2 december 2025
Finissage 'Tweede adem'
Op zondagnamiddag 30 november 2025 vond de finissage plaats van de allereerste tentoonstelling in de nieuwe ruimte van het Humanistisch Verbond. Ilse Kerkove cureerde een expo waarin achttien kunstenaars hun licht lieten schijnen op de zes krijtlijnen van de Verklaring van 30 november, een kort en krachtig richtinggevend ‘manifest’ over maatschappelijke transitie. Het werd een feestelijke namiddag, met toespraken door Hans Claus en Humanistisch Verbond-coördinator Gert De Nutte, en een inspirerende lezing door prof. Paul Verhaeghe, hoogleraar klinische psychologie en psychoanalyse aan de UGent.
_Dames en heren
U bent dat vandaag de dag niet meer gewend en u had dat ongetwijfeld niet verwacht, en al zeker niet na de bekendmaking van de geniale en uiterst sociale begrotingsoefening van onze regering, maar ik heb zowaar goed nieuws voor u: u bent hier op de best mogelijke plaats denkbaar want naar kunst kijken, en daar komt u vandaag onder meer voor, naar kunst kijken is gezond. Zo staat het zwart-op-wit in de krant De Standaard en dus is het de waarheid, want de media zijn niet alleen the message maar ook the truth. Behalve als het gaat over Fox News en Truth Social uiteraard en eigenlijk 90% of meer van wat u dagelijks in uw maag gesplitst krijgt, en hoed u vooral voor namen van media die het woord 'waarheid' bevatten, remember George Orwell.
We zijn hier vandaag natuurlijk niet alleen om een heilzame blik op interessante kunst te werpen, maar ook om de zesde verjaardag te vieren van de Verklaring van 30 november – een kort en krachtig soortement manifest waarvan ik ter gelegenheid van een vorige verjaardagseditie (de vierde denk ik) zei dat ik toch niet zo goed wist wat die Verklaring nu eigenlijk was, en eerlijk gezegd weet ik het vandaag nog altijd niet. Ik had ze toen vergeleken met negatieve theologie waarbij het eenvoudiger is om te vertellen wat iets (zoals bv. de allerhoogste) niet is dan wel is. Hierbij aansluitend, en om in de sfeer te blijven (het is tenslotte bijna Kerstmis nietwaar), kunnen we de Verklaring misschien bestempelen als de Bergrede van de maatschappelijke transitiegedachte, waarmee ik Hans Claus niet meteen wil vereenzelvigen met de gekruisigde, maar wie weet, misschien komt dat ook nog wel. Ik herinner u meteen als waarschuwing aan vers 19 uit Mattheüs 5: ‘Wie dus een van die voorschriften, zelfs het geringste, opheft en zo de mensen leert, zal de geringste [tja, de stijl, Willibrord-vertaling] geacht worden in het Rijk der hemelen, maar wie ze [de voorschriften] onderhoudt en leert zal groot geacht worden in het Rijk der hemelen.’ U merkt het, ook vrijzinnig humanisten kennen hun klassiekers. Gezien de huidige toestand van de wereld, zij het binnen- of buitenland, zullen we het helaas wellicht vooral met dat Rijk der hemelen moeten doen, want de realiteit van dit ondermaanse belooft op vele fronten (het woord is niet toevallig gekozen) toch niet bijster veel goeds. We gaan hier verder maar niet te veel zeuren over de staat van de wereld, want dan zijn we volgende week nog niet bij de afsluitende drank aanbeland, en die laatste is nu eenmaal de voornaamste reden waarom mensen naar vernissages en finissages komen.
Niettemin, die fameuze Verklaring blijft toch maar inspireren, als een soort nooit verdwijnende basso continuo die je altijd op de achtergrond hoort, als een subtiel referentiekader dat zich in je achterhoofd genesteld heeft en dat permanent je gedachten en handelingen als een universele toetssteen begeleidt. Het is een soort van paulinische doorn in je vlees (u merkt het, ik heb toch ergens een nieuwtestamentisch virus opgedaan), maar alle gekheid op een stokje, ieder keer ik die Verklaring lees, blijf ik me verbazen over de stille, maar ook dwingende urgentie en relevantie die daaruit spreekt.
Dat betekent niet, en dat hoeft misschien ook niet, dat ik het met alles wat daarin staat eens ben, dat heb ik ook al eerder gezegd. Ik geloof bv. niet in degrowth, in minder, in beperking, in quietisme, in het stilletjes Candidegewijs cultiveren van je eigen kleine tuintje. Mensen zijn dynamisch, gulzig, expansief, ze willen altijd meer (en liefst ook beter), mensen willen vooruit en naar boven (als we ergens een heuvel zien willen we erop klimmen en liefst ook onze vlag op de top planten), mensen zijn strevers, ‘wer immer strebend sich bemüht den können wir erlösen’ (‘Wie zich steeds inspant en blijft streven, die kunnen wij verlossen’), zo schreef Goethe, en zo is het ook, zo is de menselijke natuur. Ik wil zelf ook altijd meer boeken, om maar iets te zeggen, de rekken en kamers puilen uit, maar dat is omdat ik zoals iedere rechtgeaarde vrijzinnige in het eeuwige leven geloof zodat ik die ook allemaal kan lezen – voor alle duidelijkheid, het eeuwige leven hier dus, niet daarboven in de wolken.
Dit alles betekent niet dat we kritiekloos die kapitalistische god van de ongebreidelde groei moeten aanbidden: er is groei en er is wildgroei, er is groei van zorgvuldig geteelde gewassen en er is ongecontroleerde groei van welig tierend ‘onkruid’ – u begrijpt ongetwijfeld wat ik bedoel. Er is niks mis met die groei als hij ten dienste staat van duurzaamheid en van het welzijn van mens, samenleving en planeet. Dat is helaas vandaag allerminst het geval.
Dit alles betekent niet dat we kritiekloos die kapitalistische god van de ongebreidelde groei moeten aanbidden: er is groei en er is wildgroei, er is groei van zorgvuldig geteelde gewassen en er is ongecontroleerde groei van welig tierend ‘onkruid’ – u begrijpt ongetwijfeld wat ik bedoel. Er is niks mis met die groei als hij ten dienste staat van duurzaamheid en van het welzijn van mens, samenleving en planeet. Dat is helaas vandaag allerminst het geval.
Hoe dan ook, de Verklaring inspireert en inspireert duidelijk ook kunstenaars en dat is waarvan we vandaag de gelukkige getuigen zijn. En ik maak hier graag van de gelegenheid gebruik om iets te zeggen over kunst (en cultuur) in het algemeen en waarom wij daar ook als Humanistisch Verbond met overtuiging zoveel aandacht aan besteden.
U weet wellicht dat onze vereniging gesubsidieerd wordt binnen het kader van het decreet sociaal-cultureel volwassenwerk van de Vlaamse Gemeenschap. U heeft mogelijk de voorbije weken wel een en ander opgevangen van de weinig verheffende politieke koehandel over die subsidies binnen de schoot van de Vlaamse regering en ik ga daar hier niet verder op ingaan (u mag me daar straks altijd vragen over stellen). Een van de sociaal-culturele functies waarop een organisatie (als ze daarvoor kiest) kan inzetten is cultuur (de zgn. cultuurfunctie), zowel te begrijpen in enge (artistieke producten en producties zeg maar) als in brede zin (cultuur als een betekenisgevend waardekader). In onze visietekst (die moeten we schrijven voor alle functies waar we voor kiezen) benadrukken we het belang van kunst en cultuur als enerzijds intrinsiek waardevol fenomeen – kunst is interessant, mooi en plezant, of kan dat zijn – maar anderzijds ook als instrument en hefboom voor maatschappelijke emancipatie en engagement. Het zijn twee kanten van dezelfde medaille en meteen ook twee aspecten die hier vandaag in deze tentoonstelling naadloos in elkaar overgaan.
Finissage 'Tweede adem'
Om dat eventjes te duiden vergast ik u graag op enkele fragmenten uit onze visietekst over kunst en cultuur die we tevens als onderdeel van onze maatschappelijke contextanalyse (dat is ook een verplichte oefening) hebben uitgewerkt in ons nieuwe (en gelukkig positief beoordeelde) beleidsplan voor de komende vijf jaren.
Uit het hoofdstuk ‘Maatschappelijke contextanalyse: kunst en cultuur’:
1.
De meeste actoren, commentatoren, onderzoekers en ook beleidsverantwoordelijken in het culturele domein blijken het in grote lijnen erover eens te zijn dat kunst en cultuur onmisbare hefbomen zijn voor maatschappelijke vooruitgang, empowerment van mensen en groepen, emancipatie, innovatie, verbinding en gemeenschapsvorming – dit alles naast of bovenop de grote intrinsieke waarde van cultuurproductie en cultuurbeleving.
De meeste actoren, commentatoren, onderzoekers en ook beleidsverantwoordelijken in het culturele domein blijken het in grote lijnen erover eens te zijn dat kunst en cultuur onmisbare hefbomen zijn voor maatschappelijke vooruitgang, empowerment van mensen en groepen, emancipatie, innovatie, verbinding en gemeenschapsvorming – dit alles naast of bovenop de grote intrinsieke waarde van cultuurproductie en cultuurbeleving.
2.
In ‘Cultuur als motor van een paradigmashift’ stelt Johan Penson dat cultuur ‘de motor (is) in de transitie naar een duurzame, sociaal rechtvaardige samenleving. De sector heeft daarvoor alles in zijn mars. (…) Kunst en kunstenaarschap gaan al eeuwen om met maatschappijkritiek en ethische schandalen. Steeds weer hebben de kunst en de kunstenaar op een bepaalde manier de geldende normen en waarden van een samenleving in vraag gesteld. (…) Kunst en cultuur zetten aan tot verandering; ze stimuleren het publiek debat. Dit is de basis van democratie.’
In ‘Cultuur als motor van een paradigmashift’ stelt Johan Penson dat cultuur ‘de motor (is) in de transitie naar een duurzame, sociaal rechtvaardige samenleving. De sector heeft daarvoor alles in zijn mars. (…) Kunst en kunstenaarschap gaan al eeuwen om met maatschappijkritiek en ethische schandalen. Steeds weer hebben de kunst en de kunstenaar op een bepaalde manier de geldende normen en waarden van een samenleving in vraag gesteld. (…) Kunst en cultuur zetten aan tot verandering; ze stimuleren het publiek debat. Dit is de basis van democratie.’
3.
In de publicatie ‘Impact van kunst en cultuur’ benadrukt de Creatieve Coalitie de belangrijke maatschappelijke waarde (onderwijs, gezondheidszorg, sociale cohesie, bijdrage aan duurzaamheid, bevorderen van participatie, vergroten van levenskwaliteit – u herkent de domeinen van de Verklaring) en de sociale (welzijns)waarde van kunst en cultuur:
‘Kunst en cultuur zijn van belang voor de samenleving, denk dan bijvoorbeeld aan de betekenis van creativiteit in het onderwijs, de gezondheidszorg en de bijdrage aan sociale cohesie. De maatschappelijke waarde zit ook in het bevorderen van een duurzame samenleving die de levenskwaliteit vergroot, het tegengaan van mechanismen van uitsluiting en het stimuleren van de participatie van burgers in sociale processen. Kortom, een beter functionerende samenleving.
Kunst heeft ook een bewezen impact op het individueel welzijn.’
In de publicatie ‘Impact van kunst en cultuur’ benadrukt de Creatieve Coalitie de belangrijke maatschappelijke waarde (onderwijs, gezondheidszorg, sociale cohesie, bijdrage aan duurzaamheid, bevorderen van participatie, vergroten van levenskwaliteit – u herkent de domeinen van de Verklaring) en de sociale (welzijns)waarde van kunst en cultuur:
‘Kunst en cultuur zijn van belang voor de samenleving, denk dan bijvoorbeeld aan de betekenis van creativiteit in het onderwijs, de gezondheidszorg en de bijdrage aan sociale cohesie. De maatschappelijke waarde zit ook in het bevorderen van een duurzame samenleving die de levenskwaliteit vergroot, het tegengaan van mechanismen van uitsluiting en het stimuleren van de participatie van burgers in sociale processen. Kortom, een beter functionerende samenleving.
Kunst heeft ook een bewezen impact op het individueel welzijn.’
4.
Een visie van Bart Caron, vroeger lid voor Groen van de Commissie Cultuur van het Vlaams parlement, ook over de maatschappelijke rol van kunst en cultuur.
‘Vooreerst is er de intrinsieke waarde die cultuur (lees: kunst, erfgoed en sociaal-cultureel werk) heeft. Cultuur maakt een samenleving cultureel "rijker" in alle opzichten. (…)
Ten tweede spelen kunst en cultuur een rol als beschouwer van de ontwikkeling van de samenleving. De kritische en autonome stem van kunstenaars, sociaal-culturele werkers en erfgoedzorgers is permanent aanwezig in de samenleving, en zet burgers aan het denken. Zij commentariëren, elk op hun manier, de samenleving. Dat gebeurt in hun artistieke taal, of in het sociaal-cultureel werk in door hen gecreëerde vrije ruimte. Er is niet altijd een rechtstreekse invloed op politieke, casu quo maatschappelijke ontwikkelingen, maar die invloed is minstens indirect.
Ten derde: cultuur versterkt de kritische zin en de autonomie van de leden van een samenleving. Kunst verlegt grenzen en verruimt de horizon van het publiek, cultureel erfgoed doet ons nadenken over het verleden in relatie tot de toekomst, sociaal-cultureel werk draagt bij tot activering, emancipatie en zin voor gemeenschap.
Ten vierde: cultuur levert de burger sociaal kapitaal en versterkt gemeenschappen (sociale cohesie).’
Een visie van Bart Caron, vroeger lid voor Groen van de Commissie Cultuur van het Vlaams parlement, ook over de maatschappelijke rol van kunst en cultuur.
‘Vooreerst is er de intrinsieke waarde die cultuur (lees: kunst, erfgoed en sociaal-cultureel werk) heeft. Cultuur maakt een samenleving cultureel "rijker" in alle opzichten. (…)
Ten tweede spelen kunst en cultuur een rol als beschouwer van de ontwikkeling van de samenleving. De kritische en autonome stem van kunstenaars, sociaal-culturele werkers en erfgoedzorgers is permanent aanwezig in de samenleving, en zet burgers aan het denken. Zij commentariëren, elk op hun manier, de samenleving. Dat gebeurt in hun artistieke taal, of in het sociaal-cultureel werk in door hen gecreëerde vrije ruimte. Er is niet altijd een rechtstreekse invloed op politieke, casu quo maatschappelijke ontwikkelingen, maar die invloed is minstens indirect.
Ten derde: cultuur versterkt de kritische zin en de autonomie van de leden van een samenleving. Kunst verlegt grenzen en verruimt de horizon van het publiek, cultureel erfgoed doet ons nadenken over het verleden in relatie tot de toekomst, sociaal-cultureel werk draagt bij tot activering, emancipatie en zin voor gemeenschap.
Ten vierde: cultuur levert de burger sociaal kapitaal en versterkt gemeenschappen (sociale cohesie).’
5.
Uit een onderzoek door de Rijksuniversiteit Groningen onder de titel ‘De Waarde van Cultuur’:
‘Kunst, en cultuur in het algemeen, doen ons nadenken over verleden, heden en toekomst. Het stelt zaken in vraag, houdt ons vaak een spiegel voor, verscherpt onze normen en waarden en leert ons ook anderen, zowel individuen als culturen, beter begrijpen. Cultuur brengt ons nieuwe inzichten en helpt de samenleving evolueren. Cultuur en creativiteit zijn ook de motors van innovatie, de potgrond waarin nieuwe ideeën tot bloei kunnen komen.’
Uit een onderzoek door de Rijksuniversiteit Groningen onder de titel ‘De Waarde van Cultuur’:
‘Kunst, en cultuur in het algemeen, doen ons nadenken over verleden, heden en toekomst. Het stelt zaken in vraag, houdt ons vaak een spiegel voor, verscherpt onze normen en waarden en leert ons ook anderen, zowel individuen als culturen, beter begrijpen. Cultuur brengt ons nieuwe inzichten en helpt de samenleving evolueren. Cultuur en creativiteit zijn ook de motors van innovatie, de potgrond waarin nieuwe ideeën tot bloei kunnen komen.’
En zo kunnen we nog een tijdje doorgaan dames en heren, maar al deze stemmen en onderzoeken maken ook duidelijk waarom een maatschappijkritisch statement als de Verklaring ik zou zeggen op natuurlijke en organische wijze kunstenaars die reflecteren over mens en samenleving inspireert en uitdaagt. Van het resultaat kunt u hier vandaag volop genieten. ‘Een kunstwerk’, zo schrijft nog Wouter Davidts (docent UGent), ‘kan de wereld niet veranderen, maar wel onze blik erop'.
Om deze reflectie over kunst en emancipatie of engagement af te sluiten met een expliciet vrijzinnig-humanistische benadering, verwijs ik hier graag nog naar de visie op kunst en humanisme van em. prof. Willem Elias, kunstfilosoof, agoog en kunstcriticus (VUB). Er bestaat wellicht niet zoiets als ‘vrijzinnige kunst’, maar Elias ziet wel een duidelijke parallel tussen de methodiek van het vrije denken en de kracht, werking en finaliteit van het muzische. Het vrijzinnig humanisme wil immers ‘mensen kansen bieden om zich te ontwikkelen in hun cognitief-emotionele, ethische en esthetische dimensies via agogische vaardigheden binnen het sociaal-culturele veld’. De uitgangspunten van het vrijzinnig humanisme zijn dezelfde als die van de vrije en authentieke kunstenaar: ‘vrijheid van denken en handelen, uitdrukking van lichamelijkheid, radicale kritiek en relativeringsvermogen, zelfbeschikking, rechten van de mens, gelijkwaardigheid, respect voor de diversiteit aan levensverhalen, inclusiviteit, dialoog, solidariteit, wereldburgerschap en democratie’. En zo ontmoeten de Verklaring en het vrijzinnig humanisme elkaar, ook in de kunst.
Ziezo beste vrienden, nu weet u ten minste wat u hier vandaag kunt bewonderen en waarom.
Om af te sluiten keren we nog even terug naar de Verklaring zelf. Ik heb gemerkt, dames en heren, dat die zowaar op miraculeuze wijze doorwerkt in alle spleten en kieren van de samenleving, zelfs bij mensen die ze niet ondertekend hebben – misschien moeten we Hans Claus toch die bovennatuurlijke gaven toedichten. Ter illustratie lees ik u een sprekend fragmentje voor uit een recente blogtekst door Eric Lancksweerdt (voormalig magistraat bij de Raad van State en em. prof. UHasselt en KULeuven; en tot nader order geen ondertekenaar van de Verklaring). In zijn blogtekst pleit hij voor de oprichting van ‘wijsheidsraden’ – waarmee hij vooral geen regeringen bedoelt, u moet de tekst maar eens nalezen op onze website:
‘Neem bijvoorbeeld het stikstofprobleem. Vanzelfsprekend gaat het om depositiewaarden, wetenschappelijke kennis en de rendabiliteit van landbouwondernemingen. Voor alle duidelijkheid: laten we dat vooral niet veronachtzamen. Maar daaronder zitten nog heel andere vragen: wat is onze verhouding met de natuur en met andere levensvormen? Willen wij een louter op winstvermeerdering gerichte economie of een die vooral zorgt voor de vervulling van de werkelijke menselijke behoeften? Wat zijn onze fundamentele waarden? Hoe willen wij tegelijk zorg dragen voor de huidige en de toekomstige generaties? Als de wijsheid een persoon zou zijn, wat zou zij ons dan vertellen? Zulke vragen onder de loep nemen, vraagt om verdieping en verstilling. Even de waan van de dag en de hectiek van elkaar bestrijdende standpunten laten voor wat ze zijn. Op een dieper niveau aftasten wat mogelijk en wenselijk is, wat voor iedereen min of meer kan werken. Doorstoten naar de laag waarbij we elkaar als mens ontmoeten en verschillen proberen samensmeden tot een nieuw geheel. Diepe, levensbeschouwelijke wijsheid, die ons eigenlijk aanspoort om vanuit het beste in onszelf te handelen, reikt ons hier de hand.’
Als dat geen vintage Verklaring-tekst is, dan weet ik het echt helemaal niet.
Ik eindig met enkele citaten van John Berger, een zeer eigenzinnige Engelse schilder, kunstcriticus en vooral auteur, citaten uit Hold Everything Dear, een (eigenlijk best wel visionaire) verzameling essays (‘dispatches’ noemt hij ze) over ‘survival and resistance’, oorspronkelijk gepubliceerd in 2007:
- eerste citaat:
‘Not all desires lead to freedom, but freedom is the experience of a desire being acknowledged, chosen and pursued.’
‘Niet alle verlangens leiden tot vrijheid, maar vrijheid is de ervaring dat een verlangen wordt erkend, gekozen en nagestreefd.’
‘Not all desires lead to freedom, but freedom is the experience of a desire being acknowledged, chosen and pursued.’
‘Niet alle verlangens leiden tot vrijheid, maar vrijheid is de ervaring dat een verlangen wordt erkend, gekozen en nagestreefd.’
- en ten slotte:
‘The promise of a movement is its future victory.’
‘De belofte van een beweging is haar toekomstige overwinning.’
‘The promise of a movement is its future victory.’
‘De belofte van een beweging is haar toekomstige overwinning.’
Zullen we het voor de Verklaring (en meteen ook voor het Humanistisch Verbond) daarbij houden als toekomstperspectief?