25 september 2025
Brief aan Sebastien Valkenberg en Floris van den Berg
Beste Floris en Sebastien
Naar aanleiding van jullie recente boeiende briefwisseling op Kwintessens over vooruitgang permiteer ik mij enige meningen. Mijn belangrijkste doelstelling is een aanzet(je) te geven tot een samenballing van wat deugdelijk is in zowel de optimistische als de pessimistische visies op de huidige staat van de wereld en zijn ontwikkelingsperspectieven.
Dit schreef ik eerder op Kwintessens: 'Vooruitgangsoptimisten gebruiken de statistieken om naar het verleden te kijken: kijk toch eens van hoever we, het "rijke" kwart van de wereldbevolking dus, al gekomen zijn … laten we dus zo verder doen. De zogenaamde pessimisten gebruiken dezelfde statistieken om naar de toekomst te kijken: kijk toch eens hoe ver we nog moeten gaan voor die andere drie vierden … zo kunnen we dus niet verder doen.'
In feite zijn de doelstellingen van beide strekkingen dezelfde: de wereld leefbaar houden voor de mensheid (minus de gekkies die per se naar Mars willen: enkele reis graag!). De optimisten kijken daarvoor in de eerste plaats naar wetenschap en technologie. De pessimisten vrezen vooral de eindigheid van een hele resem essentiële elementen voor menselijk leven (in beide betekenissen), met andere woorden de opschaalbaarheid wordt in vraag gesteld. Dat het menselijk handelen sterke stroperigheid vertoont, zeker naar beneden, zorgt voor extra onrust. Behalve misschien een weliswaar luidruchtige en daardoor mediagenieke franje zijn de pessimisten heus geen luddieten!
Waar we uiteindelijk zullen eindigen valt niet te voorspellen. Punt. Maar laten we in elk geval proberen de plussen uit beide strekkingen samen te brengen in één groot actieplan. Dat moet dan het volgende omvatten.
In feite zijn de doelstellingen van beide strekkingen dezelfde: de wereld leefbaar houden voor de mensheid (minus de gekkies die per se naar Mars willen: enkele reis graag!). De optimisten kijken daarvoor in de eerste plaats naar wetenschap en technologie. De pessimisten vrezen vooral de eindigheid van een hele resem essentiële elementen voor menselijk leven (in beide betekenissen), met andere woorden de opschaalbaarheid wordt in vraag gesteld. Dat het menselijk handelen sterke stroperigheid vertoont, zeker naar beneden, zorgt voor extra onrust. Behalve misschien een weliswaar luidruchtige en daardoor mediagenieke franje zijn de pessimisten heus geen luddieten!
Waar we uiteindelijk zullen eindigen valt niet te voorspellen. Punt. Maar laten we in elk geval proberen de plussen uit beide strekkingen samen te brengen in één groot actieplan. Dat moet dan het volgende omvatten.
_Verhoogde inspanning op het gebied van wetenschap en technologie
Gelukkig neemt wereldwijd het aantal wetenschappers en technologen opzienbarend snel toe. Hoera voor STEM-onderwijs! Drie brede werven zijn hier zichtbaar.
Productie van elektriciteit.
Hier zijn twee wegen aan de productiekant. Ten eerste, nieuwe nucleaire technologieën versneld ontwikkelen (en dus niet miljarden vergooien aan de bouw van huidige types kerncentrales die veel te veel problemen in zich dragen) en tegelijk captatie van zonne-energie in hoogste versnelling zetten (met name in de vorm van wind): de huidige technologieën staan immers nog in hun kinderschoenen, wat blijkt uit de nog steeds snel stijgende rendementen. Tegelijk, ten tweede, voller inzetten op energiebesparende technologieën.
Hier zijn twee wegen aan de productiekant. Ten eerste, nieuwe nucleaire technologieën versneld ontwikkelen (en dus niet miljarden vergooien aan de bouw van huidige types kerncentrales die veel te veel problemen in zich dragen) en tegelijk captatie van zonne-energie in hoogste versnelling zetten (met name in de vorm van wind): de huidige technologieën staan immers nog in hun kinderschoenen, wat blijkt uit de nog steeds snel stijgende rendementen. Tegelijk, ten tweede, voller inzetten op energiebesparende technologieën.
Verbeterde materialen efficiënter gebruiken.
De materialenleer is bij lange niet aan haar slotaria toe.
De materialenleer is bij lange niet aan haar slotaria toe.
Bescherming van leefmilieu en landgebonden productie.
Een voorname zorg is de, volgens sommigen, naar catastrofe neigende daling in de insectenpopulaties. Daar wordt beslist niet hard genoeg aan gewerkt en tegenin gegaan. GGO's (en hun opvolgers) hebben we niet nodig om de hele wereld ordentelijk te voeden. Voor niet-voeding (bijvoorbeeld: thee, koffie, rubber, biobrandstof) zijn er minder a-prioribezwaren, mits voorzichtigheid in acht wordt genomen en met strakke monitoring. Zelf ben ik er niet uit of we ze toch ook willen inzetten in voeding om andere redenen dan productie (bijvoorbeeld waterbeheer, vrijmaken van land voor hernaturering). Onderzoek moet in elk geval gestimuleerd worden.
Een voorname zorg is de, volgens sommigen, naar catastrofe neigende daling in de insectenpopulaties. Daar wordt beslist niet hard genoeg aan gewerkt en tegenin gegaan. GGO's (en hun opvolgers) hebben we niet nodig om de hele wereld ordentelijk te voeden. Voor niet-voeding (bijvoorbeeld: thee, koffie, rubber, biobrandstof) zijn er minder a-prioribezwaren, mits voorzichtigheid in acht wordt genomen en met strakke monitoring. Zelf ben ik er niet uit of we ze toch ook willen inzetten in voeding om andere redenen dan productie (bijvoorbeeld waterbeheer, vrijmaken van land voor hernaturering). Onderzoek moet in elk geval gestimuleerd worden.
_Verhoogde inspanning op het gebied van paradigma shifts van menselijke consumptie
Hier wil ik graag verwijzen naar het bijzonder interessant boekje van W. Van Lancker en A. Otto Waarom gele hesjes niet met een bakfiets rijden en hun suggestie van de 'Mexican wave' voor mentaliteitsverandering. Met name broeikasgasuitstotende en/of materiaalverslindende patronen moeten sterk ontmoedigd worden, evenwel met afdoende bescherming van de onderste sociaaleconomische strata in de samenleving.
Zonder grote overheidsingrepen zal dat niet gebeuren en ja, er zullen zekere vrijheden (tijdelijk, i.e. een-twee generaties) moeten worden aangetast. Die zullen vooral de beter gefortuneerden niet welgevallig zijn. Over vrijheid, economie en vooruitgang heeft Joseph Stiglitz zonet zijn groot licht laten schijnen in zijn The Road to Freedom.
Zonder grote overheidsingrepen zal dat niet gebeuren en ja, er zullen zekere vrijheden (tijdelijk, i.e. een-twee generaties) moeten worden aangetast. Die zullen vooral de beter gefortuneerden niet welgevallig zijn. Over vrijheid, economie en vooruitgang heeft Joseph Stiglitz zonet zijn groot licht laten schijnen in zijn The Road to Freedom.
Wat zeker ook moet gebeuren is een heel bijzondere inspanning om de arme landen forse duwen in de juiste richting te geven. Dat is een gigantische klus waarmee echt niet langer mag worden getreuzeld. Hier is helaas niet alleen stroperigheid het probleem: er is kennelijk een groeiende consensus onder de rijke landen dat ze ontwikkelingshulp willen terugschroeven. Ze moet net fors worden opgevoerd maar dan weg van de huidige paden omdat die, in se, nog altijd veel te veel gericht zijn op onze noden, wensen en gevoeligheden. We moeten ophouden met ons slecht geweten te sussen, vooral met volstrekt zinloze, zelfs contraproductieve vertoningen genre noodhulpdroppings boven Gaza.
En natuurlijk moeten 'pessimisten' blijven de onvermijdelijke problemen met onvoorziene (soms verdoezelde) neveneffecten van nieuwe technologieën in kaart brengen om ze beheersbaar te houden of zelfs vermijdbaar te maken.
En natuurlijk moeten 'pessimisten' blijven de onvermijdelijke problemen met onvoorziene (soms verdoezelde) neveneffecten van nieuwe technologieën in kaart brengen om ze beheersbaar te houden of zelfs vermijdbaar te maken.
Mijn eigen twijfels hebben alles te maken met het feit dat 'de mens' genetisch en evolutionair voorgeprogrammeerd schijnt te zijn als een egoïstische opportunist versterkt door een sterke FOMO-attitude, waardoor meer nooit genoeg kan zijn ... een nagenoeg onbekend fenomeen in de rest van de dierenwereld. Ondanks alle bombarie over de liefdadigheid van de rijken eindigt solidariteit eigenlijk aan onze voordeur. Stiglitz is beleefder waar hij schrijft dat mensen '...typically do not weigh the well-being of others as much as that of themselves'. Precies om dat te rectificeren hebben we overheden nodig.
In een recent interview in De Morgen stelde Joan Tronto (political science professor University of Minnesota): 'Amerikanen zijn niet in staat naar zichzelf te kijken als een deel van de wereld'. Een en ander hangt samen met hun 'myth of exceptionalism'. Men mag inderdaad denken dat Amerika voor zichzelf heeft uitgemaakt dat het gunstiger voor Amerika zal uitkomen de eigen schade te herstellen dan te doen wat van Amerika logischerwijze verwacht mag worden om de schade wereldwijd te voorkomen. De vrees is dat Europa de laatste jaren ook weer meer die richting uitschuift. Het is een open vraag of deze wensdroom ook effectief zal worden gehonoreerd in de feiten.
Dus ja, mijn glas blijft aanzienlijk minder gevuld dan half leeg. Ik kan mij helaas een wereld indenken waarin de ongelijkheid weer aanzienlijk is toegenomen en die opgedeeld zal zijn in rijke 'eilanden', verscholen achter onneembaar versterkte muren (dijken?) en de rest van de wereld zal ploeteren onder een strakke vorm van kolonialisme, volledig in dienst van die rijke eilanden. Die zullen zich dan wellicht zelf wel 'democratisch' blijven noemen ... dat vonden de koloniale grootmachten destijds toch ook van zichzelf. Bij zulk dystopisch beeld durf ik wel eens vaker te denken: ach man, je bent al op je 79ste ... daarvoor hoef jij toch niet bevreesd te zijn. Een geruststellende gedachte?