Kwintessens
Geschreven door Johan Braeckman
  • 4801 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

26 oktober 2021 Derde brief van Johan Braeckman aan Hans Van Dyck
Beste Hans
Schrikwekkend toch, hoe snel de tijd vliegt. Ik zie dat jouw laatste brief aan mij dateert van 12 augustus, en pas nu slaag ik erin om te reageren. Ik weet dat je excuses overbodig vindt, maar toch. Je volgende brief beantwoord ik sneller, beloofd.
Verhalen. Daar hebben we het over: hun belang, hoe ze in te zetten, en hoe ze ook gevaren inhouden. Wat dat laatste betreft, verwijs je naar het boek en de gelijknamige documentaire Merchants of Doubt. Ik ben vertrouwd met de inhoud. Net als je studenten, was ook ik gechoqueerd om te zien hoe relatief makkelijk wetenschappers zich voor een foute kar laten spannen en twijfel zaaien over wetenschappelijk zeer degelijke en maatschappelijk belangrijke informatie. Het klassieke voorbeeld gaat over de gevaren die aan roken zijn verbonden. Reeds in de jaren 1950 bleek uit onderzoek dat roken bijzonder schadelijk is. De eerste studies die de bewijzen daarvoor leverden, kwamen nota bene uit de tabaksindustrie zelf. Toen onafhankelijk onderzoek de link tussen roken en kanker en diverse andere aandoeningen bevestigde, werd dit betwist door wetenschappers in dienst van Big Tobacco. Ze zaaiden twijfel over het causale verband tussen roken en kanker, over de methodologie van de studies, de statistische verwerking van de verzamelde gegevens enzovoort. De twijfelzaaiers kenden het wetenschappelijk jargon en wisten de pers en het publiek te overdonderen met technische artikelen die leken aan te tonen dat roken helemaal niet ongezond is. Sommigen suggereerden zelfs een omgekeerde causaliteit: van roken krijg je geen kanker, maar mensen met kanker zouden wel meer gaan roken, om de pijn en de stress te reduceren. Het is evident dat wetenschap hier werd misbruikt ten dienste van financiële en andere belangen. Wiens brood men eet, diens woord men spreekt. Het gaat evengoed op voor wetenschappers. Al moet ik erop wijzen dat het over een relatief klein aantal gaat. We mogen dus zeker niet veralgemenen. Daar staat weer tegenover dat het zaaien van twijfel over de validiteit van de studies over roken geen alleenstaand geval is. Ook over andere economisch belangrijke en ideologisch beladen onderwerpen bezondigen wetenschappers zich aan het doelbewust creëren van verwarring over data en onderzoek. Het bekendste voorbeeld betreft de klimaatopwarming. Dat er lange tijd geen wetenschappelijke consensus was over de rol die de mens erin speelt, is niet meer dan normaal. Het is een buitengewoon complexe kwestie en het is verre van evident om het belang van alle variabelen adequaat in te schatten. Maar reeds geruime tijd hoeven we niet meer te twijfelen: het feit dat we sinds het begin van de negentiende eeuw op grote schaal fossiele brandstoffen gebruiken, is wel degelijk de cruciale causale factor in het snelle stijgen van de globale gemiddelde temperatuur. Niemand met enige relevante expertise verwerpt dat inzicht. Toch zijn er nog steeds wetenschappers – ze zijn niet talrijk, maar wel luidruchtig en invloedrijk – die betwisten dat klimaatopwarming bestaat. Of ze aanvaarden de realiteit ervan, maar niet dat de mens er wat mee te maken heeft. Of misschien hebben we er wel iets mee te maken, maar valt er helemaal niks aan te doen. Of, sterker nog, de opwarming zou zelfs een goede zaak zijn. De invloed van het betoog van die dissidente wetenschappers kwam sterk tot uiting tijdens het presidentschap van Donald Trump, die zich herhaaldelijk sceptisch uitliet over de klimaatopwarming. Op een bepaald moment beweerde hij zelfs dat het hele concept bedacht was in China, om de Verenigde Staten economisch minder competitief te maken. Dat de toentertijd machtigste persoon op aarde dit soort absurde beweringen deed en wellicht geloofd werd door tientallen miljoenen mensen, moet ons grote zorgen baren.
Wat bezielt die wetenschappers? We hoeven er niet over te twijfelen: ze weten dat ze de boel belazeren. De data over het gevaar van roken waren al vroeg zeer duidelijk. De gegevens over klimaatopwarming zijn dat evenzeer, en dit reeds geruime tijd. Ze kiezen er blijkbaar voor om als wetenschapper niet ten dienste te staan van het onafhankelijke, objectieve onderzoek, maar om doelbewust verwarring te scheppen over gegevens die voor eenieder met een wetenschappelijke achtergrond aan duidelijkheid niets te wensen overlaten. Ongetwijfeld spelen financiële motieven mee. Maar er is meer: de 'handelaren in twijfel' laten zich ook, misschien zelfs vooral, motiveren door politieke en ideologische opvattingen. Zo dachten ze – overigens niet onterecht – dat studies die een verband tussen roken en kanker aantonen, tot overheidsmaatregelen zouden leiden om het roken aan banden te leggen. In hun ogen kwam of komt dat neer op ongeoorloofde vrijheidsinperking. In de Verenigde Staten kleeft men daar al snel een etiket op: communisme. Met andere woorden, uit schrik voor eventuele politieke maatregelen, verloochenden ze hun meest fundamentele taak als wetenschapper. En inderdaad Hans, zoals je zelf ook aangeeft, ze verzonnen verhalen waarmee ze jarenlang miljoenen mensen misleidden. Hetzelfde gebeurt tot op heden met betrekking tot de opwarming van de aarde.
Wat kunnen we daartegen inbrengen? De vraag is onderdeel van een veel bredere problematiek: hoe gaan we om met fake news, propaganda, misleiding en allerlei andere vormen van valse informatie? Dat er Russische trollen zijn die valse nieuwsberichten creëren en honderdduizenden tweets versturen om een destabiliserend effect uit te oefenen op westerse democratieën, daar schrikken we wel van, maar we zijn ook niet echt verrast. Dat behoorlijk veel mensen voor pseudowetenschappen of complottheorieën vallen, ook dat is bekend. De coronacrisis maakte dat helaas maar al te duidelijk. Maar van wetenschappers verwachten we dat ze boven dit alles staan. Ze horen objectief en neutraal te zijn, op zoek naar de waarheid en niets dan de waarheid (beseffend dat die altijd vatbaar is voor verbetering en verfijning). In acht genomen dat wetenschappers ook maar mensen zijn, lukt dat overwegend behoorlijk goed. Maar niet altijd. We zijn er ons al een tijdje van bewust dat ook wetenschappers – we weten niet hoeveel – soms fraude plegen bij het schrijven en publiceren van artikelen, en dat ze, zoals vrijwel iedereen, kwetsbaar zijn voor groepsdruk, allerlei mentale valkuilen en de drang om carrièrematig hogerop te klimmen. Dit alles zorgt voor ernstige problemen, die de laatste jaren steeds duidelijker worden: naast de fraudeproblematiek, stellen we ook vast dat het systeem van collegiale toetsing lang niet feilloos werkt, dat tal van studies niet repliceerbaar blijken, en dat negatieve bevindingen niet gepubliceerd worden. De Schotse psycholoog Stuart Richie publiceerde er in 2020 een ontluisterend boek over: Science Fictions. Exposing Fraud, Bias, Negligence and Hype in Science. Misschien ken je het? Let wel, Richie valt de wetenschap op zich niet aan. Hij is ervan overtuigd dat er geen betere verzameling van methodes bestaat om tot betrouwbare kennis te komen. Het gaat hem erom dat wetenschap van binnenuit gecorrumpeerd is, mede door de interne eigenschappen van het wetenschapsbedrijf op zich. Het vervalsen van onderzoeksresultaten bijvoorbeeld, komt mede voort uit de steeds meer competitieve academische cultuur en de enorme publicatiedruk. Publish or perish, bijgevolg gaan sommigen over tot fraude: men heeft nu eenmaal voldoende publicaties nodig om een onderzoeksbeurs of een job te bemachtigen.
Het hoeft ons niet te verwonderen dat dit alles het vertrouwen in wetenschap ondergraaft. Toen ik in volle coronaperiode op sociale media met zogenaamde antivaxers discussieerde, lieten ze niet na me er voortdurend op te wijzen: wetenschappers frauderen, ze zijn ingekapseld in de industrie, er is een replication crisis enzovoort. Bijgevolg: waarom zouden we wetenschap nog vertrouwen? Van de weeromstuit beschouwen velen een regelrechte bedrieger zoals Andrew Wakefield – die de wereld wijsmaakte dat er een verband is tussen vaccinatie en autisme – als een klokkenluider, een moedige rebel die zijn morele verantwoordelijkheid opnam, tegen het wetenschappelijk establishment durft ingaan en de malpraktijken aan de kaak stelt. Niets is minder waar, maar ontelbaren slikten het als zoete koek.
We zullen een spannend, complex en meeslepend verhaal nodig hebben om hiertegen in te gaan.
Kwintessens
Voormalig hoogleraar wijsbegeerte, auteur en lid van de humanistische denktank Kwintessens
_Johan Braeckman -
Meer van Johan Braeckman

_Recent nieuws

Bekijk alle nieuwe berichten

_Populair nieuws

Bekijk meer populair nieuws