4 juli 2023
Volksliederen voor de 'Afrikanertuiste' Orania (1)
Deel 1 van 3
_Volksspele
"Afrikaners is plesierig, dit kan julle glo
Hulle hou van partytjies en dan maak hulle so”
[ons staan in ’n kring
jy vat aan my hand
en ek sidder oor die
drif wat dit bring.]
“Eers draai die ou vroutjie en dan draai haar ou man”
[jou swart oë broei op my mond
maar ek lag net en skud my hare rond
want naby sit ’n onnie
op sy agterpote soos ’n hond.]
“En hy vat om haar lyfie en dan draai hulle saam”
[ons sirkel stadig oor die vloer
hand in die sy
maar ons dink aan hoe jy vat
pouse as jy my buite kry.]
Hulle hou van partytjies en dan maak hulle so”
[ons staan in ’n kring
jy vat aan my hand
en ek sidder oor die
drif wat dit bring.]
“Eers draai die ou vroutjie en dan draai haar ou man”
[jou swart oë broei op my mond
maar ek lag net en skud my hare rond
want naby sit ’n onnie
op sy agterpote soos ’n hond.]
“En hy vat om haar lyfie en dan draai hulle saam”
[ons sirkel stadig oor die vloer
hand in die sy
maar ons dink aan hoe jy vat
pouse as jy my buite kry.]
_Antjie Krog, 'Dogter van Jefta' (1970). Opgenomen in 'Digter wordende. ’n Keur uit die gedigte van Antjie Krog' (2009), blz. 13.
Als “binnenwaartse buitenstaander” van de Afrikaanse letteren heb ik mij de voorbije weken nogal verbaasd, vooral opgewonden. Voor de duidelijkheid: geen opwinding in de Afrikaanse betekenis. Het was voor mij lang geleden dat ik Orania nog in een persbericht zag verschijnen. Dat is toch dat maatschappelijk Afrikaner-project van oude NP-getrouwen die helemaal ontheemd terugverlangen naar goede apartheidsdagen? Toen de wereld nog overzichtelijk opgedeeld was en witten zich veilig voelden aan de zuidpunt van Afrika. Orania als biotoop van “white supremacy”. Zo staat het dorp, desolaat gelegen in de Karoo van de Noord-Kaap, bekend in de Lage Landen. Ook elders in de wereld. Ik heb daarom gelezen, journalistieke teksten van Nederlandse en Vlaamse publicisten die er de voorbije jaren op bezoek zijn gegaan, en breng mijn persoonlijke appreciatie. Indien de baas van Orania mij uitnodigt, ook al maak ik mij na deze bijdrage geen enkele illusie, zal ik graag in gesprek gaan. Laat mij toch maar eerst getuigen over mijn verbijstering. En een ontgoocheling delen.
_Voor eer en glorie
Op 3 juni jongstleden berichtte Netwerk24 over een niet geheel vrijblijvende schrijfcompetitie. Orania, de internationaal veelbesproken enclave in de Noord-Kaap waar witte Afrikaners streven naar een eigen Volksstaat, heeft maanden geleden een oproep gelanceerd voor een volkshymne. Nadat de juridisch gesproken private onderneming van de Boshoff-dynastie, nog lang geen Volksstaat, een eigen munteenheid (“ora”) en een volkseigen vlag liet ontwerpen, is nu een competitie geïnitieerd om een passende tekst voor een anthem te selecteren. Volgens het artikel zijn er tal van inzendingen, ook uit het buitenland. De filosoof Wynand Boshoff zelf, telg van de befaamde dynastie, stelt dat inwoners – witte Afrikaners, meestal minder gegoed en op zoek naar een nieuw houvast in postapartheid Zuid-Afrika – nood hebben aan identificatie met de plek waar ze in beschut isolement wonen. Gortdroog land, verafgelegen, maar een tuiste waar de Afrikaner cultuur en historie liefdevol wordt omarmd. Het gaat kortom over een identitaire kwestie en daarbij kan een volkslied natuurlijk dienst bewijzen.
_Gedachtenwisseling
Over de kwestie hebben Charl-Pierre Naudé en ik de voorbije weken van gedachten gewisseld. Reden voor de schrijver om een opiniestuk te maken. Ik ben Charl-Pierre erkentelijk voor de moeite, vooral voor de bereidheid om zijn betrokkenheid bij de schrijfwedstrijd van Orania te duiden en in geopolitieke termen een standpunt te formuleren. Op sociale media waren er reacties, meestal behoorlijk rechts, exclusief en vooral instemmend, duidelijk vanuit een bepaalde ideologische ingesteldheid ingegeven. Op Facebook liet ik weten alsnog de tweespraak te zullen voeren, vooral omdat onze standpunten verschillen én omdat we voldoende open-minded zijn het gesprek te voeren op het openbare forum. Die tweespraak komt er uiteindelijk niet, maar Charl-Pierre Naudé en ik blijven in gesprek, ook al verschillen onze standpunten. Meningsverschillen hoeven geenszins een jarenlange vriendschap te bruuskeren.
_Schrijven voor volk en staat
Eerst iets over die ophefmakende schrijfcompetitie. De jury bestaat uit bewoners van Orania – volgens het artikel in Die Burger een tienkoppig comité – en er zijn twee literaire adviseurs bereidwillig gevonden om het selectieproces mee te begeleiden: Daniel Hugo en Charl-Pierre Naudé. Het jureringsproces is al een eind gevorderd – nog één vergadering te gaan om een keuze te maken uit vijf “finalisten” – maar de oogst is naar verluidt veeleer mager. Op de foto bij het persartikel zien we beide dichters paraderen bij een bord waarop in grote letters “Waarheid” gekalligrafeerd staat.
En dan is er natuurlijk de ideologische kwestie. Deelname aan een cultureel project georganiseerd door Orania is verre van waardenvrij of politiek onafhankelijk. Naar aanleiding van het persartikel las ik weer kranten- en weekbladbijdragen in De Groene Amsterdammer, Trouw, De Tijd en De Standaard. Ook een bespiegeling van Fred de Vries, opgenomen in Afrikaners. Een volk op drift (Nijgh & Van Ditmar, Amsterdam, 2012), kritische stukken van de voormalige Trouw-correspondent in Zuid-Afrika Niels Posthumus. En ik bekeek de voorbije tijd televisiereportages, onder meer ‘Verliezers van het nieuwe Zuid-Afrika’ in de reeks Van Dis in Afrika (uitgezonden door VPRO, 2010), waarin de Nederlandse schrijver Adriaan van Dis op bezoek gaat in Orania en in een tweede deel de San-bevolking opzoekt, de San die vanwege “collaboratie” met het apartheid-regime ook tot het verliezende kamp worden gerekend. Een van de VPRO-uitzendingen (2010) is getiteld 'Apartheid leeft voort in Orania' (Metropolis).
_Beeldvorming in de Nederlandse en Belgische pers
De lead van een uitgebreide reportage in De Standaard is van de hand van Arno van Rensbergen en fotograaf Johannes De Bruycker. De koptitel is veelzeggend: ‘Alleen witte Afrikaners toegelaten’ (11 juni 2022) en vermeldt: ‘Tot dertig jaar geleden domineerden witte Afrikaners Zuid-Afrika, vandaag voelen ze zich bedreigd. Orania, een nederzetting waar ze hun identiteit willen bewaren, is het meest omstreden dorp van het land’. Met een beeldengroep nabij de Oranjerivier, borstbeelden van onder anderen Hendrik Verwoerd (de architect van apartheid), oud-president van Transvaal Paul Krüger en Boerengeneraals, worden tijden van weleer gememoreerd: toen Zuid-Afrika gedurende decennia is geregeerd door de Nasionale Party (1948-1994) en een politiek systeem van racisme en segregatie installeerde. Ook de Afrikaner Boerenrepublieken Transvaal en Oranje-Vrijstaat, in het midden van de negentiende eeuw veroverd op de Britse koloniale macht, worden sinds ruim twee decennia in Orania herinnerd door de Afrikaner Vrijheidsstichting. Het is deze Stichting die de grond kocht waar het dorp thans is gevestigd. Van Rensbergen vermeldt in zijn reportage: ‘Orania ligt in het midden van de dorre Karoo-semiwoestijn, halfweg tussen Johannesburg en Kaapstad, in de provincie Noord-Kaap. Het dorp wil een toevluchtsoord zijn voor christelijke, witte Afrikaners – het spook van de apartheid is hier nooit ver weg […] Toen er aan het begin van de jaren 90 een einde leek te komen aan de apartheid, verdween ook de politieke, sociale en economische dominantie van de witte minderheidsbevolking. Veertig families gingen op zoek naar een gebied waar ze in afzondering konden leven, weg van de multiculturele samenleving die in de rest van het land in de maak was. Hun oog viel op de verlaten arbeidersnederzetting in het niemandsland’. Het resultaat van de research, gesubsidieerd door het journalistieke Fonds Pascal Decroos, kan hier digitaal worden gelezen.
Lees hier deel 2 van dit essay.
Meer van Yves T'Sjoen