Bart Van Craeynest
Marc De Bock
Non-fictie
  • 554 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

Waardering

13 oktober 2023 België kan beter. Wat ons wakker moet schudden over onze economie.
In ons land heerst een breed gedragen ongerustheid over onze toekomstige welvaart, perfect te begrijpen vanuit de economische trends van de voorbije decennia en de belangrijke uitdagingen die op ons afkomen.
De lijst met concrete bedreigingen voor onze welvaart is lang. Als we daar niets aan doen, zal onze economische groei stilvallen (of zelfs omslaan in economische krimp) en komt onze welvaart effectief onder druk. Dan dreigt de vrees dat de kinderen van vandaag op termijn slechter af zullen zijn dan hun ouders realiteit te worden.
Maar dat hoeft helemaal niet zo te zijn. België kan (veel) beter, vindt Bart Van Craeynest, hoofdeconoom bij de Vlaamse werkgeversorganisatie Voka (Vlaamse Ondernemers Kamers Alliantie). Want het potentieel om dat te bewerkstelligen is in België enorm. En dus schreef hij een boek waarin hij niet enkel de vele weefselfouten van het land haarscherp blootlegt, maar ook voorbeelden aanreikt van landen die de vraagstukken anders en beter benaderen. En daaruit kunnen we overnemen wat wel werkt.
Het boek heeft een bijzondere structuur. In elk van de 15 hoofdstukken verricht Van Craeynest een grondige ontleding van het probleem rond een bepaald thema en formuleert hij zijn voorstellen van aanpak. Telkens gevolgd door een gastbijdrage van een expert die vanuit zijn of haar eigen invalshoek commentaar levert op zijn analyse of elementen toevoegt. Dit levert interessante bijkomende pistes en ideeën op. De hoofdstukken kunnen op zichzelf bekeken worden maar samen vormen ze een krachtige beleidsagenda die onze economie beduidend sterker maakt en kan zorgen voor heel wat extra welvaart.
Bovendien wordt dit boek overvloedig opgesmukt met statistieken en grafieken om aan te tonen wat mank loopt in België en wat er beter kan. Daarbij worden meestal vergelijkingen opgemaakt met het buitenland. Aan het eind van elk hoofdstuk bekijkt de auteur ook de regionale dimensie in ons land.
Globaal schetst de scribent een weinig rooskleurig beeld van dit land. Vooral de budgettaire situatie is de voorbije jaren dramatisch verslechterd. Politici verschuilen zich achter het argument dat ze ons de voorbije jaren wel dieper in de schulden hebben gestoken maar dat ze net daardoor onze welvaart beter hebben kunnen behouden dan onze buurlanden.
De kwestie is evenwel dat er na elke crisis ook een grote opkuis nodig is, en die volgt in dit land haast nooit. De onderliggende structurele problemen worden zelden onder handen genomen: de slechte situatie van de overheidsfinanciën heeft dus relatief weinig te maken met de extra uitgaven waartoe de crises van de voorbije jaren ons gedwongen hebben. Het excuus van de politiek vandaag is dan ook maar heel flauw. Veel zorgwekkender is de vaststelling dat de economische groei al jarenlang vertraagt en dat onze productiviteit er nog maar mondjesmaat op vooruit gaat, terwijl we thans worstelen met een aantal pijnpunten en we mogen verwachten dat het ons in de toekomst nog vele offers zal vergen om onze welvaartstaat te handhaven.
Het eerste hoofdstuk onder de titel “Meer mensen aan het werk” legt reeds de vinger op één van de vele wonden. Het maakt gewag van een hallucinant cijfer: bijna 2 miljoen 20- tot 64-jarigen zijn in België niét aan de slag. Dit vertaalt zich in een werkzaamheidsgraad van amper 72 procent, terwijl maar liefst tien Europese landen, vooral ten noorden van ons, vandaag 80 procent of meer halen. Wat doen zij anders en beter? Dit wordt verklaard door het feit dat de mensen daar gewoon langer werken, onder meer omdat er veel minder uitzonderingsregelingen bestaan om vlugger met pensioen te kunnen gaan. Ze zetten ook veel succesvoller in op levenslang leren, een gedeelde verantwoordelijkheid van overheid, bedrijfsleven én werknemers. Dat kan ook in België maar dat vereist wel een aangepast beleidskader, aldus Van Craeynest. Hij beklemtoont ook dat de arbeidsmarkt het domein is waarop er binnen ons land de meest opvallende regionale verschillen bestaan. In België kan daar weinig aan verholpen worden omdat de loonvorming en de belangrijkste elementen van de arbeidsvoorwaarden nog altijd op federaal niveau bepaald worden. Daardoor blijft de regionale divergentie in die arbeidsvoorwaarden beperkt en kan het beleid niet inspelen op de specifieke regionale arbeidsmarktomstandigheden. Hij pleit dan er dan ook voor om het arbeidsmarktbeleid volledig in regionale handen te leggen, gekoppeld aan een zekere financiële responsabilisering.
Ook de volgende hoofstukken graven dieper in de problemen waar we allemaal van wakker liggen: het  onhoudbare begrotingstekort, de hoge overheidsuitgaven, de zware belastingdruk en het complexe belastingstelsel, de pensioenen, gezondheid en gezondheidszorg, de verminderde kwaliteit van het onderwijs en het politioneel-justitieel apparaat, armoede en sociale uitsluiting, de duurzaamheid op het vlak van milieu en klimaat, de beperkte ondernemingsdynamiek, internationale handel en globalisering, de afbrokkelende overheidsinvesteringen in onze publieke infrastructuur, innovatie, onderzoek en ontwikkeling, de digitalisering en nog talloze andere.
Hieruit blijkt dat België op bijna alle domeinen ondermaats presteert en veelal middelmatige tot zelfs povere kwaliteit aflevert, vergeleken met vele andere Europese industrielanden. Rekening houdend met het gegeven dat we de tweede hoogste overheidsuitgaven van Europa hebben, is dat ronduit verbijsterend. Dit kan enkel een verklaring vinden in het gebrek aan efficiëntie waarmee de ruime financiële middelen worden aangewend. Een rake vaststelling die Van Craeynest en zijn specialisten ook uitvoerig documenteren.
Menigvuldige frappante statements in het boek doen de wenkbrauwen fronsen. Onder meer: “in sommige kringen lijkt het idee te leven dat we die multinationals beter kwijt zijn, maar dat zou een negatieve impact hebben op onze productiviteitsontwikkeling en op die manier ook onvermijdelijk op onze toekomstige welvaart”; “een efficiëntere overheid, een doeltreffendere overheid en een kleinere overheid vereisen vooral een cultuuromslag”; “al te vaak wordt het beeld geschetst dat België een belastingparadijs is voor kapitaal”; “de overheden en de sociale partners zouden inspanningen moeten leveren om de aanvullende pensioenpijlers te versterken”; “ons systeem is eerder gericht op ziekenzorg dan op echte gezondheidszorg”; “het lerarentekort is op z’n minst zelf georganiseerd”; “het verhaaltje dat we enkel de uitstoot van broeikasgassen kunnen terugdringen door de economie in te krimpen, klopt niet”.
Eén ding zweeft als een rode draad doorheen de teksten: de noodzaak om de productiviteitsgroei op te krikken. Alle voorstellen om het beter te doen die in het boek aan bod komen, zijn hierop geënt. Want - zo wordt gesteld - alles wat we de komende decennia willen realiseren op het vlak van hogere uitkeringen, hogere lonen of een sterkere welvaartstaat, zal gefinancierd moeten worden vanuit de productiviteitsgroei. Het feit dat andere, vergelijkbare economieën hier beter scoren, suggereert dat er in België ook mogelijkheden moeten zijn om beter te doen.
Van Craeynest is ervan overtuigd dat heel veel mensen beseffen dat het zo niet verder kan en vraagt zich af waarop we nog wachten. Het risico is immers niet denkbeeldig dat we binnen afzienbare tijd, al dan niet onder externe druk, écht met de rug tegen de muur zullen staan. Waarna we dan tot zéér pijnlijke ingrepen gedwongen zullen worden.
België kan beter is een uiterst boeiende publicatie die ons op onverbiddelijke wijze confronteert met de hachelijke situatie waarin dit koninkrijkje verkeert. Aan de hand van verontrustende feiten, gestaafd door cijfers en procenten, gevisualiseerd door overzichtelijke statistische afbeeldingen. En een boek dat ons ook de weg wijst naar hoopvolle oplossingen want… België kan inderdaad beter!

Marc De Bock
Bart Van Craeynest
Marc De Bock
Non-fictie
-
_Marc De Bock - Recensent
Meer van Marc De Bock

_Van zelfde auteur

_Nieuwste recensies

Bekijk alle nieuwe recensies