Lorraine Daston
Victor De Raeymaeker
Non-fictie
  • 1759 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

Waardering

14 mei 2020 Tegen de natuur in
De moderne mens kan best begrijpen dat er zeer verschillende levensvormen bestaan met verscheiden fysiologische eigenschappen (Marsbewoners, engelen), maar die fysiologische verschillen lijken geen invloed te hebben op het feit dat ze allemaal redelijke wezens zijn. Rede is één en hetzelfde in het hele universum. Zo vinden wij mensen toch.
Dit boek wil op onderzoek gaan naar het hoe en waarom van deze opvatting van de (menselijke) rede.

Het boek wil ook op zoek gaan naar waarom mensen in allerlei uiteenlopende culturen en tijdperken de natuur steeds zo hardnekkig als bron van normen (”het goede, het ware, het schone”) beschouwen voor het menselijk gedrag. Niet “vroeger” maar ook nu nog. We zeggen dat het in ons DNA zit. Bijvoorbeeld bij discussies over het homohuwelijk of genetisch gemodificeerde organismen. “De natuur” wordt zowel gebruikt als fundament voor de gelijkheid van alle mensen als voor racisme, voor borstvoeding, om de slavernij te rechtvaardigen en om masturbatie af te wijzen.
“Het heeft te maken met een zeer menselijke vorm van rationaliteit die het zoeken naar waarden in de natuur motiveren.” (L. Daston)

Er zijn binnen onze Westerse intellectuele traditie drie bronnen waaruit deze intuïties voortkomen. Die zijn zeer uiteenlopend, maar hebben toch iets gemeen: de gewaarwording van orde.
Deze bronnen zijn:

1.     Specifieke naturen.
De mens moet gewoon dingen in categorieën onderbrengen. We kunnen ons onmogelijk een wereld voorstellen waarin ieder ding een onherleidbare individueel iets is, niet te vergelijken met een ander ding.

2.      Lokale naturen.
Deze hebben te maken met kenmerkende eigenschappen van een bepaalde plek (een oase in de woestijn; de Zwitserse Alpen, de Siberische toendra, Death Valley,...) waarvan de samenstellende delen met elkaar in een fijn afgestemd evenwicht verkeren. (en lokale gebruiken hangen daar nauw mee samen.)

3.      Universele natuurwetten. 
Die kennen geen uitzonderingen. Ze bepalen een uniforme en onaantastbare orde die overal en altijd dezelfde is en een onwrikbare werkelijkheid vertoont. Het is een hemelmechanica door god gebouwd waarvan de processen verlopen zonder enig toedoen van de klokkenmakers, net zoals het astronomisch uurwerk in de kathedraal van Straatsburg (wat de filosofie van Newton inspireerde voor een universum geregeerd door universele wetten die altijd en overal hetzelfde zijn). De neerslag daarvan vond uiting op het domein van het menselijk handelen in de Amerikaanse Onafhankelijkheidsverklaring en de ”Déclaration des Droits de l’ Homme et du Citoyen” van de Franse Revolutie.
Het intellect en de emotie reageren altijd heel fel samen als één van die drie ordes verstoord wordt door een bepaalde vorm van onnatuurlijkheid, omdat dit de grenzen tussen de morele en natuurlijke orde doet vervagen.
Waarom is het een bijna onweerstaanbaar en zeer persistent verschijnsel dat wij koppig blijven proberen morele normen en waarden uit de natuur te putten? We redeneren: alles in de natuur ligt vast en gebeurt volgens zekere patronen. Als we daarvan afwijken zijn we fout bezig. Nochtans is de natuur in werkelijkheid een “wanordelijk rariteitkabinet” van alle mogelijke ordes, een “overweldigende wirwar van alles”.
We voelen en “weten” instinctief dat chaos de grootste nachtmerrie en verschrikking is voor elk maatschappelijk bestel. Eigenlijk verkiezen we zelfs een dictatuur boven een anarchistische situatie of zelfs revolutie. (“Zowel een zeer strenge orde als chaos kunnen een gruwel zijn”). Wij mensen zijn uitgerust met zintuigen die de oppervlakte van dingen registreren en de natuur is altijd en overal zichtbaar; we zijn ermee vertrouwd. Dus is de natuur het middel bij uitstek om er normen uit te putten.  Als we geconfronteerd worden met een opeenstapeling van normen proberen we meteen een bindweefsel (of samenhang) te construeren en orde te scheppen, zowel theoretisch als praktisch.

Eigenaardig genoeg weet de mens toch dat die uiterlijke verschijning niet volstaat; dat er méér is. De mens is niet tevreden met het oppervlakkige en gaat op zoek naar dingen die ontoegankelijk zijn voor de zintuigen en vindt daar middelen voor uit. Zo “kennen” we bijvoorbeeld elementaire deeltjes, ver verwijderde sterren, hersengolven, … - dankzij technieken en disciplines zoals de meetkunde, de microscoop, röntgenstralen, MR-scans.
Nochtans staat wetenschappelijke kennis niet gelijk aan “zekerheid” of “norm”. Iedere wetenschapper, die naam waardig, moet zichzelf in se toelaten onzeker te zijn. Hij of zij weet dat alle wetenschappelijke ontdekkingen een ontwikkeling doormaakten, telkens verbeterd en aangepast werden door volgende bevindingen. Wetenschappers weten dat ze zich ook kunnen laten leiden door tunnelvisie, door de hoop op roem of door een bepaalde ideologie. Iedere echte wetenschapper hoopt dus bijna dat zijn of haar bevindingen op een ogenblik achterhaald zullen blijken, en dergelijke wetenschapper kan of zal zich niet bedreigd voelen door de kritiek of het scepticisme van de maatschappij.
Dé waarheid bestaat immers niet en niemand mag of kan er zomaar een eigen waarheid op nahouden. De waarheid van het ogenblik, is deze die (af)getoetst wordt door de meest waarschijnlijke (mechanische) wetenschappelijke methode.

Indien je in staat bent je eigen opvattingen aan te passen en niet hardnekkig blijft vasthouden in wat je gelooft, maar jezelf juist in de beleving van anderen kan verplaatsen, wil dat niét zeggen dat je je eigen perspectief opgeeft, wel dat je het vergroot. Dat houdt ook in dat je van de ander verwacht dat deze zich eveneens in jouw perspectief kan verplaatsen. Dit alles is moeilijk, een opgave, want het verandert meteen de context van jouw leven.
Lorraine Daston is directeur (emeritus) van het Max Planck Instituut voor wetenschapsgeschiedenis in Berlijn. Ze is verbonden aan de Universiteit van Chicago en heeft een resem artikels, een drietal boeken en enkele prijzen op haar naam staan.

Zij slaagt erin om met dit boekje van amper 90 pagina’s een hedendaags verschijnsel grondig en helder weer te geven en te duiden. Dit werk is het zeker waard om te lezen, in de huidige tijden van populisme en verleiding door leugens.
Dit boek is online bestelbaar bij de lokale boekhandel of rechtstreeks via de verdeler EPO distributie
Lorraine Daston
Victor De Raeymaeker
Non-fictie
-
_Victor De Raeymaeker - Recensent
Meer van Victor De Raeymaeker

_Van zelfde auteur

_Nieuwste recensies

Bekijk alle nieuwe recensies