Kwintessens
Geschreven door Michel Vandenbosch
  • 2400 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

7 februari 2023 Nussbaum zoekt rechtvaardigheid voor dieren
Geen paniek: predatie is geen prioriteit
Het is mij een raadsel waar milieujurist Hendrik Schoukens vandaan haalt dat Martha Nussbaum, een van 's werelds meest toonaangevende en eminente rechts- en politieke filosofen, een drastisch ingrijpen in de biologisch-genetische natuur zelf van roofdieren bepleit om van predatoren vegetariërs te maken (zie Goedbedoeld kolonialisme onder het mom van dierenwelzijn). Schoukens vindt dat een slecht idee en verwijt Nussbaum dat ze 'ten prooi' valt aan simplistisch vooruitgangsdenken. Dat gaat met betrekking tot Nussbaums positie ter zake wel zeer kort door de bocht. Sommigen mogen dan al wilde plannen bedenken om roofdieren tot planteneters om te vormen, in haar meest recente en bijzonder lezenswaardige boek, Justice for Animals. Our Collective Responsibility, in het Nederlands verschenen als Gerechtigheid voor dieren. Onze collectieve verantwoordelijkheid, valt uit wat ik daarin over predatie lees niet af te leiden wat Schoukens Nussbaum verwijt. Veeleer integendeel.
_Roekeloos
Voor alle duidelijkheid: persoonlijk vrees ook ik dat predatoren 'heropvoeden tot vreedzame planteneters' ('transformeren', lijkt me de lading beter te dekken) om hun prooien pijn en lijden te besparen, in the real world inderdaad hoogstwaarschijnlijk erger uitvalt dan de kwaal die men wil aanpakken. Bij nader inzien vind ik het een roekeloos project waarmee onvolmaakte stervelingen de voltallige populatie goden van de Olympus uitdagen en zich zo de toorn van het hele Marvel-universum op de hals halen. Qui veut faire l'ange, fait la bête, wist Pascal. Kortom, hier is opperste voorzichtigheid geboden. Maar er valt ook wat voor te zeggen dat het effectieve lijden van prooidieren in ethisch perspectief aandacht verdient, al was het maar ter wille van de consistentie. Wie zich geroepen voelt om uit te zoeken hoe in te grijpen in het gedrag of de natuur zelf van predatoren met de bedoeling om het lijden van prooidieren te voorkomen zonder andere of ergere vormen van schade te berokkenen, be my guest. Getuigen van Jehova, die ongeduldig uitkijken naar het nakende aards paradijs 2.0 waar het lam en de leeuw 24/7 volmaakt vredevol naast elkaar zullen liggen, grijp uw kans. Maar in het licht van de ellenlange lijst al dan niet geïnstitutionaliseerde praktijken waarbij wereldwijd mensen astronomische aantallen bewuste dieren systematisch ernstige schade berokkenen, betwijfel ik dat we van predatie zo nodig wakker moeten liggen. Choose your battles, is mijn devies.
_Gerechtigheid voor dieren
Over naar Martha Nussbaum en haar standpunt over de kwestie. Ik citeer uit Gerechtigheid voor dieren, pagina 325: 'Onze kennis is heel beperkt, en als we op grote schaal zouden proberen in te grijpen in de predatie, zouden we zeer waarschijnlijk een grootschalige ramp veroorzaken. We hebben er geen idee van hoe het aantal diersoorten zou veranderen en welke tekorten er zouden ontstaan, en we zijn absoluut niet voorbereid op de waarschijnlijke gevolgen van dergelijke ingrepen.' En wat lees ik op pagina 326: 'Dat idee (meer bepaald predatie via technische maatregelen stoppen) (…) getuigt eenvoudigweg niet van respect voor de meeste roofdieren, die niet verantwoordelijk mogen worden gesteld voor hun natuurlijke aandriften (ze zijn niet geëvolueerd om opvoedbaar te zijn zoals honden en katten, en hoewel vele van hen sociaal leervermogen vertonen, doet dit zich voor in een gemeenschap van roofdieren.) En eliminatie van alle predatie zou zeker tot een chaotische groei van allerlei dierlijke populaties leiden waarop we niet zijn voorbereid.' Over 'sleutelen aan het DNA van roofdieren' is er in haar boek niets terug te vinden.
_Win-win
Nussbaum is wel van mening dat aanzienlijk lijden van slachtoffers, mensen en andere bewust levende wezens, roofdieren én prooidieren, nooit zomaar onder de mat geveegd mag worden. Het voorkomen of verhelpen van het leed van prooidieren die op het punt staan slachtoffer van predatoren te worden, is niet altijd onmogelijk. Als ik kan voorkomen dat mijn kat een vogel vangt, zal ik het niet laten. Als ik een nog levende muis, die mijn kat in huis brengt, ongedeerd kan helpen ontsnappen, zal ik niet twijfelen. Mijn kat zal er geen trauma aan overhouden en ik zal met weinig moeite een weerloos leven van een min of meer pijnlijke dood gered hebben. Een win-winsituatie dus, weliswaar zeer kleinschalig.
_Sadotoerisme
Nussbaum pleit er in haar boek ook voor om predatie niet te instrumentaliseren als een moreel neutraal spektakel om toeristen te vermaken, die het biologisch-reductionistische Victoriaanse beeld van nature red in tooth and claw live in actie willen zien en daar een kick van krijgen. Sadotoerisme noemt ze dat fenomeen, een bedenkelijke moderne variant op de bloeddorst van de Romeinen die indertijd smulden van gruwelijke gladiatorengevechten.
_Superioriteitsdenken
Nussbaum die zich bezondigt aan 'superioriteitsdenken'? Maar in nagenoeg al haar boeken hekelt zij juist de nefaste gevolgen van superioriteitsdenken, en niet alleen in het kader van de intermenselijke relaties. Ze ziet in het denken in termen van de superieure mens die zich vanzelfsprekend beter acht dan de minderwaardig geachte of zelfs geminachte dieren, een van die kwalijke rationalisaties waarmee mensen de onderwerping van dieren aan een grootschalig immoreel schrikbewind sinds jaar en dag rechtvaardigen.
_Onrecht
Het karikaturale beeld dat Schoukens ophangt van het standpunt van een eminente denker van het niveau van Nussbaum over predatie, doet de kwaliteit van Nussbaums politiek-filosofische theorie van rechtvaardigheid voor dieren onrecht aan. Gerechtigheid voor dieren telt 411 bladzijden waarvan nog geen tien pagina's gewijd zijn aan de predatiekwestie. Ik kan me voorstellen dat de karikatuur die Schoukens van Nussbaum maakt bij lezers de gedachte opwekt dat deze vermaarde rechtsfilosofe ze ziet vliegen. Niets is echter minder waar.
Nussbaum werkt al enkele jaren aan haar capabiliteitentheorie voor dierenrechten, waarvoor ze in 2006 een aanzet gaf in een hoofdstuk van haar Grensgebieden van het recht. Dat hoofdstuk verscheen in 2013 apart in het Nederlands als Waardigheid voor dieren. Over dierenrechten. Zeven jaar en boeken over onder meer emoties in de politiek, vrouwenrechten en religie later, presenteerde ze haar rechtvaardigheidsvisie voor dieren in Animal Rights. Current Debates and New Directions, een boek met bijdragen van diverse auteurs waarvan zij samen met de Amerikaanse jurist Carl S. Susstein de redactie verzorgde.
_Waardigheid
Hier beperk ik me tot enkele grote lijnen van haar capabiliteitenbenadering, die ze in Gerechtigheid voor dieren uitgebreid uit de doeken doet. Nussbaum betoogt – en ze doet dat mijns inziens overtuigend – dat de capabiliteitentheorie van rechtvaardigheid, die de Indische ontwikkelingseconoom en Nobelprijswinnaar Amartya Sen ontwikkelde en die zij in samenwerking met de oorspronkelijke bedenker verfijnde en promootte, via een specifieke variant kan worden uitgebreid tot kwetsbare, bewuste dieren, 'strevende wezens' die hun eigen doelen nastreven en 'een waardigheid hebben, niet alleen een prijs'. Nussbaums op dieren toegepaste capabiliteitenbenadering gaat er in wezen om dat de actief doelen nastrevende wezens, die bewuste dieren zijn, 'een behoorlijke kans' krijgen om zich 'te ontplooien', 'tot bloei te komen', 'te floreren'. In een theorie van rechtvaardigheid moeten volgens Nussbaum niet soorten maar individuen centraal staan, hoewel soorten uiteraard wel 'een cruciale rol spelen in het leven van individuen'. Elk bewust dier doet er op zijn eigen manier toe en streeft doelen na om een goed leven te leiden. Nussbaum wijdt een hoofdstuk aan de vraag welke dieren bewust zijn en ging daarvoor te rade bij wetenschappelijke autoriteiten op het gebied van de neuroanatomie en het gedrag van dieren. 'Het basisdoel is dat dergelijke dieren de kans krijgen om een leven te leiden dat verenigbaar is met hun waardigheid en streven, tot een redelijk minimumniveau van bescherming', een basisniveau dat een goed dierenleven garandeert. The pursuit of happiness, als het ware op soorteigen en specifieke maat van dieren geschreven.
_Afdwingbare aanspraken
Idealiter biedt hun levensloop dieren de kans om hun natuurlijk potentieel als resultaat van een proces van miljoenen jaren natuurlijke evolutie maximaal te ontplooien en tot bloei te laten komen. De perfecte wereld bestaat uiteraard niet. Naargelang de omstandigheden worden die kansen gereduceerd door de risico's van het leven. Nussbaum ziet dierenrechten als wettelijk afdwingbare ethische aanspraken die inherent zijn aan de waardigheid van elk individueel dier en vervulling eisen. Maar net als mensenrechten wordt een dierenrecht 'pas reëel als het wettelijk kan worden afgedwongen'. Nussbaum ziet 'geen reden waarom de mensen alleen de mensenrechten zouden handhaven' en niet ook de rechten die andere wezens met bewustzijn toekomen Dierenrechten moeten dan wel eerst formeel wettelijk erkend worden.
_Rechtvaardigheid
Oproepen tot welwillende humane behandeling van dieren 'mist kracht', vindt Nussbaum: 'telkens wanneer individuele wezens met gevoel iets wordt aangedaan, wordt een onrecht begaan'. In haar Grensgebieden van het recht schreef ze al dat de behandeling van dieren geen kwestie van welwillendheid maar van rechtvaardigheid is. Voor mijn part was de titel, John Rawls' klassieker A Theory of Justice indachtig, dan ook evengoed of misschien nog beter vertaald als Rechtvaardigheid voor dieren. Zoals Kant geloofde dat mensenrechten 'bolwerken zijn tegen overheersing door anderen' moeten dierenrechten dieren bescherming bieden 'tegen overheersing door anderen'. Anders gezegd, tegen het onrecht dat kwetsbare slachtoffers van machtsmisbruik wordt aangedaan. Nussbaum legt helder uit waarom andere benaderingen pro dieren zoals de invloedrijke utilitaristische van Peter Singer en de neo-Kantiaanse van Christine Korsgaard grote verdiensten hebben maar desondanks in haar ogen toch tekortschieten. Ze is er dan ook van overtuigd dat haar theorie dieren het meest recht doet.
_Morele vooruitgang
Martha Nussbaum is geen naïeve aanhangster van superioriteits- en vooruitgangsdenken, noch van goedbedoeld kolonialisme, maar iemand die sterk begaan is met het menselijke beschavingsproces van morele vooruitgang. In functie van een goed (niveau van) leven van elk bewust individu dat zijn eigen doelen nastreeft die er voor dat individu zelf toe doen. Dat gaat volgens haar zeker niet enkel op voor mensen. Wat ik de dierencrisis noem (Vandenbosch, 2005), de mens-dierrelaties die verkeren in een ethische humaniteitscrisis, rekent zij tot de morele topprioriteiten. Die tanker vol geweld alleen nog maar wat van richting doen veranderen, is reeds een gigantische uitdaging, een titanenwerk, evenals wat die andere crisissen van geweld en destructie betreft, die de mensheid en de planeet teisteren. Eenieder stelt zijn eigen prioriteiten. Ikzelf bestrijd al bijna vier decennia de geweldcrisis van de mens-dierrelaties. De dierenrechtentheorie van Martha Nussbaum biedt een krachtig nieuw kompas om die tanker een andere richting te doen uitgaan. Hoe relevant het leed van prooidieren dat veroorzaakt wordt door predatoren ook mag zijn in theorie, het leven is te kort om er kostbare tijd en energie aan te spenderen, laat staan aan hoe de kwestie kan worden verholpen zonder in de praktijk grote brokken te maken. Het enige roofdier dat hoogst dringend toe is aan herbivorisering, is de mens. In die boutade schuilt beduidend meer zin voor realiteit, haalbaarheid en weloverwogen, progressieve maakbaarheid.
Kwintessens
Michel Vandenbosch is voorzitter en medeoprichter van de dierenrechtenorganisatie GAIA. Hij is auteur van onder andere 'De Dierencrisis' (2005) en 'De Werken van GAIA' (2016).
_Michel Vandenbosch -
Meer van Michel Vandenbosch

_Recent nieuws

Bekijk alle nieuwe berichten

_Populair nieuws

Bekijk meer populair nieuws