John Brosens
Ignace Claessens
Non-fictie
  • 99 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

Waardering

5 april 2025 De man in cel 401 - De oorlogsjaren van Simon Willemse
John Brosens schrijft jeugdromans, thrillers met psychologische inslag en boeken over het verzet in de Tweede Wereldoorlog. In 2019 verscheen ‘Sprong naar het duister’ over de Zeeuwse Engelandvaarder Pieter Dourlein en in 2021 ‘Partizanen aan de Schelde’ over het verzet in Vlissingen. De auteur is zelf afkomstig van Vlissingen wat zijn belangstelling voor het Zeeuwse verzet verklaart.
De hoofdfiguur van het boek, Simon Willemse, was bij het begin van de oorlog negentien jaar en pas van school. Samen met zijn vriend, Co Cornelisse, vond hij een job als ambtenaar bij het distributiekantoor Sint-Laurens, een dorpje op Walcheren nabij Middelburg. Dit kantoor was bevoegd voor de verspreiding van distributiekaarten en voedselbonnen voor zeventien gemeenten op Walcheren.
Simon was een naïeve, brave en gelovige jongeling, die zich niet kon vinden in de volgzame houding van de meeste Nederlanders ten aanzien van de bezetter. In zijn jeugdige overmoed dacht hij het tij te keren door de uitgave in eigen beheer van een stuntelig verzetskrantje waarin hij opriep tot strijd tegen de bezetter en trouw aan de geliefde koningin. Zijn vriend Co onderging de bezetting lijdzaam zoals het grootste deel van de bevolking.
In 1942 verstrakte de greep van de bezetter op Nederland. Walcheren werd tot Sperrgebiet verklaard. Simon werd meer en meer in het verzetswerk betrokken. Hij stopte met zijn krantje en sloot zich aan bij de redactie van Trouw, een nationale verzetskrant, vaderlandslievend met een christelijke achtergrond.
Ondertussen doken vele jongeren onder om zich te onttrekken aan de verplichte arbeidsdienst in Duitsland. De onderduikers hadden geen vast adres en daardoor kwamen zij ook niet in aanmerking voor voedselbonnen. Om daaraan tegemoet te komen werden af en toe distributiecentra overvallen.
Simon vernam dat er in december 1943 een grote voorraad voedselkaarten en –bonnen in het distributiecentrum Sint-Laurens voor handen zou zijn. Samen met een aantal verzetslieden overviel hij op 29 december 1943 het kantoor. Een zeer grote voorraad voedselbonnen werd buit gemaakt en over gans Nederland verdeeld.
Co, die op het ogenblik van de overval op het kantoor aanwezig was, onderging de overval lijdzaam wat niet naar de zin van de bezetter was. Hij werd onmiddellijk aangehouden. Simon was ondertussen ondergedoken en werd op zijn beurt op 22 januari 1944 gearresteerd. Na een kort verblijf in het arresthuis van Den Bosch werd hij overgeplaatst naar de gevangenis van Scheveningen, het beruchte Oranjehotel, waar hij opgesloten werd in cel 401.
Beide vrienden werden gedagvaard om te verschijnen voor het Obergericht in Utrecht op 15 augustus 1944 onder de betichting van sabotage, illegaal wapenbezit, bedreiging met een vuurwapen, braak en diefstal. Ernstige tenlasteleggingen waar doorgaans de doodstraf op volgde.
Zover kwam het niet. Het proces ging niet door om reden dat het strafdossier op onverklaarbare wijze zoekgeraakt was. Pas in 1951 vernamen zij hoe de vork in de steel zat. Zij werden enkel vervolgd voor de overval op het distributiekantoor. De medewerking van Simon aan de verspreiding van de krant Trouw kwam niet aan het licht. In de kringen van Trouw was men bevreesd dat dit op de terechtzitting alsnog zou uitlekken. Zij kochten een Duitse majoor om en konden zo het dossier verdonkermanen. Enkele dagen voordien waren nog drieëntwintig distributiemedewerkers van Trouw geëxecuteerd. Men wou kost wat kost vermijden dat nog een netwerk zou opgerold worden.
De bevrijding naderde en de twee vrienden werden op 5 september 1944 op transport gesteld naar Duitsland waar zij terechtkwamen in het gevangenkamp Radgau-Dieburg. Zij overleefden het harde regime en op 1 juni 1945 was Simon in Vlissingen terug.
In de laatste tijd zijn er wel wat boeken verschenen over het oorlogsverleden van gewone burgers. Kinderen zijn op zoek naar het oorlogsverleden van hun ouders en grootouders. Waren zij juist of fout of legden zij zich neer bij de bezetting, zoals het gros van de bevolking? Minder bekende verzetsdaden, zoals de overval op het distributiekantoor van Sint-Laurens, worden opgediept. Dat de oorlogsarchieven meer en meer opengesteld worden is daar zeker niet vreemd aan.
De auteur heeft van deze overval een vlot geschreven en spannend verhaal gemaakt. De dynamiek van het verhaal en de dialogen laten duidelijk zien dat de auteur gewoon is voor de jeugd te schrijven. Dit kan wat stroperig en betuttelend overkomen. Hij is afkomstig van Zeeland dat lange tijd erg gelovig, strikt in de leer en conservatief was. Zo komen de verhoudingen van de hoofdpersoon met zijn ouders, met zijn verloofde en haar ouders, erg archaïsch en gedateerd over. Soms had ik de indruk in een boek van Dik Trom verzeild te zijn.

Ignace Claessens
John Brosens
Ignace Claessens
Non-fictie
recensent
_Ignace Claessens recensent
Meer van Ignace Claessens

_Van zelfde auteur

_Nieuwste recensies

Bekijk alle nieuwe recensies