19 oktober 2025
Vergeet dementie! Jouw gids om alzheimer en dementie te voorkomen
We weten het intussen allemaal, om de week worden we door de media met onze neus op de realiteit geduwd: dementie is doodoorzaak één in ons land. Een op vijf mensen krijgt ooit de diagnose dementie. Hoe ouder we worden – en we worden alsmaar ouder – hoe groter de kans op deze verwoestende ziekte wordt. Geen prettig vooruitzicht, zeker niet als je zoals ik de 65 al een tijdje achter je liet, je gestopt bent met werken en er meerdere risicofactoren om deze ongeneeslijke aandoening te krijgen, op je afstormen.
Als je brein niet meer meewil
Wie meer wil weten over wat dementie is, hoe je het herkent, wat je kan doen en waarom timing zo belangrijk is moet het eerste hoofdstuk lezen. Na het lezen van 25 pagina’s ben je volledig bijgepraat. Alle aspecten komen aan bod zoals jongdementie, de rol van de erfelijkheid, de verschillende hersenziekten als oorzaak van dementie. De volledige puzzel wordt gelegd door Barbara, medisch en wetenschappelijk gefundeerd. Het laatste hoofdstuk ‘Alzheimer opnieuw bekeken’ maakt het plaatje volledig. Je leest dit hoofdstuk dan ook best aansluitend.
Wie meer wil weten over dementie en alzheimer, en daar moet je echt niet ‘van hogere leeftijd’ voor zijn, heeft opties. Je kan een uren- of dagenlange zoektocht ondernemen op internet, de bijdehandsten onder ons zullen zelfs gebruikmaken van AI (Artificiële Intelligentie). Maar waarom voor deze tijdrovende opties kiezen als het antwoord op al onze vragen terug te vinden is in één boek? De expertise van de auteurs garandeert correcte info en is bovendien medisch én wetenschappelijk getoetst. Neuroloog én expert dementie dr. Sebastiaan Engelborghs heeft de inhoud van elk hoofdstuk gewikt en gewogen op die medische én wetenschappelijke correctheid en goed bevonden. Barbara Ceuleers ging op zoek naar vele experten om haar boek ‘Inhoud’ te geven (mét hoofdletter I). De rest doet haar pen. Wie haar vorige boek Doodgewoon las (uitgegeven bij dezelfde uitgeverij), weet dat Barbara minstens twee doelstellingen hoog in het vaandel draagt: de inhoud moet objectief en correct zijn, de schrijfstijl leesbaar, duidelijk en helder.
Het boek begint met de auteurs: Barbara en Bas
In de inleiding (p. 9-15) wordt duidelijk waar de motivatie vandaan komt om een tweede boek te schrijven, een boek over dementie. Nadat de vader van Barbara euthanasie vroeg en verkreeg omdat er bij hem dementie vastgesteld werd, sloeg de angst Barbara om het hart. Haar grootmoeder langs vaderszijde had immers ook al deze degenererende ziekte. Is er sprake van een erfelijke vorm? Zal ook Barbara ooit met deze diagnose geconfronteerd worden? Barbara beschrijft tot in de details de weg naar het antwoord op haar vraag ‘Ben ik erfelijk belast?’. Deze persoonlijke zoektocht wordt gekaderd met medische uitleg en beeldmateriaal aangereikt door dr. Engelborghs. Een eerste stap in meer inzicht en kennis van de ziekte dementie.
Ook dr. Engelborghs vertelt ons vanwaar zijn interesse voor dit onderwerp – en bij uitbreiding voor neurologie – komt. In zijn inleidende tekst (p. 17-19) wordt duidelijk waarom dit boek medisch en wetenschappelijk relevant is. Ook bij Engelborghs is het persoonlijke verhaal nooit ver weg.
Ondanks dat het hier gaat over een ongeneeslijke ziekte, een ziekte die vaak verwoestende impact heeft op patiënt én omgeving, is de toon nooit pikzwart en schemert er altijd hoop door.
Je brein beschermen begint… nú
We duiken nu in het belangrijkste hoofdstuk van het boek. Het boek is namelijk opgebouwd rond de 14 risicofactoren (p.53 – p.234). Elk hoofdstukje start met een persoonlijk verhaal van Barbara, vervolgens laat ze een expert aan het woord en ze eindigt met de link naar dementie beschreven door dr. Engelborghs.
Een opsomming van de risicofactoren zal duidelijk maken dat dit hoofdstuk niemand onberoerd zal laten. De lezer kan vrij aan cherry picking doen: lage scholingsgraad, gehoorverlies, te hoge LDL-cholesterol, depressie, hoofdtrauma, lichamelijke inactiviteit, diabetisch, roken, hoge bloeddruk, obesitas, overmatig alcoholgebruik, sociale isolatie en eenzaamheid, luchtvervuiling, onbehandeld slecht zicht, sociale ongelijkheid en bij een herdruk zal er nog de factor ‘slaap’ aan toegevoegd worden. Voor wie zoals ik na het lezen van deze 14 woorden in lichte paniek raakt, geef ik de raad om het boek zo snel als mogelijk te lezen. De auteurs geselen ons met de waarheid, maar zijn ook hoopgevend, het is nooit een wel-niet verhaal. Zoals dr. Engelborghs het stelde op Radio 1 begin september: ’Neen, de boodschap is niet dat we moeten leven als een asceet. Een bourgondische maaltijd mag nog wel, zelfs met een glaasje erbij, maar… wel met mate en zeker niet dagelijks.’ Een beetje zoals het oude spreekwoord het stelt: ‘te’ is nooit goed behalve in ‘tevreden’. De risico’s vermijden (of verminderen) helpt om de ziekte te vertragen, zoveel is zeker, maar het is en blijft tot op vandaag een ongeneeslijke ziekte. Wie als een asceet leeft om enkele van de risicofactoren angstvallig te vermijden, heeft dus geen garantie om de ziekte niet te krijgen. Belangrijk is dat we weten dat we wel kunnen vertragen, opschuiven in de tijd en dus enkele (vele?) jaren bij de pinken zullen blijven. De 65-plussers onder ons, weten dus wat ons te doen staat: naar de boekhandel of bib om zich het boek aan te schaffen, bijgevolg ineens wat lichaamsbeweging (Risicofactor 6) en sociaal contact (RF12).
Tijd voor beleid
Ook onze beleidsmakers moeten dit boek lezen want – en zo kennen we Barbara intussen – ze duwt het beleid met de neus op de feiten.
Haar woorden op p. 235 zijn overduidelijk: “We weten vandaag dat je 40 tot 45 procent van alle dementies kan voorkomen als je inzet op de veertien risicofactoren. We weten ook dat onze kennis nog lang niet volledig is en dat verder onderzoek noodzakelijk is. Wat we vandaag al wel weten, is meer dan voldoende om actie te ondernemen. Toch blijft die actie uit. Beleidsmatig is dementiepreventie nog steeds een blinde vlek. Er zijn hier en daar projecten. Er is veel goede wil bij hulpverleners en onderzoekers. Maar een samenhangend, structureel beleid? Dat ontbreekt.”
In tijden dat er budgettair ingegrepen wordt in Vlaanderen (bevoegd voor preventie en onderzoek) en federaal (bevoegd voor gezondheid) kan deze oproep van Barbara tellen. Als we dan toch ‘economisch’ redeneren, brengt investeren in onderzoek, preventie en zorg ‘op’ als het gaat over een ziekte die een steeds grotere hap uit ons gezondheidsbudget zal halen. Denk dan vooral aan de vergrijzing, aan de steeds hogere gemiddelde leeftijd, aan een aantal risicofactoren die niet volledig in eigen handen liggen. Ik ga ervan uit dat het antwoord duidelijk is.
Ondanks alles… een hoopgevende toekomst
Het is opmerkelijk hoe hoopgevend dit boek is en blijft tot en met het laatste hoofdstuk want de wetenschap staat gelukkig niet stil. Na het lezen van de risicofactoren en het besef dat je niet kan bijsturen met terugwerkende kracht, moet je het voorlaatste hoofdstuk lezen ‘Wat brengt de toekomst?’ en zeker ook op p.254 de ‘hoopvolle vooruitgang’.
Moet ik dit boek nu echt lezen?
Ja! Zoveel is duidelijk.
Ik zie het boek vooral als een zeer waardevol en volledig naslagwerk over alzheimer en dementie. Het is dan ook bijna een ‘leerboek’ voor wie in de zorgverlening werkt of er ooit zal werken (studenten). Het is bovendien verplichte literatuur voor de beleidsmakers op alle niveaus, federaal, deelstaten maar zeer zeker ook provinciaal en het gemeentelijk. Al kunnen zij het niet zoals de individuele lezer bij ‘lezen’ houden, zij zullen actie moeten ondernemen vanuit hun opdracht om daadkrachtig beleid te voeren voor de mensen, voor hun kiezers.
Het boek leest als een trein. Ik begon met lezen in drukke tijden en pikte er de hoofdstukjes uit die me prikkelden om persoonlijke redenen. Al snel hopte ik van het ene hoofdstuk naar het andere en zonder het te beseften had ik het boek volledig gelezen – of moet ik het woord ‘verslonden’ gebruiken? Het boek verhuist alvast nog niet naar mijn boekenkast. Voorlopig blijft het rondslingeren op mijn salontafel omdat het voor een pittig gesprek zorgt bij elk binnenvallend bezoek. Je kijkt immers niet zo makkelijk over de knalgele uitnodigende cover heen.
En tot slot nog dit. Als een journaliste met een vlotte pen en een expert specialist-neuroloog de handen in elkaar slaan en met de inbreng van nog meer (ervarings)deskundigheid een boek schrijven, dan verdient dat boek gelezen te worden.
Jacinta De Roeck