Sofie Peeters
Marc De Bock
Non-fictie
  • 409 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

Waardering

17 april 2025 Het vrouwenlijf en wat we er niet over weten - Persoonlijke verhalen van 7 vrouwen over hun diagnose
We weten te weinig over het vrouwelijk lichaam, en in het bijzonder over hoe ziektes en aandoeningen zich manifesteren in het vrouwelijk lichaam, over de bijwerkingen van medicatie op vrouwen en over heel wat vrouwspecifieke aandoeningen. Intussen gebeurt er meer en meer onderzoek en is er daarom ook al meer kennis over het vrouwenlijf. Maar die informatie is nog niet bij iedereen doorgedrongen, vooral niet bij meisjes en vrouwen zelf. Daar wil Sofie Peeters met haar boek ‘Het vrouwenlijf en wat we er niet over weten’ graag verandering in brengen.
De auteur studeerde communicatiewetenschappen (KU Leuven) en audiovisuele kunsten (Royal Institute for Theatre, Cinema and Sound). Als student aan dit Brussels instituut, maakte zij Femme de la rue, een documentaire over seksuele straatintimidatie die in 2012 op de Vlaamse publieke televisiezender Canvas werd uitgezonden. Die veroorzaakte een schokgolf in België, zette de problematiek op de maatschappelijke agenda en leidde in 2014 tot de invoering van de zogenaamde seksismewet.
Eind 2021 lanceerde zij samen met het Nederlandse AudioCollectief SCHIK de succesvolle podcast Geen kleine man rond sekse- en gender sensitieve geneeskunde, dit wil zeggen gezondheidszorg die rekening houdt met sekse en genderverschillen tussen mannen en vrouwen. Peeters omschrijft zichzelf als een storyteller, in woord, beeld en geluid. Zij gaat op zoek naar verhalen, met een gevoeligheid voor onderbelichte kwesties en stemmen en beschouwt het als haar taak om ze te laten klinken voor een breed publiek. De rode draad door haar werk zijn gender gerelateerde thema’s, duurzaamheid en mentaal welzijn.
De kern van Het vrouwenlijf en wat we er niet over weten is de onthulling van de gender datakloof in de gezondheidszorg. Omwille van het historisch gegroeide gebrek aan onderzoek naar en op het vrouwelijke lichaam heeft de kennis over het vrouwenlijf een significante achterstand opgelopen. Een ongemakkelijke waarheid. Lange tijd beschouwde men vrouwen als “kleine mannen”: hoewel ze andere geslachtskenmerken en afmetingen hebben, functioneren ze hetzelfde, worden ze op dezelfde manier ziek en kunnen we hen dezelfde medicatie geven. Zo dacht men en denkt men vaak nog steeds, met alle persoonlijke en maatschappelijke gevolgen van dien. Het wordt immers gevaarlijk wanneer er onterecht van wordt uitgegaan dat data die niet representatief zijn voor vrouwen toch gebruikt worden voor vrouwen.
Om die medische gender datakloof te dichten, is er nood aan meer onderzoek op drie vlakken, aldus Peeters. Ten eerste op het vlak van algemene aandoeningen. Aangezien onderzoek zich bijna uitsluitend op mannelijke proefdieren en -personen richtte, bleken heel wat vrouwelijke symptomen van algemene aandoeningen te weinig gekend te zijn. Dit maakt duidelijk waarom drie vierde van de mensen met onverklaarde symptomen vrouwen zijn en waarom vrouwen laattijdige of verkeerde diagnoses, onvoldoende of verkeerde behandelingen krijgen, met potentieel ernstige gevolgen.
Ten tweede is er heel wat medicatie in omloop die enkel uitgetest werd op mannelijke proefpersonen, én medicatie waarbij wel vrouwelijke proefpersonen betrokken werden, maar waarvan de resultaten niet apart geanalyseerd werden. Dat leidt er onder meer toe dat vrouwen heel wat meer kans hebben om in het ziekenhuis te belanden met ernstige bijwerkingen van geneesmiddelen. Er ligt dus een schat van kennis verborgen in die niet-gemaakte analyses van medicatieonderzoek.
Ten derde zijn er ook nog sekse specifieke aandoeningen, die enkel vrouwen treffen. Uit verschillende studies blijkt dat er veel meer onderzoek gebeurt naar bijvoorbeeld erectieproblemen en prostaatkanker bij mannen dan naar het premenstruele syndroom (PMS) en endometriose bij vrouwen. En hoe komt het dat de ware omvang van de clitoris pas ontdekt werd in 1998? Bovendien voelt Peeters zich gesterkt in haar overtuiging wanneer ze verwijst naar een passage uit het boek Onzichtbare vrouwen (2019) van de Britse journaliste Caroline Criado: “De lichamen, symptomen en ziekten van de helft van de wereldbevolking worden gebagatelliseerd, weggehoond of genegeerd. En dat alles is het gevolg van de datakloof in combinatie met het nog steeds gangbare geloof dat, ondanks alle bewijzen die we hebben, mannen de standaardmens zijn.”
Peeters onderstreept evenwel dat haar boek niet de ambitie heeft om medisch studiemateriaal te zijn, maar eerder een verhalende aanvulling daarop. Het begint trouwens met een getuigenis uit haar eigen ervaring: meer dan tien jaar lang leed zij aan onverklaarde angst- en paniekaanvallen tot de juiste diagnose opdook. Vervolgens laat zij zeven bekende vrouwen aan het woord die geruime tijd gebukt gingen onder een bepaalde aandoening met een genderdimensie, d.w.z. een aandoening die vaker (of enkel) bij vrouwen voorkomt en/of zich op een andere manier uit bij vrouwen dan bij mannen: Evy Gruyaert, Lieve Blancquaert, Cathérine Ongenae, Uwe Porters, Evangeline Agape, Ahlaam Teghadouini en Elisabeth Lucie Baeten vertellen hun persoonlijk verhaal. Over de symptomen, de vaak langdurige frustrerende zoektocht naar een correcte diagnose en een geschikte behandeling alsook de impact op de relatie met zichzelf. Bovendien wordt elk verhaal omkaderd met medische toelichtingen over de aandoening in kwestie waaruit helaas ook blijkt dat de kennishiaten nog steeds groot zijn.
Met deze laagdrempelige aanpak heeft Peeters ongetwijfeld voor de juiste optie gekozen om de problematiek zichtbaar te maken en de bewustwording ervan aan te wakkeren.
Om de gezondheid en de levenskwaliteit van vrouwen wereldwijd te verbeteren, poneert zij in het laatste hoofdstuk een aantal mogelijke oplossingen, ontwikkeld dankzij de medewerking van prof. dr. Antoinette (Toine) Lagro-Janssen, de eerste Nederlandse hoogleraar Vrouwenstudies Medische Wetenschappen. De uitvoering ervan zal heel wat werk, tijd en geld vergen, maar kan een enorme winst voor ons allemaal genereren.
Het boek eindigt met een aantal wijze wensen van vrouwen voor vrouwen en hun lijf. Zo droomt een van hen: “Ik zou het fantastisch vinden dat de vrouw niet meer bekeken wordt als een hysterische hypochonder en dat er aan geneeskunde op maat van het vrouwenlichaam wordt gedaan.”
Bedoeld voor iedereen die het vrouwenlijf beter wil begrijpen en inzonderheid voor vrouwen en meisjes om zich sterker en minder alleen te voelen, voor zorgverleners om zich beter in hun patiënten te kunnen verplaatsen en voor beleidsmakers om oplossingsgerichte inspiratie te vinden, heeft Sofie Peeters een werk afgeleverd dat in vele opzichten als uitmuntend en prominent kan bestempeld worden.
Opgefleurd met een leuk ogende cover, een kleurrijke en dynamische illustratie die de diversiteit en complexiteit van het vrouwelijk lichaam uitbeeldt, wordt de lezer als het ware uitgenodigd om nieuwsgierig te zijn en verder te ontdekken wat er schuilgaat achter de oppervlakkige kennis van het vrouwenlichaam. Het is vlot en begrijpelijk geschreven, wars van het onverstaanbare jargon dat bij medische vraagstukken niet zelden wordt gebezigd, en visueel aantrekkelijker en toegankelijker gemaakt door het gebruik van afwisselende tekstkleuren en artistieke foto’s. Beladen en dikwijls onbesproken gebleven topics in de wereld van de vrouwelijke gezondheid, worden op een taboedoorbrekende manier van onder de radar gehaald met een scherpzinnige mix van persoonlijke verhalen, wetenschappelijk onderzoek en een oproep tot verandering. Kortom, het lezen van dit boek lijkt als het opengooien van een luik dat jarenlang gesloten is geweest: je weet dat er problemen zijn, maar de omvang ervan is schokkend…

Marc De Bock
Sofie Peeters
Marc De Bock
Non-fictie
-
_Marc De Bock - Recensent
Meer van Marc De Bock

_Van zelfde auteur

_Nieuwste recensies

Bekijk alle nieuwe recensies