Kwintessens
Geschreven door Patrick Loobuyck
  • 784 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

15 mei 2024 Een wonder is geen wonder. Wie gelooft nog in mirakels? (deel 3)
Deel 3 – Wonder of verwondering?
Naar aanleiding van zijn boek Wetenschap & Religie. Een spannend duo voert Patrick Loobuyck (UA/UGent) vaak gesprekken met gelovigen. De betekenis van wonderen is een onderwerp dat steevast ter sprake komt. Gelovigen blijken hierover onderling zeer uiteenlopende opvattingen te hebben.
Naast de letterlijke betekenis van een mirakel als een ingreep van bovennatuurlijke krachten in de natuurlijke orde en de benadering dat wonderen verbonden zijn met onverklaarbaar toeval, is er een derde interpretatie die gelovigen aan het begrip mirakel geven. Deze wordt onder andere uiteengezet in het werk van de katholieke filosoof Herman De Dijn (KU Leuven).
Volgens hem is een religieus mirakel geen onverklaarbaar natuurverschijnsel, maar een openbaring van de betekenis van een bepaalde gebeurtenis – zoals men spreekt over het wonder en het mysterie van een pasgeboren baby, van de natuur en van de liefde. Deze betekenis kan niet worden teruggebracht tot wat wetenschappelijk en theoretisch kan worden verklaard en gezegd. Het menselijk leven krijgt volgens De Dijn voortdurend betekenis vanuit niet-wetenschappelijke onderscheidingen en categorieën. Het beeld dat we van onszelf hebben als persoon met een eigen wil en een ziel is niet wetenschappelijk, maar ook niet irrationeel, net zoals een schilderij niet irrationeler is dan een foto.
_Verwondering
In deze interpretatie draait de essentie van wat ons leven waardevol maakt om wonderen en mysteries. 'De geboorte van een kind en de dood van een geliefde noemen we mysteries, ook al zijn ze vanuit strikt rationeel standpunt perfect te begrijpen en te verklaren.' 'Het wonder van het kind of van de geliefde of van een kunstwerk verschijnt slechts dankzij een "zien als" [...] Wie niet de juiste aandacht heeft, wie niet ziet met de ogen van de liefde of met de esthetische blik, ziet gewone, bruikbare dingen, geen wonderen.' Alleen voor hen die er oog voor hebben, verschijnt, volgens De Dijn, een unieke, betekenisvolle en buitengewoon fascinerende werkelijkheid.
In zijn recente boek over het rooms-katholicisme (Halewijn 2023) herhaalt De Dijn zijn pleidooi voor een visie op geloof die losstaat van het hebben van de juiste overtuigingen. Hij verwerpt het moderne begrip van geloof, dat volgens hem vooral is gevormd door de Franse Verlichtingsdenkers en door vele critici van religie is overgenomen. Voor De Dijn draait religie helemaal niet om de vraag of God bestaat of om de kwestie dat wonderen letterlijk hebben plaatsgevonden. Het draait om fides, een deugdzame houding van vertrouwen in God, een overgave van het hart.
De Dijn vindt dat ook de Kerk zelf te veel is meegegaan in het verlichte perspectief op geloof. Hij zou het volkomen misplaatst vinden dat het Vaticaan serieus onderzoek doet naar het ongeval van Hendrik Vos, om te bepalen of het als een 'letterlijk' mirakel kan worden beschouwd, zodat Robert Schuman misschien toch nog heilig verklaard kan worden.
De wijze waarop De Dijn, in navolging van Wittgenstein, het geloof van elke inhoud ontdoet, komt als kunstmatig over. In de eerste plaats staat het ver af van hoe gelovigen vandaag de dag en in het verleden hun geloof beleven. Bij het bestuderen van de geloofspraktijk van mensen wordt duidelijk dat velen wel degelijk uitgaan van een vorm van letterlijkheid in de religie. Die is helemaal niet geïntroduceerd door de verlichtingsfilosofen. Ten tweede rijst de terechte vraag, zoals gesteld door de al eerder genoemde toehoorder in Hasselt: is de uitgezuiverde, wonderloze opvatting van religie nog wel religie? Kan de religieuze boodschap zonder enige vorm van letterlijkheid bestaan? Het verwerpen van de mogelijkheid van letterlijke mirakels impliceert niet alleen het verwerpen van een leven na de dood en de verrijzenis, maar ook elke notie van openbaring. De katholieke cultuurfilosoof Guido Vanheeswijck (UA) vergelijkt deze opvatting van religie met een toneelvoorstelling zonder de belangrijkste hoofdrolspeler – 'Hamlet without the Prince'. Of, in de woorden van de filosoof en vrijzinnig humanist Freddy Mortier (UGent): 'Symbolisch theïsme is feitelijk atheïsme'.
_De verwondering blijft
Voor atheïsten is de eerste, letterlijke betekenis van wonderen evident ongeloofwaardig. Als er geen God is en geen bovennatuur, kunnen er ook geen mirakels plaatsvinden. De tweede opvatting van wonderen als opmerkelijke maar onvoorziene, onwaarschijnlijke en toevallige gebeurtenissen is wellicht bruikbaar in het alledaagse spreken, maar verhult dat die gebeurtenissen minder 'toevallig' zijn dan ze op het eerste gezicht lijken. Ze zijn de noodzakelijke uitkomst van een causale keten waar we als mens niet helemaal zicht op hebben of de uitkomst van twee onafhankelijke causaal gedetermineerde ketens die elkaar onbedoeld ontmoeten. Toeval en noodzaak liggen vaak dicht bij elkaar.
Het 'wonder' als object van verwondering blijft misschien nog het gemakkelijkst overeind voor vrijzinnig humanisten. De wereld en ons leven krijgen inderdaad geen zin en betekenis door wetenschappelijke analyse. Hoewel we in ons dagelijks leven voortdurend rekenen op de wetenschap en gebruikmaken van allerlei techniek, verschijnt de wereld ons niet als wetenschappelijk object. Ik maak in dat verband graag het onderscheid tussen de leefwereld en de wetenschappelijke wereld. Deze laatste verschijnt ons in laboratoria, in experimentele settings en op operatietafels, de eerste is de wereld waarin we dagelijks leven en waarin we betekenis, intenties, zin en onzin ontdekken.
Het wetenschappelijk onderzoek roept bovendien ook zelf vragen en ervaringen op die buiten de wetenschap uitdrukking moeten krijgen. Wetenschap heeft onze kijk op de werkelijkheid niet alleen gerationaliseerd, maar ook verrijkt en verdiept. Heel wat wetenschappers getuigen dat het vernuft van de natuur, de complexiteit van organismen, de grootsheid van het universum en de breekbaarheid van het leven hen emotioneert, ontroert en verbluft. Charles Darwin, Albert Einstein, Bertrand Russell, Carl Sagan, Richard Dawkins, Leo Apostel en vele anderen hebben daarover geschreven en tot op vandaag proberen kunstenaars uitdrukking te geven aan deze ervaringen en gevoelens.
Het is niet zo dat er in een wetenschappelijk en geseculariseerd wereldbeeld geen plaats meer zou zijn voor een diepgaande confrontatie met existentiële ervaringen en bijbehorende emoties. De context waarin deze ervaringen worden geplaatst, beleefd en begrepen is evenwel ingrijpend en onomkeerbaar veranderd. Maar een wereld zonder wonderen is niet hetzelfde als een wereld zonder verwondering.
Lees hier deel 1 en hier deel 2 van dit essay.
_Literatuur
  • De Dijn, H. (2018). Rituelen. Waarom we niet zonder kunnen. Polis.
  • De Dijn H. (2023). Het Rooms-katholicisme. Een ongelooflijke godsdienst. Halewijn.
  • Loobuyck, P. (2023). Wetenschap & Religie. Een spannend duo. Pelckmans.
  • Mortier, F. (2011). De hoer van de duivel. Acco.
  • Vanheeswijck, G. (2012). Hamlet without the Prince. Religie zonder geloof in een naturalistisch perspectief, Tijdschrift voor Filosofie 74(2), 287-297.
Kwintessens
-
_Patrick Loobuyck -
Meer van Patrick Loobuyck

_Recent nieuws

Bekijk alle nieuwe berichten

_Populair nieuws

Bekijk meer populair nieuws