Kwintessens
Geschreven door Joran De Ryck
  • 2088 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

28 maart 2023 Het Onsterfelijkheidsproject
De wetenschap stelt dat we leven in een onverschillig universum dat ons overlaat aan een bestaan zonder bovennatuurlijke zingeving. Dit roept meerdere vragen op, zoals: Waarom zijn we op zoek naar betekenis en hoe kunnen we zingeving dan invullen? De cultureel antropoloog Ernest Becker (1924-1974) gaf een antwoord op deze vragen in zijn Pulitzer-prijs winnend werk 'The Denial of Death' (1973).
Voor Becker is onze menselijke conditie van paradoxale aard. Aan de ene kant zijn we dieren, biologische organismen die primordiaal willen overleven, en aan de andere kant zijn we symbolische wezens, uitvinders van taal, cultuur en kunst. Deze paradoxale aard creëert een spanningsveld: vanuit ons symbolisch wezen zijn we bezig met oneindigheid en zaken voorbij de dood, terwijl ons dierlijk wezen ons confronteert met onze eigen limieten en onze temporaliteit. Dat de dood ons op elk triviaal moment kan overvallen, confronteert het symbolische wezen in ons. Voor Becker is het duidelijk dat het leven leren omgaan is met dat spanningsveld. Met andere woorden, hoe omgaan met de constante mogelijkheid van een onmiddellijke dood en met de onvermijdelijkheid ervan?
Dit bewustzijn van onze eigen mortaliteit is wat Becker onze State of Terror noemt, of 'staat van angst'. Deze angst is niet zozeer gericht naar het moment van de dood, maar naar de implicaties die het dood-zijn met zich meebrengt: nalatenschap, (in)significantie etc. Mensen willen hun eigen dood ontkennen door zichzelf een eeuwig leven te geven, hun eigen leven geobjectiveerd te zien in een nalatenschap of door zichzelf af te leiden van dit bewustzijn. Mensen willen vluchten van hun dood en gaan die bijgevolg ontkennen. Men doet dit onder andere door het eeuwige leven binnen religies op te zoeken, zichzelf te verdoven met drugs of alledaagse taken etc. De angst voor de dood is de reden waarom we op zoek gaan naar betekenis. Dat ons leven een einde heeft, impliceert de nood ervoor te zorgen dat het niet voor niets was dat we geleefd hebben. Net omdat alles eindig is, zoekt de mens naar een vorm van significantie en zin van het (eigen) leven.
Becker kaart aan dat het onmogelijk is constant te leven volgens het bewustzijn van onze eigen dood, omdat wij die dood toch niet kunnen vatten. Om daaraan te ontsnappen, duiken we in illusies: noodzakelijke leugens om verder te kunnen leven en niet te vervallen in een passief nihilisme. Die illusies zijn verbonden aan het onsterfelijkheidsproject. Dit project houdt in te trachten de dood te overwinnen door zichzelf een nalatenschap te gunnen en daarmee een gevoel van significantie op te wekken. We trachten van onze eindigheid een eeuwigheid te maken.
Becker stelt dat we individueel conform proberen te zijn aan wat hij cultureel heroïsme noemt: een maatschappelijk ideaal dat mensen het gevoel van betekenis geeft door onderdeel te zijn van iets groters dan zichzelf, wat op die manier ook de drang naar zelfvereeuwiging verzadigt. Dit doet men bijvoorbeeld middels voortplanting, kunst of literatuur. Voor Becker is elk geloofssysteem een mythisch heldensysteem dat mensen van doel en betekenis voorziet. Dit cultureel heroïsme is voor velen een bron van het onsterfelijkheidsproject dat de mens voorziet van zingeving.
Maar Becker laat het niet hierbij. Er volgen nog twee zaken. Allereest dat dit bewustzijn van de dood ons kan helpen om het leven optimaler en dankbaarder te beleven, om te kunnen stilstaan bij elk moment en  niet verwikkeld te geraken in niet-noodzakelijke drama's. De tweede opvolging die Becker aankaart, is dat het cultureel heroïsme doorbroken moet worden. Voor hem geeft dit heldensysteem een oppervlakkig gevoel van zingeving en verzadiging omtrent het onsterfelijkheidsproject. De filosoof Blaise Pascal beschreef de mens ooit als een wezen met een oneindige leegte die enkel kan worden opgevuld met 'een oneindig iets'. Hetzelfde lijkt pertinent te zijn in Beckers filosofie. Een cultuur is relatief even vergankelijk als de mens en bijgevolg stelt Becker dat we moeten streven naar een kosmisch heroïsme. Op die manier kunnen we connecteren met kosmische significantie. Hiermee bedoelt hij geen religieuze instantie maar pleit hij voor een open invulling, aangezien we de kosmos kunnen vatten noch vertalen. Als we voorbij culturele significantie denken en verbinden met een kosmische relevantie die voor ons absurd oogt, kunnen we ons leven een meer verzadigbare betekenis toekennen.
Voor Becker gaat het, bij wijze van conclusie, niet over het leven zonder illusies. Toch dienen wij volgens hem wel steeds bewust te blijven van onze dood omdat die zin geeft aan het leven. Het gaat erover dat we tot die tijd het gevoel proberen te vergaren dat ons leven betekenis heeft. Dit doen we het beste door te breken met cultureel heroïsme en te connecteren met een (ongedefinieerde) kosmische significantie. Meer nog stelt Becker dat we allemaal even betekenisloos zijn, maar ons op een zoektocht naar betekenis bevinden. In deze zoektocht tussen geboorte en dood kunnen we niets meer doen dan elkaar hierin te steunen en met elkaar te sympathiseren: dat is overigens de meest kwintessentiële waarde van het leven.
Kwintessens
Joran De Ryck is masterstudent Wijsbegeerte. Hij schrijft zijn thesis over het pessimisme en de verscheurde menselijke conditie die veroordeeld is tot de behoefte aan betekenis in een universum dat die niet kan geven. Verdere interesses zijn klassieke muziek, film en literatuur.
_Joran De Ryck -
Meer van Joran De Ryck

_Recent nieuws

Bekijk alle nieuwe berichten

_Populair nieuws

Bekijk meer populair nieuws