestrafte vorm van verzet. De veilige ruimte in dit land is de veertig vierkante meter achter de voordeur van je eigen woning en alleen daar wordt geprotesteerd.'
Het is al vaker gezegd en geschreven: de belangrijkste karaktertrekken van de Rus, die verankerd zijn in de 'Russische volksaard' zijn de lijdzaamheid en het 'niet-aflatende streven naar lijden' (Michajlovski, 19de eeuwse Russische auteur). Kapuscinski verwijst in dat verband naar de grote negentiende-eeuwse Russische filosoof Vladimir Solovjov die de Russische natuur kadert in het wezenlijke verschil tussen de oosterse en de westerse cultuur: 'De tegengesteldheid van de twee culturen, de oosterse en de westerse, tekende zich al af in de wieg van de geschiedenis van de mensheid. Terwijl het Oosten zijn cultuur fundeerde op de absolute onderwerping van de mens aan een hogere macht, aan het bovennatuurlijke, werd de mens in het Westen overgelaten aan zijn eigen vindingrijkheid die hem alle ruimte gaf om zijn aangeboren creativiteit te ontwikkelen.' Wat er ook van zij, het lijkt er vandaag sterk op dat het regime van Poetin zijn slag heeft thuisgehaald, dat samen met treinverbindingen, handels- en andere relaties, communicatielijnen, culturele en wetenschappelijke uitwisselingen en dies meer, de draden die Rusland een tijdlang met Europa verbonden (weer) zijn doorgeknipt. Maja Wolny verwoordt het metaforisch en plastisch als volgt: 'De kilte waait je tegemoet. Uit het Oosten: een krachtige, stormachtige wind die doordringt tot je botten.' Of elders: 'Ik voel de kilte van het Imperium. Het alziende oog. Verboden.' Frank Herbert in Dune: 'Fear is the mind-killer. Fear is the little-death that brings total obliteration.' Het ziet ernaar uit dat de angst in het Rusland van na 24 februari 2022 althans voorlopig het pleit heeft gewonnen. Of misschien toch niet helemaal?
_Partizanen
Met veralgemeningen moet je altijd voorzichtig zijn en een flou gegeven als een 'volksaard' is allesbehalve een wetenschappelijk feit. Wie zich vandaag verbaast over of ergert aan de passiviteit en de ogenschijnlijke volgzaamheid van de Russische bevolking, gaat voorbij aan het gegeven dat 'oppositie voeren in een totalitaire dictatuur, zoals de Sovjet-Unie destijds en zoals Poetins Rusland vandaag (…) levensgevaarlijk (is)'. Voor wie in het vrije Westen is geboren, schrijft Skorobogatov, 'en dus nooit iets anders dan democratie kende, is het moeilijk, zoniet onmogelijk om het gevaar in te schatten van oppositievoering, of zelfs van een oppositiestemming, in een dictatuur, waar willekeur van de politie, massale repressie en gebrek aan fundamentele vrijheden heersen'. Tijdens zijn bewind (van inmiddels al een kwarteeuw!) heeft Poetin er alles aan gedaan om alle vormen van oppositie te vernietigen. En toch is ook in Rusland het protest nog niet uitgestorven, hoewel het zich vandaag alleen maar indirect of ondergronds kan manifesteren. Ook daarover brengt Aleksandr (soms schrijnende) verhalen, over een kind dat een foute tekening maakt met voor haar en haar vader desastreuze gevolgen, over tienerpartizanen – schoolkinderen en studenten – die spoorwegen saboteren, over Russische feministen die meteen de dag na het begin van de oorlog een virulent anti-oorlogsmanifest publiceerden, over journalisten en dissidenten die hun strijd in ballingschap verder zetten, over de vele tegenstanders van het regime die wegkwijnen in de strafkolonies en martelkamers van de Kremlinmaffia, over de velen die het nooit meer zullen kunnen navertellen. Om al die moedige mensen én om de zwijgende massa die de terreur alleen maar kan ondergaan, met de neergeslagen ogen en de afgewende blik die Maja Wolny zo troffen, niet in de steek te laten, moeten we dit altijd voor ogen houden: Poetin is Rusland niet! 'Moeten we nu weer een fundamenteel onderscheid maken tussen dat volk en zijn slechte leiders?' vraagt een personage in Klaus Manns De vulkaan zich af? Wel ja, wellicht moeten we dat inderdaad maar doen.
Aleksandr: 'Poetins maffiastaat heeft geen legitieme belangen: een maffiaclan – al is het een gigantisch grote clan, die een heel land en zijn bevolking afperst – kan die per definitie niet hebben. Rusland heeft wél legitieme belangen (…). Poetin is Rusland niet. De belangen van Rusland vallen volledig samen met die van Oekraïne: de nederlaag van Poetin aan het front en de vernietiging van Poetins maffiaregime.' Daarom zijn vele (onbeduidende) westerse maatregelen, vaak van culturele of wetenschappelijk aard, absurd, contraproductief en onnodig stigmatiserend: studenten die geweigerd worden, studiebeurzen die geschrapt worden, universitaire samenwerkingen die stopgezet worden, Russische muziek (Sjostakovitsj nota bene) die niet wordt uitgezonden op Klara, boeken van Russische auteurs die uit de winkelrekken genomen worden en dies meer (Russisch gas en Russische diamanten daarentegen blijven langer circuleren, maar daar is een beetje meer geld mee gemoeid). Terecht fulmineert Skorobogatov tegen dit soort onzinnige symbolische boycotmaatregelen die 'de vorm aannemen van een collectieve bestraffing, van een zinloze en blinde discriminatie van Russen en alles wat Russisch is' (dat men in Oekraïne dergelijke maatregelen uitvaardigt is uiteraard niet meer dan begrijpelijk). 'Het totale isolement van Rusland', aldus nog Aleksandr, 'is het mooiste geschenk dat het Westen Poetin kan geven, want net dat isolement is wat hij zoekt. Over een volk dat, zoals in de Sovjettijd, volledig van de wereld is afgesneden, kan hij voor altijd heersen.' En bovendien laat het Westen, Europa in het bijzonder, op die manier een culturele schatkamer vallen die sedert eeuwen (met name sedert Peter de Grote zijn blik op het Avondland richtte) een integraal deel uitmaakt van de Europese cultuur. 'Ik weet niet', schrijft nog Maja Wolny, 'of de Russen ooit weer het medeleven van Europa zullen krijgen'. Aleksandr verbaast zich over de vaak gestelde vraag waarom we ons zouden moeten bemoeien met wat in Rusland gebeurt: 'die vraag (…) maakt me verdrietig, verontwaardigt me. Als het lijden van een naburig, Europees volk geen sympathie oproept, wat dan wel?'. Wat dan wel, inderdaad. Poetin is Rusland niet …
_Rusland, Europa, oorlog, cultuur, literatuur
[Aansluitend bij het voorgaande, een kleine parenthese, over cultuur, literatuur, Rusland en Europa, en oorlog, helaas. In maart 2022, een maand na het uitbreken van de oorlog in Oekraïne, vertelde schrijver dezes het volgende, in een introductie tot de vierde Karel Poma-lezing, met als laureaat Jan baron Raes, algemeen directeur van Opera Ballet Vlaanderen, en met als centrale thema 'cultuur':
Ik weet niet hoe het met u zit, maar ik voel me al weken onwennig bij de idee dat wij hier een normaal leven leiden en iedere dag opnieuw onze gebruikelijke handelingen stellen en activiteiten uitvoeren, terwijl op amper 2000 km van hier, aan de oostgrenzen van ons eigen geciviliseerde, democratische, moderne, verlichte Europa, de hel is losgebarsten en de muziek van het goede leven de plaats heeft geruimd voor gebulder van kanonnen en het geweeklaag van de dood en de vernieling. De Europese cultuur, want daarover hebben we het vanavond, de Europese cultuur die door cultuurfilosofen als Georges Steiner of Peter Sloterdijk, in navolging van Goethe, Thomas Mann Stefan Zweig en zovele andere verlichte geesten en humanisten, gelijk wordt gesteld aan 'de grote humane ideeën', die Europese cultuur wordt op dit eigenste moment aan flarden geschoten door de stalinorgels 2.0 van een cynische psychopaat en zijn autocratische maffiose regime. Misschien, dames en heren, zou het dus passender zijn om hier vanavond de woorden te laten zwijgen en de ruimte te vullen met de klanken van bijvoorbeeld de Leningradsymfonie van Sjostakovitsj (eergisteren zaterdag nog gehoord in een mokerslaguitvoering door Brussels Philharmonic), of zijn tragische achtste, waarin de componist zijn impliciete kritiek op oorlog, terreur en dictatuur in een overweldigende artistieke vorm giet, met de ambiguë betekenislagen die het handelsmerk zijn van de componist die Stalin moest proberen te overleven. Het zal tussen haakjes niet de laatste verwijzing zijn in deze inleiding naar 'Russische' kunst en kunstenaars, maar dat zult u me wel niet kwalijk nemen. Niettemin, hoewel stilte of een evocatieve klankmuur/klaagmuur misschien meer op hun plaats zouden zijn, gaan we vanavond toch vooral met woorden proberen een ode te brengen aan die 'grote humane ideeën' die ook onze vriend Karel Poma zo dierbaar waren en die het wezen van die Europese cultuur definiëren. 'O, Rusland van mijn hart, ik weet dat je / internationaal bent, van nature. / Maar vaak misbruiken zij, wier handen in vuil zijn gedrenkt, / je zuiverste naam, in naam van haat.' Dit zijn verzen uit het beroemde gedicht Babi Jar van de Russische dichter Yevgeni Jevtoesjenko, geschreven ter herdenking van de moord in 1941 op de tienduizenden joden van Kiev. Het zou misschien helpen mochten mensen hun humanistische klassieken kennen.
(…)
Kunnen kunst en cultuur de wereld redden, dames en heren? Het is eigenlijk een overbodige vraag, want kunst en cultuur zijn de wereld. 'Kunst', schreef Marcel Proust, 'is ons echte leven, de realiteit zoals we die hebben gevoeld of ervaren'. Cultuur is geen garantie voor beschaving: u kent de verhaaltjes over nazibeulen die na gedane arbeid een traan wegpinken bij Bach of Schubert, verhaaltjes waarover Sjostakovitsj zich behoorlijk boos maakt in zijn autobiografische Getuigenis: 'Daar geloof ik niets van. Dat zijn leugens. Verzinsels van journalisten. Persoonlijk heb ik nog nooit een beul ontmoet die werkelijk verstand had van muziek.' Hoe dan ook, cultuur is inderdaad geen garantie voor beschaving, maar zonder cultuur is er geen beschaving, cultuur is beschaving en beschaving is cultuur. Cultuur is een 'humaniseringsmedium' (het begrip is van Peter Sloterdijk). 'De enige kans', aldus nog Rob Riemen in zijn inleiding tot de Nexus-lezing van Georges Steiner, 'de enige kans voor het bestaan en de bescherming van onze menselijke waardigheid wordt ons geboden door cultuur en de geestelijke vorming die zij biedt. (…) een samenleving die de adel van de geest negeert, een maatschappij die de grote humane idealen niet onderhoudt, zal, opnieuw, ten onder gaan in eindeloos lawaai, massaal geweld en zelfvernietiging.' Het zijn wat hoogdravende woorden, die helaas alleen maar worden ingehaald en bekrachtigd door de actualiteit. Kunst en cultuur zijn de aarde waarin een beschaving kan floreren, zij geven betekenis en zin aan het bestaan, zij bieden houvast en troost in moeilijke tijden. In Oekraïne spelen violistes in de schuilkelders, fanfares aan de barricades. Kunstwerken worden ingepakt en weggestopt, monumenten worden zo goed en zo kwaad als het kan beschermd. Kunst en cultuur zijn universeel, verbindend, gemeenschapsvormend: alle Menschen werden Brüder, en ja, de muziek van Sjostakovitsj, Prokofjev, Rachmaninov, Tsjaikovski, Stravinsky is ónze muziek (en nee, beste radio Klara waar de verdwazing ook al rondwaart, moet dus vooral niet worden gecanceld), de poëzie van Achmatova, Tsvetajeva, Pasternak, Mandelstjam is ónze poëzie, de vroege verhalen van de jonge Russische militair Lev Tolstoj over de gruwelen van de Krimoorlog zijn ónze verhalen, net zoals de Goelagverhalen van Alexander Solzjenitsyn of van Varlam Sjalamov. Om al deze redenen dames en heren, zijn wij het aan onszelf verplicht om ons cultureel erfgoed te borgen, om dat respectvol en liefdevol over te dragen aan onze nakomelingen ('teach your children well' om eens een Amerikaanse klassieker te citeren) en om de voorwaarden te scheppen voor nieuwe generaties kunstenaars en cultuurproducenten om op een creatieve en vrije manier dat erfgoed te kunnen vernieuwen en actualiseren. (…)]. Tot hier deze aside.
De Russische cultuur, zo schrijft Aleksandr, 'is niet Poetins luxejacht dat in beslag moet worden genomen. Tsjaikovski en Tsjechov maken onvervreemdbaar deel uit van het cultureel werelderfgoed. We luisteren naar Sjostakovitsj en lezen Tolstoj niet omdat het Russen zijn, maar omdat hun werk ons verrijkt, verfijnt en ontwikkelt. Een genie behoort niet toe aan zichzelf, noch aan zijn tijd, aan zijn volk of aan zijn land; een genie behoort toe aan ieder van ons, aan elk volk, aan de hele wereld.'
Net zomin als kunst kan literatuur de wereld redden. Maar dat woord en PEN (pun intended) krachtige 'wapens' zijn in de strijd voor democratie en mensenrechten, ook in regio's waar de vrijheid van pers en meningsuiting aan banden wordt gelegd, staat buiten kijf. En dat geldt ook en misschien zelfs bij uitstek voor dat tragische rijk east of the border, nogmaals George Steiner: 'The cases of Tolstoy, of Pasternak, of Solshenitsyn show that the balance of power between the state and the writer’s single voice (between text and context) is, at some level, very nearly equal. What Western regime flinches at a poem?'
'De kunst verbreekt het zwijgen' schreef Sjostakovitsj naar aanleiding van het in gezelschap reciteren van het hierboven aangehaalde gedicht Babi Jar. Laat ons even luisteren naar Osip Mandelstjam, een fragment uit een van de gedichten die hij schreef in het ballingsoord Voronezj, in 1937. Hij overleed twee jaar later in de Goelag, slachtoffer van de Stalinterreur.
'Wanneer de vijanden van ons mij zouden pakken,
als niemand meer met mij zou willen praten,
wanneer men mij van alles zou verbieden,
het recht te ademen, het deuren openduwen,
mijn overtuiging dat uit "zijn" – "mens zijn" moet rijzen
en dat een volk zijn vonnis juist zal wijzen –
als men begint mij voor een wild beest te verslijten
door voedsel voor mijn voeten op de vloer te smijten –
dan zwijg ik niet en zal mijn pen niet onderdrukken,
dan schrijf ik, zolang schrijven nog wil lukken.'

De kunst verbreekt het zwijgen …
_1984 revisited
'In een oorlog sneuvelt de waarheid als eerste', is een boutade die aan verschillende denkers wordt toegeschreven (van Aischylos over Plato tot Machiavelli), en die eens te meer aantoont hoe 'waar' clichés wel kunnen zijn. 'Met de inval in Oekraïne', schrijft Aleksandr, 'heeft Poetin ook definitief de waarheid in Rusland verboden. Er bestaat geen eerlijke journalistiek meer in Rusland. Leugens en propaganda zijn de enige informatie die de Russen krijgen via de Russische media. De waarheid kan de Russische bevolking enkel nog van buiten Rusland bereiken, vanuit de vrije wereld.' En aangezien buitenlandse mediakanalen vakkundig worden geblokkeerd door de Russische overheid, is fakenieuws de norm. Het is een procedé dat wonderwel werkt, als je het maar even consequent volhoudt – zelfs in het vrije Westen, getuige de gevaarlijke onzin van brulboei Trump die door miljoenen Amerikanen gretig wordt geslikt, of de populaire coronanonsens destijds verspreid door antivaxers en co in onze verlichte contreien. Bij de (overgebleven) doorsnee Russische burgers hebben enkele decennia Poetin-retoriek en -leugens hun effect niet gemist, wat journaliste Maja Wolny in de vele tientallen gesprekken tijdens haar Kapuscinski-pelerinage tot haar ontzetting en stilaan vermoeide wanhoop moest vaststellen: 'Vervorming, fake is nu de trieste norm, die ons al botox wordt ingespoten'. En onmiskenbaar: 'Na de honderd gesprekken die ik de laatste maanden met Russen heb gevoerd, ben ik het moe om steeds hetzelfde te horen'. Hetzelfde, dat is: Rusland wordt gedwongen om oorlog te voeren tegen het westerse kwaad en de westerse verdorvenheid, tegen de Oekraïense nazi's en tegen Amerika, dat Rusland wil verzwakken en verwoesten. Het Russische propaganda-apparaat is textbook Orwell, en is inderdaad (zoals Alexandr oppert) 'zo sterk en doeltreffend dat het miljoenen geesten kan vergiftigen en verblinden': 'The past was erased, the erasure was forgotten, the lie became the truth' (Orwell dus). De Russische geschiedenis is een mythische constructie, het heden is een leugen, de toekomst een luchtspiegeling. De bevolking (bij voorkeur arme sloebers uit de achtergestelde republieken, of veroordeelde misdadigers) wordt weliswaar gemobiliseerd, maar de oorlog is geen oorlog (op het gebruik van het woord staan strenge straffen, Orwell: 'war is peace'), agressie is verdediging, de zogenaamde westerse vrijheid is een decadent destructief gegeven (Orwell: 'freedom is slavery'), de dictatuur is een 'soevereine democratie'. Op 4 maart 2022 ondertekende Poetin, niet alleen copycat van Hitler, maar ook van Goebbels, zijn beruchte wet tegen fakenieuws over het Russische leger, die de waarheid over de oorlog in Oekraïne verbood. Hoe cynisch kun je omgaan met waarheid en leugen?
Niks nieuws onder de zon, dictators inspireren elkaar. Een personage in Klaus Manns De vulkaan vraagt zich af 'wat er terecht moet komen van die jongens die die leugenachtige onzin dag in dag uit moeten aanhoren en niets anders meer mogen kennen. Aan één stuk door wordt er gif bij hen ingedruppeld.' En ook: 'Het Derde Rijk is eigenlijk geen realiteit. Het mist alle elementen van grootsheid, zelfs in het negatieve. Het is door en door journalistiek. Zijn basis is de slogan, de propaganda – die de voorwaarde is geweest voor zijn ontstaan. Het leven wordt doods, het verliest zijn inhoud, zijn substantie.' Een nieuwe Hitler is opgestaan, schrijft Aleksander ergens …
Als Skorobogatov het Westen met aandrang aanmaant 'om de informatieoorlog aan te gaan met Poetin', kunnen we hem dus maar beter volgen. En dat geldt trouwens niet alleen voor het Russische grondgebied, een toevallige kop in De Standaard van 12 juli 2024: 'Fake nieuws. Rusland stuurt zijn propaganda rond via Europese bedrijven. Via perfect gekloonde sites van westerse media verspreidt Rusland artikels die onrust moeten scheppen. Het gebruikt daarbij Europese IT-bedrijven, ook uit België, buiten hun medeweten om.'
_Het Derde Rome? Bratva, Krysha, Vory v Zakone, Poetin
In analyses naar de drijfveren van Poetin en zijn kliek wordt vaak verwezen naar de 'imperiale ambities' die het Russische volk en zijn heersers eeuwenlang hebben gevoed en verenigd. Kapuscinski (en vele anderen) refereren dan graag aan de mythe van het 'Derde Rome' een idee dat in de zestiende eeuw werd geopperd door de monnik Filofej: '"Twee Romes zijn gevallen" (dat van Petrus en Byzantium), schreef hij in een brief aan de toenmalige Moskouse vorst Vasili III. "Het Derde Rome, Moskou, staat. Een vierde zal er niet zijn", verzekerde hij de vorst categorisch. Moskou: de grens van de geschiedenis, het einde van de aardse wandeling van het menselijk geslacht, de open poort naar de hemel.' Aleksander Skorobogatov verwijst deze 'rechtvaardiging' voor Poetins autocratische ambities, zijn oorlogen en politieke (mis)daden, gevoed door de hooggestemde idee van een heilig Groot-Russisch rijk, categoriek naar de prullenmand. Voor hem is het kristalhelder: 'Het Poetin-regime is geen ideologie, geen specifiek economisch systeem, maar een gigantische criminele organisatie, een megamaffia die Ruslands rijkdommen plundert en alles doet om de macht te behouden en te versterken. Poetin, een doorsneemoordenaar, staat aan het hoofd van de organisatie. Dat is het enige correcte beeld van wat er zich in Rusland afspeelt, en dat is de enige correcte terminologie.' Al Poetins beslissingen en handelingen, de oorlogen, de repressie, de propaganda, de moorden, de retoriek … zijn uitsluitend gericht op het behouden en versterken van zijn macht en het consolideren en vergroten van zijn persoonlijke rijkdom. De techniek daarvoor gebruikt is vintage maffia, 'een klassieke afpersingsconstructie waarbij het slachtoffer (de Russische bevolking) de misdadiger betaalt voor "bescherming"'. Aleksandr herhaalt het keer op keer, wat blijkbaar niet overbodig is gezien de aanhoudende naïviteit van vele westerse vredesduifjes die nog altijd geloven dat er met Poetin te praten valt. Quod non, megamaffiabaas, capo di tutti capi Poetin 'is allerminst geobsedeerd door het idee van een groots Rusland dat hem nu voortdurend wordt toegedicht'; hem 'interesseert slechts dit: de grootst mogelijke rijkdom te verwerven en de maximaal bereikbare luxe die een crimineel zich maar kan bedenken'; zijn 23-(inmiddels 25-)jarige maffiabewind heeft van Rusland 'een geldautomaat gemaakt voor hem en zijn naaste vrienden'; enz.
En voor wie vreest dat hij ooit kernwapens zal inzetten (een argument dat vaak gebruikt wordt om de westerse passiviteit, aarzeling, traagheid en angst te vergoelijken): 'Poetin zal de wereld niet verbranden in het vuur van een kernoorlog. Poetin is geen zelfmoordenaar. Poetin is een bandiet, die veel te veel van zijn aquadiscotheek houdt.' Dit is overigens niets nieuws: maffiapraktijken en -structuren waren al endemisch in de Sovjetperiode en bleven welig tieren na de val van het Sovjetrijk. Kapuscinski in 1993: 'Het woord "maffia" maakt hier nu een bliksemcarrière. Steeds vaker vervangt het het woord "volk".' En: 'Wie zal over enige jaren in het Kremlin regeren? Een of andere nieuwe maffia' …
_Vulkaan, nacht, Ark
'De heldin van mijn verhaal, die ik met mijn hele wezen liefheb, die ik in haar volle schoonheid heb geprobeerd weer te geven, en die altijd prachtig was, is en zal zijn – is de waarheid.' (L.N. Tolstoj, Sebastopol in mei)
'De geschiedenis is in dit land een werkende vulkaan, die steeds kookt en blijft koken, en zo te zien niet wil bedaren, niet wil rusten.' (Kapuscinski) A People's Tragedy: de titel die historicus en auteur Orlando Figes destijds koos voor zijn bejubelde relaas van de Russische Revolutie, is jammer genoeg evenzeer van toepassing op de hedendaagse geschiedenis van de geknechte en onderdrukte bevolking van Rusland en Belarus – en de in voortdurende angst en ellendige omstandigheden levende Oekraïense burgers, slachtoffers van een regime dat een (on)waardige opvolger is van het monsterlijke Sovjetregime. Verrassend is dit helaas niet, getuige de trieste vaststelling en profetie van Aleksandrs voornaamgenoot Solzjenitsyn in 1992: 'Het bewind dat ons regeert is een verbond van de oude nomenklatoera, financiële potentaten, valse democraten en de KGB. Ik kan dit geen democratie noemen: het is een walgelijke bastaardvorm, zonder precedent in de geschiedenis, van welke niemand weet in welke richting hij zich ontwikkelt. (…) Als dit verbond zegeviert, zullen ze ons geen zeventig, maar honderdzeventig jaar lang uitbuiten.' Nog zo'n zestig te jaar te gaan volgens deze duistere retorische voorspelling …
A People's Tragedy: ondanks de imperiale ambitie, de wereldhistorische verwezenlijkingen, de duizelingwekkende rijkdom van haar culturele traditie, de politieke macht en de industriële, wetenschappelijke en technologische ontwikkelingen en prestaties, is en blijft de Russische geschiedenis een dieptragisch verhaal, van eeuwenlange strijd, oorlogen, autocratisch en despotisch bestuur, armoede, onderdrukking, onvrijheid, rechteloosheid van de burger die nauwelijks ooit een burger is kunnen zijn. En vandaag is het niet anders: 'Nu', schrijft een ontdane en gedesillusioneerde Maja Wolny, 'lijkt Rusland een vervloekt land dat decennialang in duisternis is gehuld. In feite kent dit land geen periodes van geluk en voorspoed waarop een betere toekomst zou kunnen worden gebouwd.' Net als Aleksandr Skorobogatov pendelt ook zij tussen vertwijfeling (de realiteit) en een onbestemde hoop (de utopie), maar in het nu blijft niets over dan de 'herinnering aan het verdwenen licht' (Jacques Hamelink): 'Waarschijnlijk zal ik het land waarvan ik met een toxische, onbeantwoorde liefde houd, nooit meer zien. Tenzij er een wonder gebeurt en het Imperium in zijn huidige onheilspellende vorm uiteenvalt. Ooit moet die oorlog ten einde komen, moet de generatie die hem veroorzaakte uitsterven, moet er een einde komen aan de duisternis. Ik wil nu in dat alles geloven. Maar buiten is het nog altijd nacht.' Of Poetin nu gedreven wordt door een volstrekt immoreel en perfide eigenbelang, of door de eeuwenoude mythes van een groots en heilig Russisch rijk, geleid door een grootse en heilige alleenheerser, de toekomst van de Russische beschaving ziet er (opnieuw) uit als een toxisch postapocalyptisch landschap, een doods en akelig Tsjernobylland of de onheilspellende Zone uit Tarkovsky's duistere allegorie Stalker, waarin, inderdaad, de hoop ('de dwaasheid van de hoop', schrijft Johan de Boose) gestorven lijkt. De oorlog in Oekraïne, aldus Orlando Figes in The Story of Russia (2022), 'is an unnecessary war, born from myths and Putin's twisted readings of his country's history. Unless it is soon stopped, it will destroy the best of Russia – those parts of its culture and society that have enriched Europe for a thousand years. The Russia that emerges from the war will be poorer, more unpredictable and more isolated in the world. It goes to show how dangerous myths can be when used by dictators to reinvent their country.'
En de schrijver: hij moet schrijven, getuigenis afleggen, voor de vrijheid – van denken, spreken en zijn (zoals het een laureaat van de Arkprijs betaamt), hij moet de wereld vertellen dat 'de passiviteit van de omstaander bij een misdrijf een misdaad op zich (is)', hij moet die greppel instappen en tonen wat het betekent om 'gewoon mens te blijven', de eenvoudige humanistische boodschap van volksheld, burgemeester van Jekaterinenburg en opposant Yevgeni Rojzman, 'de formule voor Ruslands redding. Maar kan het land ze nog gebruiken?.' En de fabuleuze fabelschrijver Aleksandr Skorobogatov wordt voor één keer ook een gedreven 'politiek' kroniekschrijver, omdat zwijgen geen optie is. Zijn laatste woorden in deze Oorlogskronieken: 'Op 24 februari 2022 werd mijn leven bezet door de gruwel die zich in Oekraïne voltrok. Ik weet dat ik de Oekraïners die worden vermoord, gemarteld en verkracht niet kan helpen, maar ik weet ook dat ik niet kan zwijgen, dat ik niet anders kan dan schrijven over deze oorlog, over het lijden van onschuldigen in Oekraïne. Net zoals ik niet anders kan dan schrijven over het lijden van onschuldigen in Wit-Rusland en Rusland, over terreur en marteling, over helden en beulen. Over de erfgenamen van Hitler en Stalin, door wier wil honderdduizenden mensen in een greppel omkomen. Ik kan niet aan de kant blijven staan.'
_Coda: Ithaka
Ik las Oorlogskronieken van Aleksandr Skorobogatov op het Griekse eiland dat volgens het verhaal van Homeros (en wie zijn wij om aan verhalen te twijfelen tenzij het verzinsels zijn van crimineel schorremorrie genre Poetin, Netanyahu en consorten) het land der Phaeaken en de gastvrije prinses Nausicaä was. Niet echt de meest voor de hand liggende vakantielectuur en het contrast tussen de zonovergoten, ontspannen mediterrane en nog steeds even gastvrije omgeving en de grimmige realiteit van Aleksandrs aanklacht was wel bijzonder groot, maar deadlines zijn deadlines en de strenge redacteur van de Arkprijspublicatie kun je maar beter deemoedig gehoorzamen. Het eiland van Nausicaä was de laatste halte voor de terugkeer van Odysseus naar zijn geliefde thuisland Ithaka, na tien jaar oorlog gevolgd door een zwerftocht van nog eens tien jaar. Sindsdien is het Ionische eiland een metafoor voor het gedroomde homeland, het einddoel van de levensreis, de eindbestemming van de banneling. Het valt te vrezen dat Aleksandr Skorobogatov en de zijnen genoegen zullen moeten nemen met het Ithaka van Konstantinos Kavafis:
'Ithaka gaf je de mooie reis.
Was het er niet, dan was je nooit vertrokken,
verder heeft het je niets meer te bieden.'
Het laatste woord is voor de Russische bannelinge Anna Nikolajevna in Klaus Manns De vulkaan: 'Ik zal nooit naar Rusland terug kunnen. Er is daar te veel gruwelijks gebeurd. (…) Ook ik heb ervan gedroomd terug te gaan. Wie zou daar niet van dromen. Maar je gaat niet terug. Wie zich losmaakt van zijn vaderland doet dat voorgoed. Voorgoed, Marion, begrijp je me?'.
_Meer of minder toevallige literatuur
Figes, Orlando, A People's Tragedy, Jonathan Cape, 1996
Figes Orlando, The Story of Russia. Bloomsbury, London etc., 2022
Kapuscinski Ryszard, Imperium. Ondergang van een wereldrijk. Arbeiderspers, Amsterdam-Antwerpen, 2023 (oorspronkelijke uitgave 1993)
Kavafis K.P., Gedichten. Bert Bakker, Amsterdam-Antwerpen, 1984
Konrád György, De medeplichtige. Van Gennep, Amsterdam, 1989
Lynch Paul, Prophet Song. Oneworld, London, 2023
Mandelsjtam Osip, Anna Achmatova, Marina Tsvetajeva, Boris Pasternak, Kwartet. De Arbeiderspers, 1982
Mann, Klaus, De vulkaan. Querido, Amsterdam-Antwerpen, 2018
Skorobogatov Aleksandr, Oorlogskronieken. Verhalen uit Belarus, Rusland en Oekraïne. Querido Facto, Amsterdam-Antwerpen, 2023
Rondas Jean-Pierre, Rondas' Wereldbeeldenboek. Gesprekken op Klara. Pelckmans-Klement, Kapellen-Kampen, 2006
Steiner George, On Difficulty and Other Essays. Oxford University Press, Oxford, 1978
Tolstoj, L.N., 'Sebastopol in mei'. In: Verzamelde werken I, Van Oorschot, 2015
Wolny Maja, De trein naar het Imperium. Reizen door het Rusland van nu. Manteau, Antwerpen, 2024
*Z van Zwendel is de titel van een klassiek stripalbum in de reeks 'Robbedoes en Kwabbernoot', getekend door Franquin. Zwendel is een gekke, gewetenloze geleerde die zijn talenten ten dienste stelt van het eigen gewin. Met de uitvinding van zijn zwendelstraal vormde hij mannen om tot een leger van willoze slaven.
De letter Z wordt vandaag gehanteerd als een pro-Russisch militair symbool dat in Rusland (en aan het front) over al in het straatbeeld aanwezig is.
**De schrijfwijze van de namen van Russische auteurs, componisten enz. kan verschillen omdat de door verschillende geciteerde auteurs en in verschillende publicaties gehanteerde spelling werd overgenomen.
(Foto bovenaan © Thierry Geenen)
Het Vrije Woord
Algemeen coördinator Humanistisch Verbond
_Gert De Nutte -
Meer van Gert De Nutte

_Recent nieuws

Bekijk alle nieuwe berichten

_Populair nieuws

Bekijk meer populair nieuws