2 februari 2022
L’Idee. Verbeeld de toekomst.
Het Masereelfonds wil haar 50 jaar bestaan in reliëf zetten met een boek. Het wordt “L’idée” waarvan de titel ontleend is aan de 83 houtsneden tellende “graphic novel” van Frans Masereel en zijn favoriete boek.
Het Masereelfonds is één van de vier Fondsen die Vlaanderen rijk werd gedurende de Belgische “Zuilenperiode” en na 1968. Iedere politieke partij wilde er zo wel eentje want het was de tijd dat het “the done thing” was te werken aan “de ontvoogding van het volk” en… er werd ook een subsidie voor uitgeschreven. Er ontstond dus het liberale Willemsfonds, het Christelijke Davidsfonds, het socialistische Vermeylenfonds en – een laatkomer - het Communistische Masereelfonds. Communisme had in België ooit een zeker succes gekend – alhoewel niet te vergelijken met de “dreiging” voor het Westers Kapitalisme dat het ooit betekende in bijvoorbeeld Italië en Frankrijk. Het werd toen stilaan duidelijk met de anti-Stalin speech van Chroesjtsjov na de dood van “vadertje” Stalin, de inval van het Russische Leger in Hongarije en Tsjecho-Slowakije, met de bouw van de Berlijnse muur en de perceptie van een “IJzeren Gordijn”, dat de Westerse Linkse intellectuelen op zijn minst erg naïef geweest waren en dat de U.S.S.R. toch niet de verwezenlijking van dat onbesproken, ideaal, aantrekkelijk en zuiver Communisme waren. Het Masereelfonds kreeg dus te maken met een eerder moeilijke start, beladen met de reputatie verwant te zijn aan een leugenachtige, repressieve ideologie. Die ganse geschiedenis en het Eurocommunisme worden stevig, compact en toch duidelijk en volledig behandeld in dit boek, door mensen die weten en kunnen...
Het voorwoord van Karim Zahidi, de huidige voorzitter van het Masereelfonds, is krachtig, visionair en toch realistisch. Hij argumenteert dat het Masereelfonds een collectief sociaal klankbord en een voedingsbodem moet zijn, in tegenstelling tot het heersende onvruchtbaar neo-liberale “tina” navelstaren, dat enkel maar bezig is met persoonlijke verrijking en bezit. Het logisch gevolg daarvan zou zijn dat het Masereelfonds een unieke beweging zou worden in het Vlaamse politiek-culturele landschap waarvan de leden geen consumenten zouden zijn van cultuur, maar mensen met een linkse visie, doeners, bezielers die leven vanuit daden, op straat komen, hun stem laten horen, aanspreken, meedenken aan het vinden van alternatieven voor de huidige desastreuze maatschappelijke orde, een politiserend iemand die “individuen expliceert”. Met andere woorden, het soort linkse mens in wording, die we voorlopig nog niet zien. Om met dit boek te beginnen, iemand die de toekomst verbeeldt. Het Masereelfonds zou dan een krachtige eenheid moeten zijn die vorm geeft aan die compromisloze, gezamenlijk verbeelde linkse visie. Dat zou inhouden dat het Masereelfonds de ontmoetingsplaats zou kunnen zijn waar, met behoud van eigenheid, waar de verschillende linkse bewegingen elkaar zouden kunnen ontmoeten en samenwerken.
Op de stichtingsvergadering in 1971, klonken die doelstellingen nog zo:
- De economische vorming van de kaderleden (alle mogelijke actieve progressieven) en het publiek (de mensen) die het fonds wilde bereiken.
- Uitbreiding van de kennis op het gebied van wetenschap, maatschappelijk leven en cultuur.
- Bevordering van het democratiseringsproces.
- De volksopvoeding losmaken van amateurisme en particularisme.
Dat klinkt nu 50 jaar later toch wel anders:
- Het ontplooien van iedereen tot democratische burgers.
- Het bijdragen tot sterke correcties van een zich verhardende vrijemarktsuprematie binnen het neoliberalisme.
- Het aanbieden van alternatieven.
- Het ontwikkelen en stimuleren van methodes die actieve democratie en actief pluralisme verhogen.
Waarom programmaverklaringen altijd zo weinig enthousiast-makend klinken, weet ik niet, maar gelukkig is er dit boek dat getuigt van 50 jaar enthousiast leven en bestaan van het Masereelfonds.
- De economische vorming van de kaderleden (alle mogelijke actieve progressieven) en het publiek (de mensen) die het fonds wilde bereiken.
- Uitbreiding van de kennis op het gebied van wetenschap, maatschappelijk leven en cultuur.
- Bevordering van het democratiseringsproces.
- De volksopvoeding losmaken van amateurisme en particularisme.
Dat klinkt nu 50 jaar later toch wel anders:
- Het ontplooien van iedereen tot democratische burgers.
- Het bijdragen tot sterke correcties van een zich verhardende vrijemarktsuprematie binnen het neoliberalisme.
- Het aanbieden van alternatieven.
- Het ontwikkelen en stimuleren van methodes die actieve democratie en actief pluralisme verhogen.
Waarom programmaverklaringen altijd zo weinig enthousiast-makend klinken, weet ik niet, maar gelukkig is er dit boek dat getuigt van 50 jaar enthousiast leven en bestaan van het Masereelfonds.
Beide programmaverklaringen dragen in zich dezelfde ideeën en doelstellingen: levensbeschouwelijk radicaal-links pluralisme. Het verschil in taal en denken tussen “toen” en “nu” is de weerspiegeling van het rijke leven dat het Masereelfonds sindsdien geleefd heeft, zoals het uit dit boek straalt. Zo enthousiast en eigenzinnig zelfs dat het lijkt alsof de verschillende plaatselijke afdelingen dikwijls hun eigen ding deden, maar Het Masereelfonds “Nationaal” was er wel telkens “bij” als er wat belangrijks op het spel stond: anti- toommarsen, stakingen, syndicale strijd, antiracisme, apartheid, dekolonisering, ontvoogding, vrouwenrechten, burgerrechtenbeweging. Het begon een eigen uitgeverij, een eigen tijdschrift, stond aan de wieg van kunstencentrum “De Werf” in Brugge, het Colorafestival in Leuven, het Brecht-Eislerkoor, richtte de Volkshogeschool op, steunde het zeer actieve Oxfam, en, natuurlijk, de plaatselijke afdelingen zetten tentoonstellingen op, richtten spreekbeurten in, praatgroepen, leesgroepen, ledenbijeenkomsten, reizen, 1 mei-vieringen, enz.
Het is onmogelijk ieder onderdeel van “L’idee” (400 pagina’s) te bespreken. Ik pik er enkele uit.
“Het Masereelfonds 50 jaar contrair” is een knap, compact overzicht (16 bladzijden) van het bestaan van het Masereelfonds. Des te meer “knap” want de tekst is getekend “Ludo Abicht”, oud-voorzitter wat ergens verwarrend is, omdat op het einde van het artikel uitgelegd wordt dat het tot stand kwam “op basis van eerder verschenen uitgaven bij het Masereelfonds.” Verder lees je dan: “Ludo Abicht zorgde voor een algemeen historisch overzicht”. Als bindtekst misschien?
Nog een knap artikel: “Het cultuurpact” door Guy Redig. Nog een stukje Belgische geschiedenis, interessant zowel voor diegenen voor wie Verzuiling, het Communautaire België dat lelijke barsten begon te vertonen en het Cultuurpact onbekende materie zijn als voor diegenen die het kenden of meegemaakt hebben en een opfrissertje deugd zal doen.
In “Het Masereelfonds werd een Eurocommunistisch broeinest” legt Jelle Versieren uit wat Eurocommunisme was en hoe het Masereelfonds de voorloper was bij het ontsluiten van het werk van Gramsci, waarvan één van de vele interpretaties het Eurocommunisme zou worden.
Gerda Dendooven schrijft een merkwaardige, mooie, lyrisch-literaire tekst over het ontstaan van het “Verbeeld de toekomst” idee. Prachtig idee, natuurlijk, want we weten wel waar we nu staan: Het Kapitalisme is een zooitje aan het maken van de mens en de wereld, we zitten midden in de zoveelste golf van een pandemie, uiterst rechts is bereid gelijk welke “leider” te volgen, zelfs Trump, en onze democratie is in gevaar.
Nèle Ghyssaert schrijft een universeel pamflet voor een leefbare toestand.
Origineel is het voorstel: “Ondervraag je moeder” als daad van verzet en aanzet om vrouwen aan het woord te laten.
Het is verfrissend vast te stellen dat er in dit boek heel wat jonge mensen aan het woord komen, zoals in een tweeënhalf uur durend gesprek tussen Ludo Abicht (83) en Eva Malfliet (23), Deniz Agbaba (37) en Dries Goedertier (33).
“Het Masereelfonds 50 jaar contrair” is een knap, compact overzicht (16 bladzijden) van het bestaan van het Masereelfonds. Des te meer “knap” want de tekst is getekend “Ludo Abicht”, oud-voorzitter wat ergens verwarrend is, omdat op het einde van het artikel uitgelegd wordt dat het tot stand kwam “op basis van eerder verschenen uitgaven bij het Masereelfonds.” Verder lees je dan: “Ludo Abicht zorgde voor een algemeen historisch overzicht”. Als bindtekst misschien?
Nog een knap artikel: “Het cultuurpact” door Guy Redig. Nog een stukje Belgische geschiedenis, interessant zowel voor diegenen voor wie Verzuiling, het Communautaire België dat lelijke barsten begon te vertonen en het Cultuurpact onbekende materie zijn als voor diegenen die het kenden of meegemaakt hebben en een opfrissertje deugd zal doen.
In “Het Masereelfonds werd een Eurocommunistisch broeinest” legt Jelle Versieren uit wat Eurocommunisme was en hoe het Masereelfonds de voorloper was bij het ontsluiten van het werk van Gramsci, waarvan één van de vele interpretaties het Eurocommunisme zou worden.
Gerda Dendooven schrijft een merkwaardige, mooie, lyrisch-literaire tekst over het ontstaan van het “Verbeeld de toekomst” idee. Prachtig idee, natuurlijk, want we weten wel waar we nu staan: Het Kapitalisme is een zooitje aan het maken van de mens en de wereld, we zitten midden in de zoveelste golf van een pandemie, uiterst rechts is bereid gelijk welke “leider” te volgen, zelfs Trump, en onze democratie is in gevaar.
Nèle Ghyssaert schrijft een universeel pamflet voor een leefbare toestand.
Origineel is het voorstel: “Ondervraag je moeder” als daad van verzet en aanzet om vrouwen aan het woord te laten.
Het is verfrissend vast te stellen dat er in dit boek heel wat jonge mensen aan het woord komen, zoals in een tweeënhalf uur durend gesprek tussen Ludo Abicht (83) en Eva Malfliet (23), Deniz Agbaba (37) en Dries Goedertier (33).
Dirk Vandenberghe is er op een bijna wonderbaarlijke manier in gelukt om op een tiental bladzijden een volledige aanvoelende biografie van Frans Masereel te schrijven, waarin alles staat dat van belang lijkt in verband met de ideeën, idealen en het leven van deze wonderbaarlijke mens en kunstenaar. Alle feiten zijn er, ook persoonlijke en minder gekende, de ups en downs in zijn leven, zijn onverzettelijk geloof in de mens en het socialisme, zijn inzet, ook buiten de kunst, de nooit aflatende stroom van kunstwerken, de gestage groei van internationale bekendheid, waardering en bewondering voor zijn werk, dat voortdurend in kracht en vakmanschap bleef toenemen. Afbeeldingen van zijn werk kan je terugvinden doorheen het boek, maar als uitroepteken bij deze biografie staan er enkele cartoons van Herr Seele, Marec, Kim, Gal,Meersman, Lectr.
Masereel is er zelfs in gelukt postuum aan Delphine Lecompte een tekstje te ontlokken dat nergens verloren loopt op één van haar vele bekende zijpaden, maar een getuigt van intense bewondering voor en waardering van zijn kunst, ongewoon indringend geobserveerd en sterk geschreven.
50 jaar rijk verleden en dit boek zijn het juiste ogenblik en manier (zo dikwijls geholpen door het Corona-ding dat een ideaal middel blijkt te zijn om aan te zetten tot reflecteren…) om eens na te denken over de toekomst. Op de oproep van het Masereelfonds tot de burgers om de toekomst te “verbeelden”, ontstaat er een collectief van 116 mensen die hun ideeën verwoorden voor een andere, “betere” wereld. Die inzendingen worden gevolgd door gesprekken met en tussen de inzenders, onder de leiding van Pierre Muylle. Een boeiende selectie ervan sluit dit boek af. Boeiend door de vele “klanken”, gezichtspunten, frisse kijk, maar vooral door het verlangen naar die “betere wereld”, een rechtvaardige wereld en het “goede” leven. Het valt op dat vele inzendingen het verleden “herstellen” met oude beelden die een plek krijgen in de toekomst, vanuit de verzuchting dat het blijkbaar een obsessie is dat er steeds iets nieuws moet uitgevonden worden en dat het steeds “anders” moet.
Het boek zindert van voorstellen, waarvan hier enkele: een kledingbibliotheek, inzichten (circulaire economie), verbeeldingsateliers, vragen, meningen, denkwijzen, gevoeligheden, nieuwe intelligentie, vondsten, andere oriëntatie, enkele ideeën over en ontleding van het Kapitalisme, klimaat(nood)plannen, met foto’s van “toen” en nu, illustraties, kunstwerken, cartoons, gedichten, een prachtige ode aan het socialisme, het Brecht-Eislerkoor, verbeelding, utopie, reclame die weg moet uit de leefruimte, inzicht “Open of gesloten grenzen bestaan niet.”, strategie, cursiefjes, een reflexief over een toekomstroman van Steven Vromann en de waarde van science fiction, de kracht van de vrouw, een bijzonder knap werkstuk voor een echte nieuwe politiek, uitgewerkt in een sterk schema.
L’idée is een boek dat aanvoelt als een dichtbevolkte wandeltocht van begin, groei en verleden naar vandaag toe en een Masereelfonds dat hopelijk voldoende inspiratie verzameld heeft om te beginnen werken aan wat de toekomst wordt.
Victor De Raeymaeker
Meer van Victor De Raeymaeker
L’idée is een boek dat aanvoelt als een dichtbevolkte wandeltocht van begin, groei en verleden naar vandaag toe en een Masereelfonds dat hopelijk voldoende inspiratie verzameld heeft om te beginnen werken aan wat de toekomst wordt.
Victor De Raeymaeker