Kwintessens
Geschreven door Yves T'Sjoen
  • 2066 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

6 juli 2023 Volksliederen voor de 'Afrikanertuiste' Orania (3)
Deel 3 van 3
_Geen knus achttiende-eeuws Zuid-Afrikaans dorp
In De Groene Amsterdammer publiceerde de Nederlandse journalist Fred de Vries recent het artikel ‘De nieuwe utopie van de Afrikaners’ (26 april 2023), zoals gezegd al eerder een bijdrage in het boek Afrikaners. Een volk op drift, waarin over Orania het volgende is opgemerkt: “Orania is geen knus achttiende-eeuws Zuid-Afrikaans dorp met een fraai plein en koloniale huisjes. Het werd midden jaren zestig van de vorige eeuw gesticht als tijdelijke vestiging voor arbeiders van het waterdepartement dat hier een irrigatiesysteem aanlegde. Er waren prefab-huizen neergezet, opgetrokken uit platen geperst hout. Toen de arbeiders in 1983 vertrokken en het hout kromtrok, veranderde het in een spookdorp. Eind 1990 kwam de grond met zijn bouwvallen op de markt. De Afrikaner activist Carel Boshoff, professor zendelingwetenschap aan de Universiteit van Pretoria en schoonzoon van Hendrik Verwoerd, die vaak de ‘architect van de apartheid’ wordt genoemd, vormde met een aantal gelijkgestemden een nv: de Afrikaner Vrijheidsstichting. Ze deden een bod, en in ruil voor ruim vijfhonderdduizend euro kregen ze 480 hectare aan de Oranjerivier. Later kwamen er duizenden hectaren bij door de aankoop van aangrenzende boerderijen.” In het dorp staat een museum waarin “de architect van apartheid” Hendrik Verwoerd wordt gememoreerd, waar weduwe Betsie jarenlang woonde en de schoonzoon Carl oprichter is van de enclave, waar volgens de berichten die ik lees symbolen van apartheid prominent zijn, waar de ‘Waarheid’ wordt gepropageerd.
Het artikel in De Groene kan je hier lezen.
Voor zijn bijdrage in De Groene interviewde De Vries de journalist en opiniemaker Max Du Preez. Sta mij toe het slot van de tekst te citeren: “Du Preez ziet absoluut geen heil in een Afrikaner enclave. Zijn oplossing is het stimuleren van gemeenschapszin. ‘De enige uitweg is meer inclusiviteit: inclusiviteit in verzet, inclusiviteit in de instellingen’, zegt hij. Hij heeft niets op met activistische Afrikaner bewegingen als Solidariteit en AfriForum die zich inzetten voor witte belangen. Zij domineren het Afrikanerdom, bromt hij. ‘Ze doen belangwekkende dingen, maar het zijn en blijven ultra-conservatieve krachten.’ Met een klap op de tafel besluit hij zijn betoog. ‘En het is een exclusief-christelijke beweging!’ De kopjes trillen. Hij strijkt door zijn baard en glimlacht tevreden. Zo kennen we hem. Max du Preez, voor altijd een atheïstische, calvinistische, Afrikaner utopist – hardegat.”
_Zuid-Afrika, een maatschappij in beweging
In een maatschappelijk en cultureel landschap dat verdeeld is, zoals ook de Afrikaner gemeenschap gepolariseerd is, zijn er krachten die oerconservatief zijn en nogal makkelijk en weinig ingelicht begrippen als “woke” en “cancelcultuur” in de mond nemen. Zij voelen zich verkeerd begrepen, wellicht gefrustreerd, angstig of stilaan irrelevant. Zij weten dat hun cultureel aanzien aanzienlijk vermindert, eerst na apartheid en nu in een wereld in transitie. Zij realiseren zich almaar beter dat ze hoogstens nog in de periferie opereren. Amechtig houden ze vast aan hun eigen grote gelijk. De wereld verandert. Ze zetten de hakken in het zand om voor zichzelf nog levensruimte te creëren. Orania past mijns inziens in dat plaatje. Afrikaners zijn (met een term van Elsa Joubert in Die swerfjare van Poppie Nongena) “helpmekaarmense” geworden die moeten oproeien tegen een wereld waarin ze zichzelf niet langer thuisvoelen. Ze klampen zich vast aan hun eigen exclusiviteit, in een maatschappij die inclusief, meerstemming, divers is. Die veelkleurigheid en het belang van het multiculturele leven kan niet worden ontkend door zich terug te trekken in een op huidskleur en ideologie gebaseerde volksgemeenschap, op Gods eiland.
_Oranexit
Charl-Pierre Naudé, een van de betrokken literaire adviseurs, heeft intussen zijn standpunt publiek gemaakt in een genuanceerd en stevig onderbouwd betoog dat nu ook weer uitnodigt tot een discussie. Het gesprek zetten we binnenkort voort in Johannesburg. Zoals steeds is de schrijver bereid tot een discussie met open vizier en respect voor andere zienswijzen. Omdat in het opiniestuk op LitNet wordt verwezen naar mijn verbazing en de vragen die ik heb gesteld bij de betrokkenheid, als Europeër, heb ik geoordeeld het standpunt publiek te maken dat ten grondslag ligt aan een geanimeerde gedachtewisseling en finaal de terugtrekking uit het Afrikaner-nationalistische project. Ook al vond de auteur het niet langer wenselijk hierover een tweespraak op te zetten die volgens hem een “terug naar start” impliceert. Deze tekst is voorgelegd en besproken, in verschillende versies, maar er is voor de schrijver weinig aanleiding om nog eens hetzelfde standpunt te formuleren. Zegge en schrijve vandaag 28 juni, op het moment dat dit artikel persklaar is gemaakt, heeft Charl-Pierre Naudé na ampel beraad bedankt als adviseur van de schrijfcompetitie van de Oraniërs. Hij trok zich publiekelijk terug uit het project. Voor schrijvers, zeker voor een auteur van dat kaliber, lijkt het mij net een goede zaak dat zij zich niet lenen voor ideologische (rechtse) constructen van overdreven Afrikanersentiment. Vrijdenken is het niet te onderhandelen privilege van de ongebonden schrijver.
Het mag duidelijk zijn dat Zuid-Afrika nog steeds worstelt met zijn gewelddadige koloniale en apartheid-verleden. Dertig jaar na apartheid is het land bijzonder complex, gewelddadig, ten prooi gevallen aan misdaad en corruptie, verzeild geraakt in een blijvende identiteitscrisis. Sommigen keren zich onder dat ongunstige gesternte af van de wereld van vandaag en verschansen zich uit nostalgie, maar vooral uit angst en een existentieel gevoel van onveiligheid, in een stilaan vergeten straat. Zij hanteren een retrospectieve blik en klampen zich amechtig vast aan eertijdse denkbeelden en vertrouwde rituelen, hoe bedenkelijk die ook zijn: denkbeelden die onversneden racistisch zijn en destijds (1948-1994) het perverse apartheidssysteem hebben onderstut. Dat vastklampen geschiedt uit vrees voor vandaag, ook uit weerzin voor hoe het land vandaag door de ANC-regering wordt bestuurd, volgens politieke waarnemers zelfs gekaapt, en waar zij zich als individuen vogelvrij voelen. Zij kiezen voor de geborgen maar valse veiligheid van een Heimat. Met munteenheid, vlag en volkslied, met symbolen die refereren aan een verleden. Die keuze voor zelfbestuur heeft natuurlijk iets verschrikkelijk tragisch. De oude dagen zijn voorgoed voorbij. Door een gesegregeerde samenleving op te bouwen en de voorbije jaren nog uit te breiden (het inwonersaantal neemt toe), exclusief en op etnisch-culturele gronden gevestigd, wenden de inwoners van Orania zich misnoegd maar ook zelfbewust af van een maatschappij die in verandering is, die inclusief en cultureel-etnisch divers is. Door te opteren voor segregatie denken zij een fort te hebben gebouwd waarmee het heden en de toekomst worden getrotseerd. Ze bevinden zich echter op een zinkend vlot in een woeste oceaan, zich nog vasthoudend aan hooguit een uitgerafeld touw, maar in de wetenschap dat zij geïsoleerd staan. Het vergt nu eenmaal moed en ook visie en een openheid van denken om die veranderende wereld tegemoet te treden, niet door in het verleden een houvast te zoeken. Orania is een maatschappelijk experiment dat daarom tot mislukken gedoemd is en ook iets heeft van een dramatisch anachronisme.
Gent/Groot Brakrivier
Dank aan Alwyn Roux voor de kritische lectuur van het essay.
Lees hier deel 1 van dit essay, en hier deel 2.
Een eerdere versie van deze bijdrage is op 29 juni jongstleden gepubliceerd op de website Voertaal.
Kwintessens
Yves T'Sjoen (°1966) is hoogleraar moderne Nederlandse literatuur (Universiteit Gent) en voorzitter van het Arkcomité van het Vrije Woord.
_Yves T'Sjoen -
Meer van Yves T'Sjoen

_Recent nieuws

Bekijk alle nieuwe berichten

_Populair nieuws

Bekijk meer populair nieuws