15 december 2024
Het monsterschip - Maarten Tromp en de Armada van 1639
Luc Panhuysen studeerde geschiedenis aan de Universiteit van Groningen. Hij werkte als journalist voor onder andere Het Parool en de Groene Amsterdammer. Van zijn hand verschenen verschillende historische studies zoals over de Wederdopers, de Gebroeders de Witt en het rampjaar 1672.
Maarten Harpertszoon Tromp was 39 jaar toen hij in 1637 benoemd werd tot luitenant-admiraal van de krijgsvloot van de Republiek der Zeven Verenigde Nederlanden onder het directe gezag van de admiraal, de prins van Oranje, Frederik Hendrik.
De Tachtigjarige Oorlog die de Nederlanden confronteerde met Spanje woedde opnieuw in alle hevigheid nadat het twaalfjarig bestand in 1621 verstreken was. De Republiek had een hervatting van de strijd niet verwacht en was niet voorbereid. Zij hadden genoten van wat wij nu een “vredesdividend” noemen.
Zo bevond de krijgsvloot zich in een beroerde staat. De bemanning deserteerde op grote schaal. De voornaamste havensteden, Vlissingen, Hellevoetsluis en Amsterdam dreigden weg te zinken in muiterij. De admiraliteit had nagelaten nieuwe oorlogsschepen te bouwen. Het noodzakelijke onderhoud en herstelling van de bestaande vloot was ook achterwege gebleven.
De marine kende een constant geldgebrek omdat de provincies nalieten de afgesproken maritieme quota aan de schatkist over te maken. Enkel de kustprovincies Zeeland, Holland en Friesland betaalden hun bijdrage. De landprovincies, meestal straatarm, bleven schromelijk in gebreke. Wanbetaling van bijdragen in collectieve veiligheid zijn niet nieuw…
Het belang van de vloot kon evenwel niet onderschat worden. Die moest immers verhinderen dat Spanje via Duinkerken verse troepen naar Vlaanderen kon overbrengen. Dit kon enkel over zee door de staat van oorlog tussen Frankrijk en Spanje.
Deze haven, toen nog in Spaanse handen, was ook de thuishaven van de befaamde Duinkerkse kapers die een voortdurende bedreiging vormden voor de koopvaardij en visserij van de Republiek. Als de kapers met hun snelle schepen de vrije vaart kregen, berokkenden zij enorme schade door honderden schepen te kapen en de bemanningen te doden of te gijzelen.
Tromp kreeg de opdracht de haven van Duinkerken te blokkeren. Aanvankelijk lukte dit niet omdat hij over onvoldoende snelle schepen beschikte. Ondanks beloften van de admiraliteit had hij een minderwaardige vloot.
Pas in 1639 slaagde hij er in de onoverwinnelijk geachte Spaanse Armada, vier keer omvangrijker dan zijn eigen vloot, voor de rede van Duinkerken in de pan te hakken, wat hem tot volksheld maakte.
De uitbreiding en versterking van de vloot bleef niettemin ondermaats. Zijn overwinning van 1639, in de geschiedenis bekend als de Slag bij Duins, bleef een incidenteel wonder. Het lukte Tromp niet de kapers in hun haven op te sluiten. In 1640 maakten zij 135 vissers en koopvaarders buit. Een paar jaar later overschreed dit aantal ruim de tweehonderd. Daar kwam pas een einde aan toen Frankrijk in 1646 Duinkerken heroverde. Spanje was inmiddels erg verzwakt en ook bij de andere belligerenten trad oorlogsmoeheid op wat in 1648 resulteerde in het Verdrag van Münster dat een einde maakte aan de Tachtigjarige Oorlog.
De auteur schrijft geschiedenis alsof hij er zelf bij was. Hij getuigt daarbij van een grondige kennis van de scheepvaarttechnieken uit de 17e eeuw. Zo verneemt de lezer hoe een expeditie voorbereid werd. Hoe de schepen uitgerust en bewapend werden. Wat er nodig was aan voeding en drank voor honderden bemanningsleden en soldaten en aan kruit en projectielen voor 40 à 50 stukken geschut.
Naast de eigenlijke krijgsverrichtingen beschrijft hij ook het rauwe leven op zee, de ontberingen van de bemanning, de problemen van communicatie tussen de schepen onderling en met het thuisfront. Weersvoorspellingen bestonden niet. Plotseling opkomende stormen en onvoorzienbare mistbanken vormden een constant gevaar.
De lectuur van historische werken kan ertoe bijdragen dat uit het verleden lessen getrokken worden. Ook in de 17e eeuw was er in de Republiek weinig appetijt om in defensie te investeren. Dit had zware gevolgen voor de koopvaardij en de visserij. Men vergeet vlug en vooral graag wanneer er onsympathieke maatregelen moeten genomen worden.
Ignace Claessens
Meer van Ignace Claessens
Ignace Claessens