Kwintessens
Geschreven door Rudy Van Giel
  • 5272 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

4 augustus 2021 Wijziging moslimgedrag (deel 2)
In het eerste deel van dit essay schreef ik dat volgens Tarik Fraihi de aanslag op de Twin Towers in New York de aanzet gaf tot gedragsverandering onder de islamieten. Sinds de opeenvolgende militaire nederlagen van IS noteerde ik echter het omgekeerde. Bestond er een correlatie?
Ergens beangstigend toch, dat men zich zou spiegelen aan een sadistische terreurorganisatie zonder de minste scrupules, zelfs al is het niet met de bedoeling er morele steun aan te ontlenen of omdat men akkoord gaat met het extremistische gedachtegoed dat eraan ten grondslag ligt. Want misschien wordt (jonge) moslims ook niets anders geboden om zich aan op te trekken. De aandacht die het Westen telkens opnieuw aan het terrorisme besteedt, betekent een duw in de rug van de Arabische identiteit en van haar (vernietigende) kracht. Het verklaart voor een deel de aantrekkingskracht van IS op jonge moslims. De angst voor de terreurgroep leek de kracht van de islam te illustreren. IS onderstreepte iedere keer maar weer het belang van de moslims in de wereld, van hun potentieel en van het feit dat er best rekening wordt gehouden met deze omvangrijke geloofsgemeenschap.
In plaats van de moslims met wie ik contact had tegen te spreken op vlak van het nieuws van de dag – waar ik toch nooit gelijk kon halen –, zette ik de positieve aspecten in de verf van de islamitische cultuur, feiten die de moslims zelf blijkbaar niet bekend zijn, net zomin als de andere Belgen trouwens. We moeten niet enkel het belang van de oude Grieken benadrukken, maar ook dat van de Arabieren en van hun fundamentele bijdragen tot de manier waarop onze maatschappij heden ten dage functioneert en is uitgebouwd. Hun antieke beschaving vormt een onmisbare bouwsteen om te begrijpen hoe de westerse – en bij uitbreiding de mondiale – samenleving is kunnen uitgroeien tot wat ze vandaag is. Laten we dus ophouden hen te marginaliseren en de islam voortdurend te associëren met geweld, maar laten we integendeel oog hebben voor zijn inherente aandeel in de wetenschap en voor het artistieke patrimonium dat hij opleverde. Telkens ik jonge moslims hierop wees, gingen lichtjes in hun ogen fonkelen. Ik reikte hun zaken aan waar ze terecht apetrots op konden zijn, ze hoefden niet naar fundamentalisme terug te grijpen opdat ze zouden meetellen in de gemeenschap; niemand die hen hoorde te geringschatten, daarvoor was hun aandeel en inbreng in de ontwikkeling van de mensheid te groot!
Een tiental jaar geleden las ik House of Wisdom, how the Arabs transformed Western Civilization van Jonathan Lyons, die gedurende twintig jaar – vooral in islamitische landen – als correspondent voor Reuters heeft gewerkt en die tegenwoordig verbonden is aan de Monash University te Melbourne. Hij beschrijft de hoge vlucht die het intellectuele leven van de Arabieren nam dankzij dit Huis van de Wijsheid, dat in de achtste eeuw te Bagdad werd gesticht. Hier verzamelde men tot in de dertiende eeuw manuscripten uit de hele wereld en zette deze teksten in de eigen taal om, om op basis daarvan een push te geven aan het wetenschappelijke en filosofische denken. Terwijl het Westen zich onderdompelde in de middeleeuwen en zich opsloot in de christelijke geloofsovertuiging, bewaarden de islamieten de Griekse teksten van onder anderen Plato en Aristoteles, van wie grote delen van hun geschriften op dat ogenblik in Europa onbekend, dan wel vergeten waren. Tot Thomas van Aquino in de 13de eeuw zich erop toelegde Aristoteles te verzoenen met het christendom. Paradoxaal genoeg dankt het Avondland het conserveren van zijn culturele erfgoed dus voor een belangrijk stuk aan de islamitische geleerden. Ik ben me ervan bewust dat over deze historische rol van de islam controverse bestaat, zie onder meer het boek van de Franse historicus Sylvain Gouguenheim (Aristote au Mont-Saint-Michel, 2008). Het laatste woord hierover is nog niet gezegd, maar ik vind het belangrijk om de moslims die ik ken in deze discussie te betrekken.
Grootmacht als zij in die tijd waren, vertoonden de Arabieren precies als alle andere volkeren een expansiedrift, wat tot invasie van Spanje en Sicilië leidde. De keerzijde van dit wapengekletter is wel dat de moslims hun hoge beschavingspeil via de veroverde gebieden deden uitstralen tot ver voorbij de grenzen ervan. Naast hun bijdragen aan de architectuur – wij danken aan hen een van 's werelds mooiste verwezenlijkingen op dat vlak, het Alhambra in Granada – ontpopten zij zich tot een doorgeefsluis voor onder meer de techniek van papiervervaardiging die ze hadden opgepikt in China en voor het gebruik van het Indiase tiencijfersysteem van de hindoes, waaronder het revolutionaire concept om een teken in te voeren voor nul.
En nu we toch op het terrein van de wiskunde zijn beland, kunnen we meteen de originele bijdragen beklemtonen die de islamitische geleerden hebben geleverd aan de verdere ontwikkeling van deze wetenschap, vooral te situeren op vlak van algebra en driehoeksmeetkunde. Zij zorgden er tegelijk voor dat optica en astronomie een substantiële sprong vooruit maakten en dat de alchemie de weg insloeg van de 'echte' scheikunde, omdat ze experimenten begonnen uit te voeren met als gevolg dat ze de technieken van destillatie en filtratie wisten te verfijnen.
Qua geneeskunde borduurden zij zowel voort op de kennis die de Indiërs ter zake hadden verworven, als op degene die stamde uit de westerse klassieke oudheid; zij hadden Arabische vertalingen te hunner beschikking van Galenus (en tussen haakjes ook van Hippocrates wiens geschriften anders grotendeels verloren zouden zijn gegaan voor het nageslacht) en zij bouwden in de grote steden van het rijk ziekenhuizen, iets wat op dat ogenblik een absoluut novum was in de geschiedenis van de mensheid! Zij maakten vorderingen in de anatomie (beschrijving van de kleine bloedsomloop!), heelkunde, oogziekten en farmacologie. En laten we Ibn Sina niet vergeten uit het begin van het tweede millennium, bij ons beter bekend onder zijn gelatiniseerde naam Avicenna, van wie de Canon Medicinae – de vertaling dus van diens oorspronkelijke encyclopedie – eeuwenlang als leidraad zou gelden in onze gewesten.
In het licht van voorgaande alinea is het merkwaardig hoe weinig aandacht wij besteden aan de bijdragen vanuit de islamitische cultuur tot onze westerse beschaving, en tot de ontwikkeling van de mensheid in het algemeen! Jonathan Lyons vermoedt dat de reden hiervan te zoeken valt in de perceptie die wij tegenwoordig hanteren: wetenschap hoort resultaatgericht te zijn. Toch vindt hij dat we niet enkel naar de verwezenlijkte successen mogen kijken met de maatstaven van vandaag, maar net zozeer de invloeden dienen te beoordelen die ze hebben teweeggebracht. Mochten we Aristoteles met dezelfde ogen beschouwen, hij zou van zijn voetstuk vallen, want van zijn biologie, kosmologie, fysica en wereldbeeld blijft niet veel meer overeind – tenslotte beperkte hij zijn methodiek dan ook tot louter waarnemen ... Toch zal er niemand te vinden zijn die zijn invloed durft te ontkennen op de evolutie in het Westen! (Wordt vervolgd)
Lees hier het eerste deel van dit essay.
Kwintessens
Geboren in Antwerpen, verkaste naar de Limburgse kompels, om ten slotte als huisarts te werken in een volkse en multiculturele wijk te Gent, waar 86 nationaliteiten bij hem stonden ingeschreven. Hij publiceerde 'Kankeren. Een arts wordt patiënt' (Borgerhoff & Lamberigts) en 'Hoop. Broeders zonder liefde' (Ertsberg).
_Rudy Van Giel -
Meer van Rudy Van Giel

_Recent nieuws

Bekijk alle nieuwe berichten

_Populair nieuws

Bekijk meer populair nieuws