3 juli 2023
Trans humanisme
Transpersonen hebben liever dat je 'trans persoon' schrijft en 'niet transpersoon', ook al kent de officiële woordenlijst enkel het aaneengeschreven woord. Daar zit een argumentatie achter die allesbehalve dwingend is, maar voor de duidelijkheid doen we even mee, want in het geval van transhumanisme en trans humanisme is er mogelijk een significant verschil.
Transhumanisme is de denkschool die gelooft in de verbetering van de mens door technologische ingrepen. Denk aan een geheugenkaart die rechtstreeks aangesloten is op je hersenen, of aan elektrisch aangedreven ledematen die het eigen vlees het nakijken geven. Denk aan nanotechnologie, biotechnologie, cyborgs, cryonisme en een leesbril. Robocop kan als rolmodel dienen. En vertelde Pico della Mirandola al niet in de 15e eeuw dat de mens de mogelijkheden om de menselijke conditie te verbeteren maximaal moest benutten?
Het gaat dus om de veronderstelde verbetering van de condition humaine. Het is een vorm van vooruitgangsgeloof. Soms lijkt het niet meer dan een voortzetting van farmaceutica, maar dan met permanent effect. Het voordeel van een bionische penis is dat de betrokkene niet elke maand naar de apotheker moet voor blauwe pilletjes. Een geheugenimplantaat vergeet nooit wanneer je schoonmoeder jarig is.
Het gaat dus om de veronderstelde verbetering van de condition humaine. Het is een vorm van vooruitgangsgeloof. Soms lijkt het niet meer dan een voortzetting van farmaceutica, maar dan met permanent effect. Het voordeel van een bionische penis is dat de betrokkene niet elke maand naar de apotheker moet voor blauwe pilletjes. Een geheugenimplantaat vergeet nooit wanneer je schoonmoeder jarig is.
Maar weten we wel genoeg van de mens om drastische ingrepen te kunnen verantwoorden? Doen we de menselijke natuur geen geweld aan? Maar als dat nu net de bedoeling is, spelen we dan toch niet met vuur? Leerden de Grieken ons niet dat al te veel hybris de toorn van de goden over ons zal laten neerdalen? Icarus wou dichter bij het zonnevuur, maar eindigde in het water. En loopt de Brave New World straks niet vol monsters van dr. Frankenstein? Wat met onze x-factor, dat onbepaalde, elusieve trekje dat ons mens maakt? Dreigen we dat niet kwijt te spelen? En zetten we geen maatschappij in de steigers waarin vooral de rijken dure updates zullen kopen, terwijl het plebs veroordeeld blijft tot kortere levens met lichamelijke tekortkomingen? Er rijzen wel meer vragen …
Trans humanisme (hier met twee woorden) kan dan het denken zijn dat uitzoekt hoe een humanist aankijkt tegen de trans ideologie. We refereren hier specifiek aan het radicaal veranderen van gender, dat wil zeggen door middel van chirurgische ingrepen en hormonenbehandeling. Volgens biologen betekent een nieuw gender nog geen ander geslacht (dat is voor hen louter een kwestie van gameten), maar dat laten we hier even terzijde. Transhumanisme en trans ideologie hebben wel een paar dingen gemeen. In beide gevallen gelooft men letterlijk in de maakbaarheid van de mens, in de propositie dat we niet begrensd of gedetermineerd zijn door de natuur of door geboorte en al zeker niet door heilige boeken.
Voor Merleau-Ponty (1908-1961) is de mens het enige dier dat in dialoog kan treden met de natuurlijke causaliteit die hem bepaalt. (Cultuur kan zelfs letterlijk natuur veranderen. Dat we lactosetolerantie ontwikkelden door vee te houden, is daar een van de bekendste voorbeelden van.) Kleding is niet natuurlijk, een toiletpot evenmin, maar we kunnen ons geen bestaan meer voorstellen zonder. Weggejaagd worden uit de tuin van Eden is wat ons mens heeft gemaakt. Het vijgenblad van Adam en Eva was de eerste cesuur met de natuur. Pas door het vijgenblad gingen we kijken wat erachter zat en leek de geest los te komen van het lichaam. Sinds dan werden we steeds onnatuurlijker. Wat later – in het jaar 1961 – was er de pil en werd seks losgekoppeld van voortplanting (celibaat, masturbatie, homoseksualiteit en Vaticaanse roulette even buiten beschouwing gelaten). Zowat een decennium later maakte het concept gender opgeld. Gender is een sociale rol, geen aangeboren feit. De 'natuurlijke' rol voor de man of de vrouw werd in vraag gesteld. 'On ne naît pas femme, on le devient', schreef Simone de Beauvoir. In geactualiseerd parler had ze het dus over genders (mv.), niet over het zuiver binaire gegeven van de gameten. Ondertussen zijn we op weg naar evenveel genders als er individuen zijn. De natuur en haar gametentheorie werd geaborteerd, of wordt als veeleer irrelevant bestempeld. Als er überhaupt iets op de ID-kaart hoort, is het gender en niet geslacht. En dat gender is een zaak van gevoelens, of liever: 'innerlijk beleefde genderidentiteit', want zo staat het nu in wetteksten. Men voelt zich x, y of z en dat wordt officieel bekrachtigd. De laatste stap is dat men niet enkel op papier van gender verandert, maar ook in levenden lijve: men kiest voor transitie. Terzijde: het is vreemd dat door het veranderen van primaire en secundaire geslachtskenmerken die weer belangrijker worden dan gender, tenzij transitie als vanzelf gelijkstaat met een verandering van seksuele geaardheid, quod non. Tenzij genderkeuze niets te maken heeft met seksuele geaardheid. It's complicated.
Filosofisch gezien zit er nog een rare kronkel in de aanname dat men is wat men zich voelt en niet wat medisch onderzoek blootlegt. Dat is 'neo-cartesiaans'. Volgens Descartes waren lichaam en geest verschillende substanties. In de actuele versie is men nu niet omdat men denkt, maar wat men denkt, wat alweer neerkomt op een scheiden van lichaam en geest.
Filosofisch gezien zit er nog een rare kronkel in de aanname dat men is wat men zich voelt en niet wat medisch onderzoek blootlegt. Dat is 'neo-cartesiaans'. Volgens Descartes waren lichaam en geest verschillende substanties. In de actuele versie is men nu niet omdat men denkt, maar wat men denkt, wat alweer neerkomt op een scheiden van lichaam en geest.
Er zijn verschillende redenen waarom zoveel Peters en Petra's roepen dat ze pro of contra transities zijn. De klassieke media, maar vooral de nieuwe media maken het topic hot, waardoor het veel belangrijker lijkt dan het is. Verder wordt het verlanglijstje van de trans gemeenschap niet door iedereen gesmaakt. Niet iedereen is te vinden voor trans vrouwen in de damestoiletten. Een ander punt is dat oneigenlijk gebruikte voornaamwoorden niet lekker bekken. Maar de reden waarom veel volk een mening laat horen, is misschien dat het niet om een paar praktische of administratieve details gaat, maar over wat het betekent om een mens te zijn, over hoe we denken over onszelf. Is Descartes echt terug? Dient zich nog heel nieuwe filosofische antropologie aan? Hier wordt vergelijken met transhumanisme weer interessant. Transhumanisme gaat over de mens, terwijl trans humanisme slechts over een paar mensen lijkt te gaan, maar in beide gevallen gaat het om een vergelijkbare paradigmawissel. Als de essentie van wat het betekent een mens, een man of een vrouw te zijn plots radicaal verandert, dan is iedereen betrokken partij.
Trans humanisme verschilt van transhumanisme met betrekking tot het belang van individualisme en identiteit. Rimbaud schreef ooit 'Je est un autre': we bestaan bij gratie van andermans ogen en worden door de ander bepaald in de taal die ons gegeven wordt. Wel, de brief waarin dat stond mag in de versnipperaar, want het zelfbeschikkingsrecht is absoluut geworden: 'je suis moi' en niet alleen bepaal ik wel zelf wat dat betekent, ik eis bovendien dat iedereen dat volgt, tot in de taal waarin over mij gesproken wordt. 'L'état c’est moi.' De knipoog naar Louis XIV is niet van de pot gerukt. De genderwet bevat sinds januari van dit jaar elf 'beschermde categorieën' waarvoor discriminatie verboden is. Daar horen bij: genderexpressie, genderidentiteit en geslachtsverandering. Er zijn mensen die stellen dat men gediscrimineerd wordt als men zich gediscrimineerd voelt, net zoals men m/v/x is als men zich m/v/x voelt. Als men een en ander doortrekt, bepaalt het subjectieve ik wanneer de staat moet sanctioneren. Bijvoorbeeld wanneer iemand het vertikt om genderneutrale voornaamwoorden te gebruiken. Hoever men uiteindelijk denkt te springen met de triade identiteit, individualisme en emotionalisme (gevoelens gaan boven feiten) wordt een prangende vraag. Wie denkt dat het allemaal niet zo'n vaart zal lopen, moet maar eens nagaan wanneer en waarom Jordan Petersen plots beroemd werd (het was alleszins niet voor zijn jongleren met Nietzsche).
De letterlijke maakbaarheid van de mens impliceert een aantal concrete voorwaarden. Zo moet de technologie voorhanden zijn. Voor mijn grootmoeder zou een transitie nooit aan de orde geweest zijn. Het gaat dus om een aanbodeconomie: het aanbod creëert de vraag. De technologie moet bovendien betaalbaar zijn, wat verklaart waarom er geen 'transitioners' zijn in Burundi of Haïti. Welvaart is dus een cruciaal punt. Ook in rijke landen moeten 'blade runners' diep in de buidel tasten. Dat kan verholpen worden door de kosten over de gemeenschap te verdelen. Dat heet het assurantieel principe. In België draagt elke burger bij aan de transitiekosten van trans mensen, wat niet het geval is bij louter esthetische ingrepen, ook al zijn geen van beide medisch noodzakelijk (ik betwijfel of dit debat wel ten gronde gevoerd is, tenzij met experten uit het pro-kamp). Er moet een moreel of levensbeschouwelijk akkoord zijn van de samenleving. In theocratieën en andere dictaturen is dat er zeker niet, maar ik ben evenmin overtuigd dat de besluitvorming in de liberale democratieën optimaal verloopt.
Ik heb het voornamelijk over trans humanisme gehad. Dat was ook de bedoeling. Het brugje naar transhumanisme leek me evenwel zinnig om een aantal bedenkingen breder te kunnen kaderen. Uw dienaar wil niet verhullen weinig heil te zien in transitie, voornamelijk omdat een probleem dat tussen de oren zit, ook best daar kan aangepakt worden. Dat geldt a fortiori voor het snel stijgend aantal kwetsbare jongeren dat na eindeloos surfen plots in de rij gaat staan voor een transitietraject. Dat haalt begrip voor de betrokken personen niet onderuit, noch het fundamentele respect voor de vrijheid en de gevoelens van de ander. Het gaat mij niet om de personen, maar om de argumenten.
Een nieuw mensbeeld zorgt voor spanningen. Iemand die rare voornaamwoorden niet wil verbieden, maar ze toch liever niet ziet gebieden, is daarom nog geen reactionaire transfoob. Hetzelfde geldt voor andere bezwaren.
Verder is een mening niet meer dan dat: een mening in een debat dat volgens mij nog niet gesloten is, want er lopen wel wat linkse liberalen rond die met grote ogen staan te kijken naar de snelheid waarmee en de mate waarin genderschap burgerschap als politiek punt verdringt.
Meer van Nick De Clippel
Verder is een mening niet meer dan dat: een mening in een debat dat volgens mij nog niet gesloten is, want er lopen wel wat linkse liberalen rond die met grote ogen staan te kijken naar de snelheid waarmee en de mate waarin genderschap burgerschap als politiek punt verdringt.