Magda Michielsens
Benny Madalijns
Non-fictie
  • 371 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

Waardering

27 november 2024 Even verlicht. Zes vrouwelijke filosofen en hun impact op de wereld.
Als inleiding eerst even dit. In de jaren zeventig zaten zowat alle vrouwen in hetzelfde schuitje: het was knokken om te studeren, om na een huwelijk en kinderen aan het werk te blijven, om die korte rok aan te trekken, vrije seks te beleven of het recht op abortus af te dwingen. Er is sinds mei '68 veel vooruitgang geboekt, maar seksuele vrijheid wordt vandaag nog steeds verward met objectivering van vrouwen.
En zowat vijftig jaar later, heb je nog steeds alleenstaande moeders en laagopgeleide vrouwen met deeltijdse rotjobs. Sommigen doen net als vroeger nog steeds het huishouden van andere vrouwen. Op de arbeidsmarkt zijn ze niet zelden concurrenten van elkaar geworden. Ploetermoeders, zeg maar. Daarnaast heb je verklaarbaar een ganse krabbenmand vol carrièretijgers. En je hebt natuurlijk ook een areopaag filosofen met impact op het wereldgebeuren.
Wablieft vrouwelijke denkers?
Filosofie is van oudsher zeer zeker het terrein van wijze oude mannen met baarden die tot het ochtendgloren hun hoofd buigen over grootmoedige en complexe kwesties. Of denk gewoon aan het overbekende beeld van Rodin, de mateloos gespierde jonge denker, al peinzend vereeuwigd in brons. Zo zijn er legio voorbeelden te noemen. Je hoeft er maar een doordeweekse klassieker over de geschiedenis van de wijsbegeerte op na te slaan en je zal zien: filosofie is door de eeuwen heen door mannen beoefend en door mannen opgetekend. Of toch niet?
In haar recente werk Even verlicht overdenkt Magda Michielsens, emeritus professor Vrouwenstudies aan de Radboud Universiteit Nijmegen en aan de Universiteit Antwerpen, de levens en de werken van zes beroemde vrouwelijke filosofen: Rosa Luxemburg, Ayn Rand, Hannah Arendt, Susan Neiman, Martha Nussbaum en Elisabeth Badinter. Vrouwen in de filosofie dus, een onderzoeksterrein waarrond Michielsens doorheen de jaren breeduit publiceerde.
Het oeuvre van ‘de zes’ bestrijkt een breed terrein. Ze staan op leeslijsten van studenten, liggen in de boekhandels en worden vaak geciteerd. Ze behoren, anders geformuleerd, tot de zogenaamde canon.
Hoewel ze niet altijd expliciet naar de Verlichting verwijzen, baseren deze vrouwen zich stuk voor stuk op rationaliteit. Vrijheid en zeggenschap voor burgers zitten ingebakken in hun geschriften. Ze geloven in vooruitgang door rede, kritisch denken en wetenschap, maar hun (politieke) conclusies liggen bijzonder ver uit elkaar. Waar die verschillen vandaan komen, is onder meer dé drijvende vraag achter de vooropgestelde portretten.

“Tijdens het schijven heb ik ervan genoten om de filosofes (imaginair) met elkaar te laten spreken. Regelmatig duiken er gemeenschappelijke thema’s op. Puntsgewijze vergelijkingen maak ik niet. Dat moet de lezer zelf doen, maar de vergelijkingspunten en de geschillen zitten door de tekst verweven.”

(…) “Het is niet mijn bedoeling geweest om de standpunten van de verschillende filosofes af te wegen tegenover actuele maatschappelijke discussies. Soms was dat echter onvermijdelijk. De logische noodzaak was dan zo groot dat ik de kwesties even heb toegelicht. Dat was bij lezingen zo, en dat is in het boek ook zo. Het gaat dus hier en daar over woke en de aan de gang zijnde cultuuroorlog, maar altijd terzijde en nooit uitvoerig. Het ging mij er altijd om een beeld te geven van de zes filosofes, en net om een standpunt in te nemen over cancelcultuur, gender of (anti)racisme.”

(Fragmenten pagina’s 12 en 13)
Zo is er Rosa Luxemburg (met ondermeer Frauenwahlrecht und Klassenkampf. Propagandaschrift zum II. sozialdemokratischen Frauentag, Stuttgart, 12 Mai 1912) en Ayn Rand (The Fountainhead uit 1943, in het Nederlands vertaald als De eeuwige bron in 1999) werpen hun licht op het thema collectivisme versus individualisme. Deze dames denken vanzelfsprekend erg verschillend over dit thema.
‘Het kwaad’ staat centraal in de schrijfsels van Hannah Arendt Eichmann in Jerusalem. A Report on the Banality of Evil uit 1963. In 2005 uitgegeven als Eichmann in Jerusalem. De banaliteit van het kwaad en Susan Neiman Evil in Modern Thought. An Alternative History of Philosophy dat ze schreef in 2002 en dat in 2004 in het Nederlands werd uitgegeven als Het kwaad denken. Een andere geschiedenis van de filosofie. Beiden vullen elkaar dus wonderwel aan.
Martha Nussbaum werd in de eerste plaats bekend omwille van haar cognitieve emotietheorie. Na te lezen in haar boek Political Emotions. Why Love matters for Justice uit 2013. Een werk dat in 2014 uitgebracht werd in het Nederlands met al titel Politieke Emoties. Waarom een rechtvaardige samenleving niet zonder liefde kan.
Elisabeth Badinter oogste vooral bekendheid met haar boek L'Amour en plus: histoire de l'amour maternel (XVIIe-XXe siècle) uit 1980 en dat in 1983 vertaald werd als De mythe van de moederliefde: geschiedenis van een gevoel. Beide denkers bogen zich uitvoerig over emoties en over de invloeden van cultuur en tijdsscharnier hierop. Ondanks een ogenschijnlijk gelijkaardige denkoefening, is hun visie echter erg verschillend.
Nu ja. Mijn leeshonger is groot, maar met betrekking tot dit boek was ik in de eerste plaats heel benieuwd naar wat Magda Michielsen, in deze context, zoal te vertellen had over de Amerikaanse romanschrijfster en filosofe Ayn Rand. Een conservatieve atheïst, een individualist, pleitbezorger van emancipatie maar zeer zeker geen feministe. Beroemd en geliefd in de VS, slecht gekend en toch verguisd ‘bij ons’ in Europa. Doorheen de jaren hebben haar boeken, om de een of andere reden, steevast mijn aandacht getrokken. Ik lees ze er bijgevolg zo nu en dan nog eens op na. Vooral flarden en passages, als ik heel heerlijk ben.
Rand wordt geboren als Alissa Zinovievna Rosenbaum, in Sint-Petersburg op 2 februari 1905 en sterft in New York op 6 maart 1982. Ze emigreert in 1925 vanuit de Sovjet-Unie naar Amerika. Individuele vrijheid is de leidraad in haar leven en werk. In 1957 verschijnt haar roman Atlas Shrugged. Een pil van zo’n duizenddriehonderd bladzijden, die door de lezers van Time Magazine ooit werd uitgeroepen tot het één na belangrijkste boek van de twintigste eeuw. Alleen de Bijbel is blijkbaar nog belangrijker.
De boektitel verwijst naar de Griekse mythe, waarin Atlas de wereld op zijn schouders draagt. Rand ziet de scheppers van de welvaart als moderne Atlassen, en beschrijft welke drama’s het op gaat leveren als zij in staking zouden gaan. Voor Rand is egoïsme een morele deugd. Altruïsme maakt volgens haar passief. Wie hulp accepteert, onderwerpt zichzelf immers aan wat een ander wenst te geven en onderneemt zelf niets meer. Dat gaat ten koste van creativiteit, en betekent het einde van een welvarende samenleving. Dat klinkt meedogenloos, maar voor Rand is het volkomen rationeel.

“Wat wordt er van de samenleving als Atlas schokschoudert? Die vraag wordt in het boek beantwoord; lang was de werktitel The Strike. De staking die wordt beschreven is het afhaken van mensen in sleutelposities. De ondernemers, de kunstenaars, de toptechnici, de ingenieurs, de uitvinders, de professoren, de financiers, de intellectuelen… Iemand drijft de staking aan, iemand levert de argumenten en ronselt de mensen, maar een heel boek lang weten we als lezer niet wie dat is.”

“Who is John Galt? is de mysterieuze vraag die doorheen het boek wordt gesteld. Op onverwachte plaatsen duikt de vraag steeds weer op. Ze wordt gesteld door allerlei mensen op ogenblikken van verlammende vertwijfeling. De maatschappij stort in elkaar, maar de meeste mensen begrijpen niet wat er aan de hand is.”

(Fragment pagina 83)
De filosofe ontkent ten stelligste dat haar filosofie, die ze objectivisme noemt, de samenleving zou verwoesten, vanwege doorgeschoten egoïsme. Integendeel: alleen een samenleving van trotse individuen, die hun eigen levensgeluk najagen en verstand verkiezen boven vals sentiment, is rechtvaardig en harmonieus. Alle andere vormen leiden tot geweld.
Ze verpakte haar filosofie niet in academische verhandelingen, maar in romans met een sterke plot en een zegevierende held. Op die manier probeerde ze het grote publiek te winnen voor haar optimistische kijk op het zelfredzame individu.

“Ayn Rand wilde een filosofie die alle terreinen bestreek: ontologie, metafysica, esthetica, epistemologie, ethica. En dat geheel moest coherent en origineel zijn.”

(…) “In een tv-interview zei ze zelf in enkele trefwoorden wat haar objectivisme inhield. Het is een ontologie en poneert dat de realiteit bestaat. A is A. Het is een metafysica. Die houdt in dat er geen god bestaat, geen hiernamaals en geen ultieme betekenaar. Het is een esthetica, waarbij kunst constructief is en met grote gebaren werkt. Het is een epistemologie, die stelt dat de realiteit met de ratio te kennen is. Het objectivisme bevat ook een ethica. Er is een verschil tusen Goed en Kwaad. Dat verschil is niet onderhandelbaar en Het Kwaad is nooit relatief. De basisnorm is: denk voor jezelf, handel voor jezelf. Het trefwoord ervoor is: selfishness.”

(Fragment pagina 92)
Van religie moest de atheïstische Rand niets hebben. In de drang om te overleven wordt de mens voortgedreven door zijn kennis van de objectief kenbare werkelijkheid, redeneerde ze. Maar mensen worden door abstracte, onbewezen idealen vaak verhinderd om hun eigen zuivere oordeel te volgen. Religie is de bron van dit kwaad, meent Rand. Ze omschrijft godsdienst dan ook met graagte als ‘de wortel van alle leugens en het enige excuus voor menselijk lijden’.
Volgens haar dient de staat een minimale rol te spelen. Slechts het beschermen van enkele individuele rechten, zoals lijfsbehoud en bezit, is moreel toegestaan. Alle verdere bemoeienissen gaan ten koste van ondernemerszin en creativiteit. Bemoeienis met de vrije markt is uit den boze.
Rand vertaalde haar ideeën niet enkel in literaire teksten maar ook in filosofische beschouwingen en theorieën.

“I started my life with a single absolute: that the world was mine to shape in the image of my highest values and never to be given up to a lesser standard, no matter how long or hard the struggle.” ― Ayn Rand, Atlas Shrugged
Op het einde van haar leven werd ze echter geconfronteerd met de nadelen van haar opvattingen. Hoewel haar boeken bleven verkopen, moest Rand in de jaren 1970 een soort leefloon en ziekte-uitkering aanvaarden, twee soorten steun waartegen ze haar hele leven had gefulmineerd. Ze onderging in 1975 een operatie voor longkanker en stierf in 1982. Ze was toen alleen, ze had ruzie met iedereen, zelfs met de mensen die haar tot het laatst trouw waren gebleven.
Onnodig te vermelden dat Donald Trump vaak handelt in randiaanse zin, maar dat hij zich nooit echt durft uit te spreken over dat soort theorieën. Bovendien is het atheïsme van Rand bij conservatief Amerika nog steeds moeilijk aanvaardbaar. Vandaag speelt het werk van Rand geen zichtbare rol meer, maar ze heeft de Amerikaanse ‘ziel’ doorheen de jaren wel diepgaand beïnvloed.
Mon dieu!
En dan is er ook nog Élisabeth Badinter, de in 1944 in Parijs geboren bekende Franse feministe en filosofe. Haar ouders waren journalist Sophie Vaillant (wier grootvader de politicus Édouard Vaillant was, bekend van de Commune van Parijs van 1871) en Marcel Bleustein-Blanchet (afkomstig uit een joods-Russische migrantenfamilie), en in 1926 oprichter van het vermaarde communicatiebureau Publicis. Et pendant la Seconde Guerre mondiale Papy faisait de la résistance.
Van een eye-opener gesproken. Wel, voor mij was dit er één.
Diverse van haar boeken zijn in het Nederlands vertaald, maar ik kende het werk niet. Dat kwam voornamelijk omdat ik haar doorheen de jaren gewoonweg nooit las als filosoof. Ook al is ze gespecialiseerd in de Verlichting en publiceerde ze uitvoerig over vrouwelijke bijdragen aan die Verlichting.
In 1980 schreef ze het boek ‘L'Amour en plus. Histoire de l'amour maternel (XVIIè- XXè siècle)’, dat in 1983 vertaald werd als De mythe van de moederliefde: geschiedenis van een gevoel.
Is moederliefde een instinct dat voortkomt uit een ‘vrouwelijke natuur’ of is het grotendeels een kwestie van sociaal gedrag, dat varieert al naargelang het individu, de tijd en de gebruiken, vraagt Badinter zich af? Tegelijk observeert ze de evolutie van het moederlijk gedrag gedurende vier eeuwen en komt tot het besluit dat hét moederinstinct niet bestaat, en bovenal erg onvoorspelbaar is. Het boek brengt in die dagen natuurlijk behoorlijk veel discussie met zich mee. 

“Le moteur essentiel qui a poussé les femmes à reprendre en charge leurs enfants, c'est tout simplement leur volonté de puissance." ― Elisabeth Badinter, L'Amour en plus
In haar boek Le conflit. La femme et la mère trekt ze in 2010 welbespraakt van leer tegen de hedendaagse heiligverklaring van Moeder Natuur. Dit ‘naturalisme’, meent zij, pakt in het bijzonder voor vrouwen ongunstig uit. Het moederschap dreigt daardoor weer ‘het hart’ te worden van het vrouwenbestaan, de spil waarom haar wereld moet draaien.
In het boek hekelt ze de organisatie La Leche League, die borstvoeding propageert. Waarschuwt tegen de milieulobby die wegwerpluiers afwijst. Windt zich op over vrouwen die de ruggenprik afkeuren als ‘kunstmatig’ en de anticonceptiepil als ‘chemisch’. Keert zich, kortom, tegen de trend om alle medisch-technologische verworvenheden verdacht te maken. Terwijl juist die, zegt ze, het leven van vrouwen de laatste decennia zo hebben verlicht.

Le Conflit is werkelijk een tegendraads boek. Het is des te interessant nu de klimaatpolitiek het heeft overgenomen van de ecologische bezorgdheid. Als er iets moet gebeuren, dan moet dat niet gebeuren op het niveau van de individuele moeder, vond Badinter toen al. De overheid, de grote bedrijven, milieuverenigingen… zouden veel meer kunnen doen, vooraleer men er individuele vrouwen (en mannen) in hun persoonlijk leven mee lastigvalt.”

“Veel aandacht heeft Badinter in Le Conflit ook voor kinderlooshied als een keuze, die gemaakt wordt als het vrouwen te lastig wordt gemaakt omkinderen te krijgen. Die vrouwen houden van hun levensstijl, alleen of als koppel. Het is voor die vrouwen een positieve keuze om geen kinderen te krijgen. Ze maken een statement: ‘zo willen wij leven’.”

(Fragment pagina 245)
Hoe gangbaar zijn de ideeën van Badinter vandaag nog? In hoeverre is er ruimte voor verschillende visies op het moederschap? Houdt het idee dat moederschap haar ‘natuurlijke rol’ is de vrouw nog altijd gevangen? Que Sera, Sera (Whatever Will Be, Will Be)
Nog dit.
Verdraagzaamheid tegenover onverdraagzamen is gevaarlijk. Badinter zegt het al jaren. Zij acht laïcité van levensbelang voor Frankrijk. Waar zij de laïcité van haar land bedreigt ziet, voert zij de strijd aan.

“De openbare betrokkenheid van Badinter met inburgeringskwesties begon met de hoofddoekenaffaire in een school in Creil, in november 1989. Dat is haar ankerpunt wat bterft haar verzet tegen de accommodatie van de islam in Frankrijk. Zij is niet voor inschikkelijkheid ten opzichte van de islam, maar voor de aanpassing van nieuwkomers aan de Franse samenleving.”

(Fragment pagina 255)
Afijn.
Mijns inziens is er een groot verschil tussen (theoretische) kennis en ‘wijsheid’. Wijsheid wortelt in vele zaken waarvan kennis er slechts één is. Het gaat dan om zaken als levenservaring, common sense, praktisch inzicht, aanpassingsvermogen, mensenkennis, enzovoort. Deze zes vrouwen echter vertolken zeer zeker niet zomaar één of ander zaligmakend theorietje voor ingewijden, die er vervolgens wat op los kunnen fantaseren, zonder gehinderd te worden door praktische overwegingen uit de echte wereld. Neen, hun visie staat haaks op de dagdagelijkse tragiek. Beproevingen, verschrikkingen, narigheid, rampspoed, kommer en kwel die uitgaat van de inherente tekortkomingen van de mens (M/V/X) zoals die zich in het echte leven manifesteren, en die het bereiken van blijvende ideale, perfecte oplossingen tot een illusie maken.
Inderdaad.
Door de meeste islamitische landen, maar ook door tal van andere, wordt het recht op abortus nog steeds betwist. Een aantal vindt dat die arrogante westerlingen hun 'culturele en religieuze gebruiken' zonder morren moeten respecteren, en zich niet hebben te bemoeien met beestachtige praktijken als vrouwenbesnijdenis of kindhuwelijk. Het is dan ook zeldzaam krachtgevend om zo’n aandacht te schenken aan deze zeer belangrijke vrouwelijke denkers en aan hun bijdragen aan de wereld en de filosofie.
Gelukkig is er voor de lezer met honger naar nog meer kennis ‘over en van’ deze interessante denkers een breedvoerige leeslijst bijgesloten, met daarin de belangrijkste werken, de door de auteur geraadpleegde en aanbevolen literatuur en video’s, alsook de fotobronnen. Zo kun je zelf op onderzoek uit te gaan, iets wat zeker aan te raden is.
Kortom, het boek is zeer een interessante, zeer leesbare en mooi vormgegeven aanrader voor iedereen die kennis wil maken met een aantal eigenzinnige en bijzonder intelligente denkers uit onze geschiedenis. In de zin dat intelligent én vrouw zijn zoveel meer betekent dan het nieuwe sexy.
Toch?
Maar, jammer genoeg, hebben door vrouwen neergepende inzichten rond gelijkheid, vrijheid en broederlijkheid, nog niet steeds geleid tot gelijkheid, vrijheid en broederlijkheid in de praktijk. Politiek is er mogelijk weinig goesting, maatschappelijk geen consensus, internationaal geen overtuigende meerderheid. Misschien moeten dit soort filosofen nog vaker hun welgemikte middelvinger opsteken.
Dat zulks geen oplossing is, hoor ik u denken.
Inderdaad, maar het lucht wel op.

Benny Madalijns
Magda Michielsens
Benny Madalijns
Non-fictie
Madalijns is van opleiding Leraar Beeldende Kunsten en doctor in de Archeologie & Kunstwetenschappen. Hij is schrijver van amper te publiceren verhalen over denken & doen, zoals het boek 'Ondanks alles / Malgré tout' (ASP). En schilder & collagist van zo maar wat bedenkingen van geest & gemoed. (Foto: Jean Cosyn - VUB)
_Benny Madalijns -
Meer van Benny Madalijns

_Van zelfde auteur

_Nieuwste recensies

Bekijk alle nieuwe recensies