21 mei 2025
Van TOMBOY tot TRANSBOY: over kwetsbare meiden, genderideologie en medisch ingrijpen
Op 3 mei 2025 organiseerde de atheïstisch-humanistische Vrijdenkersvereniging De Vrije Gedachte i.s.m. enkele studenten van de Hogeschool voor Toegepaste Filosofie een bijeenkomst met als titel: 'Van TOMBOY tot TRANSBOY, over kwetsbare meiden, genderideologie en medisch ingrijpen'.
De focus van deze informatieve middag lag op meiden die vooral op sociale media, maar ook in het onderwijs onwetenschappelijke concepten aangepraat krijgen en waarvan velen op een medisch traject belanden waarvan de wetenschappelijke onderbouwing te wensen overlaat. [Wie meer wil lezen over de gebrekkige wetenschappelijke onderbouwing van met name het gebruik van puberteitsremmers kan op internet het 'Cass Review Final Report' downloaden.] Aangezien De Vrije Gedachte streeft naar het weren van indoctrinatie uit opvoeding en onderwijs en het bevorderen van een kritisch onderzoekende, wetenschappelijke houding lag het voor de hand om dieper in te gaan op dit onderwerp.
Er waren vier sprekers uitgenodigd. Lodewijk Smeehuijzen (hoogleraar privaatrecht aan de Vrije Universiteit) sprak over zijn persoonlijke ervaringen met genderzorg en over een aantal juridische implicaties. Patrik Vankrunkelsven (prof. em. Huisartsgeneeskunde aan de KU Leuven en directeur van de Belgian Centre for Evidence-Based Medicine) sprak over de gevolgen van het gebruik van puberteitsremmers. Na de pauze vertelde Sybylla Claus (journalist en antropoloog) over het door haar samengestelde boek Gender rebels, kritische verhalen voor moedige meiden waar vrouwen en meisjes van over de hele wereld aan hebben meegewerkt. Ten slotte kwam Marianne Driessen (onderwijskundige, vrouwenrechtenactiviste) aan het woord. Zij ging in op het verdwijnen van de lesbische cultuur.
Na een welkomstwoord van DVG-voorzitter Floris van den Berg, gaf ik een inleiding die u hieronder kunt lezen. Een aantal illustraties werden weggelaten en ten behoeve van de leesbaarheid zijn tussenkopjes toegevoegd.
Er waren vier sprekers uitgenodigd. Lodewijk Smeehuijzen (hoogleraar privaatrecht aan de Vrije Universiteit) sprak over zijn persoonlijke ervaringen met genderzorg en over een aantal juridische implicaties. Patrik Vankrunkelsven (prof. em. Huisartsgeneeskunde aan de KU Leuven en directeur van de Belgian Centre for Evidence-Based Medicine) sprak over de gevolgen van het gebruik van puberteitsremmers. Na de pauze vertelde Sybylla Claus (journalist en antropoloog) over het door haar samengestelde boek Gender rebels, kritische verhalen voor moedige meiden waar vrouwen en meisjes van over de hele wereld aan hebben meegewerkt. Ten slotte kwam Marianne Driessen (onderwijskundige, vrouwenrechtenactiviste) aan het woord. Zij ging in op het verdwijnen van de lesbische cultuur.
Na een welkomstwoord van DVG-voorzitter Floris van den Berg, gaf ik een inleiding die u hieronder kunt lezen. Een aantal illustraties werden weggelaten en ten behoeve van de leesbaarheid zijn tussenkopjes toegevoegd.
Mijn naam is Martin Harlaar en ik wil proberen kort wat achtergronden te schetsen van de zaken waar wij het vanmiddag over zullen hebben, te weten: kwetsbare meiden, genderideologie en medisch ingrijpen.
Ik ben auteur/samensteller van twee boeken die mede aan de basis liggen van deze informatieve bijeenkomst. In 2022 verscheen het boek Ben ik wel woke genoeg? Een ontdekkingstocht door het land der Social Justice Warriors; in 2024 gevolgd door Het gender-experiment. Hoe maakbaar is onze identiteit als M/V/X?
Ik ben auteur/samensteller van twee boeken die mede aan de basis liggen van deze informatieve bijeenkomst. In 2022 verscheen het boek Ben ik wel woke genoeg? Een ontdekkingstocht door het land der Social Justice Warriors; in 2024 gevolgd door Het gender-experiment. Hoe maakbaar is onze identiteit als M/V/X?
Sinds 2021 houd ik mij intensief bezig met de opkomst van een nieuwe morele beweging die we wel aanduiden met de term 'woke'. Ik beschouw genderideologie als een stroming binnen woke.
Volgens de genderideologie heeft ieder mens een genderidentiteit die gezien moet worden als de 'ware ik' van die persoon. Volgens sommige mensen bestaan er wel meer dan honderd genderidentiteiten. Ik noem er slechts tien: agender, bigender, cisgender, demigender, intergender, multigender, nongender, omnigender, pangender en trigender.
Volgens de genderideologie heeft ieder mens een genderidentiteit die gezien moet worden als de 'ware ik' van die persoon. Volgens sommige mensen bestaan er wel meer dan honderd genderidentiteiten. Ik noem er slechts tien: agender, bigender, cisgender, demigender, intergender, multigender, nongender, omnigender, pangender en trigender.
_Laten zien dat je deugt
Genderideologie wordt breed omarmd. Door symbolen van de genderideologie te gebruiken, kun je de buitenwereld tonen dat je moreel deugt. En die 'deug-uitingen' zien we overal om ons heen in de openbare ruimte. Denk maar aan de opvolger van de regenboogvlag met de driehoeken, de Progress Pride-vlag. Die zie je de laatste jaren overal.

[Bij foto Progress Pride-vlag: Toen ik de Progress Pride-vlag zag op de overkapping bij het station Amsterdam-Zuid WTC, moest ik denken aan de Romeinen die een leger dat zij overwonnen hadden onder een lage poort lieten doorgaan, als teken van onderwerping.]
De genderideologie leert ons, dat als je lichaam niet overeenkomt met je genderidentiteit, jij je lichaam aan die genderidentiteit moet kunnen laten aanpassen. Medische ingrepen om dat te bewerkstelligen worden 'gender-affirming care' genoemd; de genderidentiteit wordt – zo is de redenering – bevestigd met medische ingrepen. Die ingrepen kunnen bestaan uit het toedienen van puberteitsremmers en cross-sekse hormonen, en het uitvoeren van operaties.
_Van castratiefantasie tot genderidentiteit
Een voorbeeld van een officieel door WPATH, de World Professional Association of Transgender Health erkende genderidentiteit is de 'eunuch'. Dat gebeurde in 2022 na jarenlang actievoeren door prof. em. Thomas W. Johnson. De World Professional Association of Transgender Health is – zo laat Wikipedia weten – een internationale organisatie die zich toelegt op het onderzoeken, begrijpen en behandelen van genderdysforie en andere genderstoornissen. Einde citaat. WPATH geeft richtlijnen uit, de zogeheten Standards of Care.
Johnson maakte er zijn levenstaak van om de eunuch als genderidentiteit erkend te krijgen. Al in 2007 publiceerde hij samen met anderen een onderzoek, dat gebaseerd was op een vragenlijst die men op The Eunuch Archive had geplaatst. The Eunuch Archive was een besloten website waar mannen verhaaltjes met castratiefantasieën konden zetten. Veel van die verhaaltjes gingen over kinderen die gecastreerd werden.
Als je als jongetje geboren bent, maar je genderidentiteit, je 'ware ik', is een eunuch, dan moeten je testes verwijderd kunnen worden, zo stelt de genderideologie, want een eunuch heeft nu eenmaal geen testes. Het verwijderen van de penis is optioneel. Je kunt als baby-eunuch de domme pech hebben om in het lichaam van een baby-jongetje geboren te worden. Een foutje van de natuur, maar de medische wetenschap biedt uitkomst. De patiënt lijdt, de chirurg snijdt.
_Borstamputaties maken je slimmer
Maar het zijn vooral meiden die te maken krijgen met 'gender-affirming care'. U moet bij de 'care' voor meiden denken aan:
- het stoppen van de puberteit met puberteitsremmers;
- het levenslang toedienen van testosteron; en
- het verwijderen van borsten, eileiders en baarmoeder.

Die meiden gaan in transitie met als doel een jongen te worden, een echte jongen, want zo leert de genderideologie: trans boys are real boys. U denkt wellicht, dat we dit niet letterlijk moeten nemen, immers, het is toch ook niet mogelijk om van een koe een stier te maken. Maar transgenderactivisten kunnen héél erg kwaad worden als je weigert toe te geven dat een meisje zonder borsten, zonder eileiders en zonder baarmoeder maar met baardgroei een echte jongen is. Transgenderactivisten kunnen net als leden van een cult heel fanatiek zijn en er strenge afwijkende ethische en morele standaarden op nahouden, standaarden die volgens hen ook dienen te gelden voor mensen van buiten de cult.
_Meiden willen jongens worden
Vanaf 2010 vond er in de westerse wereld een explosieve toename plaats van het aantal meiden in de leeftijd van 10 tot 18 jaar dat in transitie wilde gaan. Het waren meiden die nooit eerder last hadden gehad van genderdysforie. Wel bleken veel van die meiden onderliggende problemen te hebben, zoals trauma, depressie, autisme en zelfbeschadiging.


Op 27 juni 2024 sprak de Finse psychiater Riittakerttu Kaltiala op een conferentie in de Vrije Universiteit in Amsterdam. Ze vertelde dat zich na 2011, toen de Finse genderkliniek openging, heel andere patiënten meldden dan zij op basis van de jarenlange ervaringen van klinieken in het buitenland hadden verwacht. Ze verwachtten kleine aantallen, voornamelijk jongens, die al van jongs af aan genderdysforie hadden, met slechts 'milde, secundaire psychopathologie'. Waar werd de Finse genderkliniek mee geconfronteerd?
- 85% waren meisjes;
- er was een grote oververtegenwoordiging van autisme, depressie, angststoornissen, zelfmoordgedachten;
- slechts 10% had genderdysforie vanaf hun vroege jeugd; bij de helft daarvan speelde zware psychopathologie;
- van de overige 90% had ongeveer de helft identiteitsdiffusie, ernstige psychiatrische stoornissen en teruglopende adolescente ontwikkeling.
_Een sociale epidemie
We gaan even terug in de tijd. Eind jaren 70 van de 20ste eeuw vond er in de westerse wereld een snelle toename plaats van het aantal meiden dat aan anorexia en bulimia leed. Die meiden bleken dezelfde onderliggende problemen te hebben als de meiden uit onze tijd die in transitie willen gaan: trauma, depressie, autisme, zelfbeschadiging enz. De psycholoog professor Richard A. Gordon schreef er een boek over dat in 1990 verscheen. De titel: Anorexia and Bulimia: Anatomy of a Social Epidemic. Een sociale epidemie; onthoudt u dat woord: epidemie.
Gordon heeft het in zijn boek over (en ik heb het voor u vertaald):
Gordon heeft het in zijn boek over (en ik heb het voor u vertaald):
- het dramatisch toegenomen vóórkomen van de ziekte in westerse samenlevingen (p.21);
- een ziekte die in de puberteit begint (p.16);
- anorexiapatiënten die op een radicale manier hun vrouwelijkheid wegzuiveren (p.57);
- ze proberen om hun leven richting te geven, om emotionele pijn uit te wissen, om een identiteitsprobleem op te lossen (p.94);
- 'Veel van de huidige patiënten hadden over de ziekte gehoord voordat ze ziek werden, en velen hadden het "uitgeprobeerd" nadat ze een televisieprogramma over de aandoening hadden gezien of een onderzoeksproject hadden gedaan tijdens een biologieles.' (p.103);
- de ziekte verspreidde zich razendsnel in studentenhuizen (p.112);
- en sommige ouders blijken er zelfs stiekem trots op te zijn dat hun kind een 'elitaire' aandoening heeft (p.130).
Wie enigszins bekend is met de problematiek waar we het vanmiddag over hebben, zal veel herkennen in wat professor Gordon over anorexiapatiënten schreef.

_'Anorexiarechten zijn mensenrechten'
Indien er in de jaren 70 een ideologie zou zijn geweest, vergelijkbaar met de huidige genderideologie, dan zouden de activisten van die ideologie geëist hebben dat wij anorexiapatiënten hun eigen diagnose laten stellen. Die diagnose zou dan inhouden, dat hun 'ware ik' extreem dun is en hun lichaam te dik. Ze hebben – zo zou je kunnen zeggen – de pech gehad om in een te dik lichaam geboren te zijn en tot overmaat van ramp hebben ze bij de geboorte ook nog eens een gewicht toegewezen gekregen dat niet overeenstemde met hun 'ware gewicht'.
Deze anorexiapatiënten zouden 'affirmative care' hebben kunnen eisen om hun lichaam aan te passen aan hun extreem dunne 'ware ik'. En de artsen zouden – zonder een uitgebreid psychologisch onderzoek – dieetpillen en liposuctie hebben voorgeschreven. En de anorexia-activisten zouden hebben gescandeerd: 'Anorexiarechten zijn mensenrechten!'. En ze zouden critici hebben beschuldigd van 'anorexiahaat' of 'anorexiafobie'.
En het betwijfelen of het verstandig is om dieetpillen en liposuctie voor te schrijven zou door activisten als 'anorexiagenocide' worden bestempeld.
En het betwijfelen of het verstandig is om dieetpillen en liposuctie voor te schrijven zou door activisten als 'anorexiagenocide' worden bestempeld.

_An Epidemic of Mental Illness
Vanaf 2010 zien we bij kinderen die na 1995 zijn geboren (ook wel Gen Z genoemd) niet alleen een sterke toename van genderdysforie, maar ook van depressie, angst, zelfbeschadiging en zelfmoord. Wie daarover meer wil weten kan ik aanraden het in 2024 verschenen boek The Anxious Generation van de psycholoog Jonanthan Haidt te lezen. De ondertitel luidt: How the Great Rewiring of Childhood Is Causing an Epidemic of Mental Illness. Net als Richard A. Gordon spreekt Haidt van een epidemie en het zijn wederom vooral meiden die het slachtoffer zijn.
Bij deze 'Epidemic of Mental Illness' speelt de opkomst rond 2010 van sociale media volgens Haidt een cruciale rol. Het mag duidelijk zijn dat sociale besmetting door het gebruik van sociale media sneller gaat dan in de jaren 70 van de 20ste eeuw. Maar het voert te ver om daar nu dieper op in te gaan.
Bij deze 'Epidemic of Mental Illness' speelt de opkomst rond 2010 van sociale media volgens Haidt een cruciale rol. Het mag duidelijk zijn dat sociale besmetting door het gebruik van sociale media sneller gaat dan in de jaren 70 van de 20ste eeuw. Maar het voert te ver om daar nu dieper op in te gaan.
_Verklaringen
Tot slot nog iets over de verklaringen die werden en worden gegeven voor de toename van het aantal anorexia-patiënten in de jaren 70 en de toename van het aantal genderdysforiepatiënten in onze tijd. Er kunnen twee hoofdverklaringen onderscheiden worden:
- er is geen toename van het aantal gevallen, maar doordat er meer aandacht voor het onderwerp is, durven meer jongeren de stap te nemen om zich te melden;
- er zijn weliswaar altijd wel incidentele gevallen geweest en de toegenomen aandacht kan er inderdaad voor zorgen dat meer jongeren zich durven te melden, maar die aandacht zorgt ongetwijfeld ook voor sociale besmetting die epidemische vormen kan aannemen.
Op een vraag die ik vorig jaar stelde aan een psychiater over sociale besmetting bij genderdysforie antwoordde deze: 'Er is bij jongeren besmettingsgevaar voor allerlei symptomen zoals eetpatronen, automutilatie tot suïcidepogingen aan toe'.
De eerste verklaring – die inhoudt dat we te maken hebben met een homogene groep van echte gevallen – ben ik vooral tegengekomen in kringen van transgenderactivisten en mensen die werkzaam zijn in genderklinieken.
Persoonlijk vind ik de tweede verklaring aannemelijker. Die noopt ons tot de conclusie, dat we uiterst terughoudend moeten zijn met het aanbieden van medische ingrepen waarvan we weten dat ze onomkeerbaar zijn. Net zo snel als de genderdysfore verschijnselen bij jongeren zijn verschenen zouden ze ook weer kunnen verdwijnen.
Persoonlijk vind ik de tweede verklaring aannemelijker. Die noopt ons tot de conclusie, dat we uiterst terughoudend moeten zijn met het aanbieden van medische ingrepen waarvan we weten dat ze onomkeerbaar zijn. Net zo snel als de genderdysfore verschijnselen bij jongeren zijn verschenen zouden ze ook weer kunnen verdwijnen.
Verder lijkt het mij zaak om basisschoolleerlingen niet het onwetenschappelijke idee aan te praten, dat ze in het verkeerde lichaam geboren zouden kunnen zijn en dat het mogelijk is om van geslacht te veranderen.
_Same-sex attracted
Vanmiddag gaan we het vooral hebben over kwetsbare meiden. Die meiden hebben niet alleen vaak onderliggende problemen, maar blijken zich ook vaak seksueel aangetrokken te voelen tot andere meiden.
In 2011 verscheen een Nederlandse studie waaruit bleek dat van 70 patiënten 89% 'same-sex attracted' was. Slechts één patiënt was heteroseksueel.
In 2016 publiceerde de Britse Gender Identity Development Service een onderzoek op basis van 97 patiënten. Daaruit bleek dat van de meisjes van 12 jaar en ouder die zich bij deze dienst meldden 68% 'same-sex attracted' was en 21% biseksueel.
In de Tavistock-kliniek in Londen werden tot 2024 veel medische transities verricht, zó veel dat daar het wrange grapje werd gemaakt, dat – als de artsen in dat tempo zouden blijven doorwerken – er geen lesbiennes zouden overblijven.
In 2011 verscheen een Nederlandse studie waaruit bleek dat van 70 patiënten 89% 'same-sex attracted' was. Slechts één patiënt was heteroseksueel.
In 2016 publiceerde de Britse Gender Identity Development Service een onderzoek op basis van 97 patiënten. Daaruit bleek dat van de meisjes van 12 jaar en ouder die zich bij deze dienst meldden 68% 'same-sex attracted' was en 21% biseksueel.
In de Tavistock-kliniek in Londen werden tot 2024 veel medische transities verricht, zó veel dat daar het wrange grapje werd gemaakt, dat – als de artsen in dat tempo zouden blijven doorwerken – er geen lesbiennes zouden overblijven.
Ik wens u een informatieve middag.
Meer van Martin Harlaar