Kwintessens
Geschreven door Sophia De Wolf
  • 10076 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

17 juli 2019 Beste Johan
Na het lezen van je tekst naar aanleiding van de Prijs voor het Vrijzinnig Humanisme (21 juni 2019), borrelt er van alles op.
Ik had je de tekst graag zelf horen debiteren, al weet ik perfect waar je stem wat luider zal hebben geklonken, waar je de verschillende, maar duidelijke intonaties zal hebben gelegd en waar je diminueerde. Met niet eens veel moeite kan ik je hem dus zo horen uitspreken. En het is ontegensprekelijk een 'Johan Braeckman'. Wel ernstig. Ernstiger dan gewoonlijk. Dus zonder de schalksheid van Montaigne die je gewoonlijk in je lezingen laat binnensluipen, wél met de spitse nuchterheid van Spinoza.
Dankwoorden zijn soms nogal eens schoolvoorbeelden van wolligheid, waarbij de door de gevierde uitgesproken zinnen inwisselbaar zijn. Jij trapte niet in die val, integendeel, je vond het een kans om je standpunten nog eens in de verf te zetten en om een aantal zwaarwichtige onderwerpen onverdroten onder de aandacht te brengen. Weeral aan het werk dus, alsof je dacht dat de Prijs nog niet helemaal verdiend was.
Je slaat andermaal de juiste en belangrijke nagels met koppen. Religie, kritisch denken ... het zijn terreinen waarop je je strepen verdiende, vaarzones waarin je meehielp om het logge schip van koers te doen veranderen.
De echte reden van mijn reactie is echter niet je de lof toezwaaien voor die geleverde inspanningen. Immers – en ik weet dat je de laatste zal zijn om me hierin tegen te spreken – íéder mens is belangrijk op zíjn niveau en verdient waardering. Het was daarentegen je aanstekelijke optimisme dat me voor het toetsenbord deed plaatsnemen. En vooral in de eerste plaats je bekommernis voor de minder fortuinlijken. Want dat laatste kan ik alleen maar waarderen. Misschien nog véél meer dan stamboomvrijzinnigen ben ik erg gehecht aan het adjectief 'vrijzinnig', maar toch staat het voor mij slechts vóór het subjectief 'humanisme'. En dan vooral een solidair humanisme.
De mens is slim en vernuftig. Met goeie wil en gedegen aanpak moet dan toch ook het probleem van de lege boterhamdozen dat je aanhaalt op te lossen zijn? Vind je ook niet dat dergelijke mistoestanden níét proberen op te lossen een vorm van schuldig verzuim is van politici?
Ik ben er eveneens van overtuigd dat het positieve wat meer op de voorgrond mag komen. Havenarbeiders weigerden wapens te laden op schepen – als humanistische daad kan dat tellen! Die vorm van burgerlijke ongehoorzaamheid vond ik heel stimulerend. Nochtans las je dat nergens in de krant, noch hoorde je er nieuwslezers iets over zeggen. Ook kan ik beamen dat mensen evenmin grotendeels verzuurd zijn: in mijn werkomgeving als verpleegkundige ervaar ik veel warmte tussen de collega's onderling en van onze patiënten.
Persoonlijk stel ik me wel de vraag of mezelf als humanist beschouwen voldoende is? Of ik, of wij in het algemeen, dat niet wat meer daadwerkelijk in de praktijk moeten brengen? Teksten zoals die van jou kunnen daartoe een aanzet zijn: het Humanistisch Verbond kan ermee aan de slag, wij zijn in de beste positie en hebben de juiste attitude. Moet mogelijk zijn. De vraag is alleen hoe je dat aanpakt. Ik weet dat ook niet zo goed. Maar als de strijd tegen sociaal onrecht als grove schending van mensenrechten niet vanuit vrijzinnig-humanistische hoek zal komen, vanwaar dan wel? Ik kon het niet met eigen ogen zien, maar ik weet met heel grote zekerheid dat je je dankwoord uitsprak voor een geprivilegieerd, slim publiek. Je bent het ongetwijfeld met me eens (want je geeft het zelf aan dat het dagelijks door je hoofd gaat) dat als je een goed lot hebt getrokken, je als rechtgeaarde humanist onmogelijk steeds gemoedelijk op beide oren kunt slapen. Dat we dus een versnelling hoger moeten schakelen en dat niet alleen in woorden, maar vooral in concrete daden. Wordt ongetwijfeld vervolgd. Als vooruitgangsoptimist heb je er eveneens ongetwijfeld een goed oog in.
Geniet ondertussen vooral na van je prijs. Voor mij – en ik zal wel niet de enige zijn – heb je hem vooral verdiend voor je boek De ongelovige Thomas heeft een punt. Na het dichtklappen ervan was ik definitief verlost van een aantal verkeerde opvattingen.
Ik wens je nog een mooie zomer. En doe regelmatig zoals op míjn favoriete Casper en Hobbes-strip – die al een hele tijd op mijn koelkast hangt. Heel erg tegenstrijdig met mijn oproep van hierboven, maar ik wil het je niet onthouden. Casper en Hobbes liggen onder een boom. Hobbes vraagt aan Casper: 'Weet je wat ik mooi vind aan zomerdagen?' Hij geeft zelf het antwoord: 'Ze zijn perfect om van alles te doen … ook al is dat niks'. Casper antwoordt: 'Vooral niks'.
Genegen groeten van Sophia
Kwintessens
Recensent
_Sophia De Wolf Vrijwilliger bij het Huis van de Mens Zottegem
Meer van Sophia De Wolf

_Recent nieuws

Bekijk alle nieuwe berichten

_Populair nieuws

Bekijk meer populair nieuws