Marja Visscher
Ignace Claessens
fictie
  • 339 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

Waardering

14 november 2023 De thuishaven aan de Westerschelde
Marja Visscher is schrijver en journalist. Vanuit haar belangstelling voor geschiedenis schrijft zij hoofdzakelijk historische romans, nogal vaak rond vrouwen met een bijzonder verhaal.
Dit is ook het geval in het besproken werk over visser/loods Frans Naerebout, opgebouwd rond de figuur van zijn vrouw Sara.
Frans Naerebout, geboren in 1748, was een garnaalvisser met thuishaven Vlissingen. Hij was gehuwd met Sara Hoevenaar, geboren in Sluis in 1756. Hij was een ervaren en moedig zeeman die menig schip in nood wist te bergen en vele levens redde.
Zijn bekendste heldendaad was de redding van de opvarenden van het fregat Woestduyn dat op 23 juli 1779 bij stormweer voor de Zeeuwse kust op een zandbak liep en doormidden brak. Waar de reddingsboot van de Oost-Indische-Compagnie weigerde uit te varen aarzelde Frans niet om samen met zijn broer Jacob en enkele getrouwen het vaartuig ter hulp te snellen en zo 87 mensen te redden.
Legendarisch was ook de berging van de Zuiderburg die op weg naar China ter hoogte van Walcheren stuurloos ronddreef door verlies van het roer. Er waren meer dan 400 mensen aan boord. De bewindvoerders van de VOC smeekten Frans het vaartuig te redden onder belofte van een rijkelijke vergoeding. Ze waren vooral bekommerd om de lading en de vijfhonderdduizend guldens aan boord, minder om de passagiers en bemanningsleden. Hij wist het schip opnieuw bestuurbaar te maken en de haven van Plymouth te bereiken voor definitieve herstelling.
Hij redde ook het Compagnieschip Voorland dat ter hoogte van Texel aan de grond gelopen was. Hij kreeg het schip vrij en vaarde er mee naar Kaapstad. De heen- en terugreis duurde ongeveer één jaar en al die tijd zat zijn groot gezin met zes eigen kinderen en drie van zijn broer Jacob, wiens vrouw op jonge leeftijd overleden was, zonder inkomen. De bestuurders van de VOC, die in tijden van nood gouden bergen beloofden, vergaten dit vlug eenmaal de klus geklaard was.
Het gezin werd herhaaldelijk geconfronteerd met bittere armoede. Waar Frans weinig dank ontving van de VOC eerde de bevolking van Walcheren hem vaak gedurende zijn leven. In 1919 werd ook nog op de Boulevard van Vlissingen een beeld voor hem opgericht en werd er een gedenksteen geplaatst aan de haven van Goes.
Zijn leven wordt beschreven door de ogen van zijn vrouw Sara. Van deze vrouw is er behoudens haar geboorte- en overlijdensdatum niets bekend. De auteur heeft er haar fantasie wild op los gelaten. Sara wordt geportretteerd als een halve heilige. Haar man is vaak erg gesloten, afstandelijk, eigenzinnig en nors. Zij moet veel water in de wijn doen om de harmonie in het gezin te bewaren.
De auteur schuwt daarbij de clichés niet. Sara is de correctheid, menslievendheid in persoon, ijverig, edelmoedig, begaan met haar gezin, een leeuwin die vecht voor haar man en kroost.
Frans is de onverschrokken zeevaarder, die zich steeds laat overhalen om schepen in nood te bergen en mensen te redden, ofschoon niet altijd van harte.
De slechteriken van dienst zijn de bestuurders van de Oost-Indische-Compagnie. Ze zijn achterbaks en komen hun beloften niet na. Zij worden afgeschilderd als echte kapitalisten die enkel bekommerd zijn om hun schepen en ladingen. De opvarenden zijn een vervelende bijzaak.
Dergelijke zwart-wit benadering stoort. Niet iedereen is honderd procent goed of slecht. De weinig kritische benadering van de hoofdfiguren verlaagt het niveau van het boek tot dit van de betere stationsroman.

Het is spijtig dat een stuk interessante geschiedenis van Vlissingen en Walcheren niet in een betere vorm gegoten kon worden.

Ignace Claessens
Marja Visscher
Ignace Claessens
fictie
recensent
_Ignace Claessens recensent
Meer van Ignace Claessens

_Van zelfde auteur

_Nieuwste recensies

Bekijk alle nieuwe recensies