8 maart 2021
Bedenkt eer gij herdenkt - Kritische geluiden over het geplande Holocaust Namenmonument
Het Holocaust Namenmonument is een gepland oorlogsmonument aan de Weesperstraat in Amsterdam, in de voormalige Jodenbuurt. Het ontwerp is gemaakt door de befaamde Joodse Pools-Amerikaanse architect Daniel Libeskind, een zoon van Holocaust-overlevenden.
Het wordt het eerste en enige nationale gedenkteken waarop alle Nederlandse slachtoffers van de Holocaust met hun voor- en achternaam, geboortedatum en hun leeftijd bij overlijden worden vermeld.
Het plan voor het monument ontstond in 2006 op initiatief van Jacques Grishaver, voorzitter van het Nederlands Auschwitz Comité. Op 23 september 2020 werd de eerste herdenkingssteen gelegd door de 91-jarige Jacqueline van Maarsen, hartsvriendin van Anne Frank, het Duits en later stateloos Joods meisje dat wereldberoemd is geworden door het dagboek dat ze schreef tijdens de Tweede Wereldoorlog, toen ze ondergedoken zat in het achterhuis aan de Prinsengracht in Amsterdam. Volgens de prognoses zal het monument in september 2021 gereed zijn.
Het plan voor het monument ontstond in 2006 op initiatief van Jacques Grishaver, voorzitter van het Nederlands Auschwitz Comité. Op 23 september 2020 werd de eerste herdenkingssteen gelegd door de 91-jarige Jacqueline van Maarsen, hartsvriendin van Anne Frank, het Duits en later stateloos Joods meisje dat wereldberoemd is geworden door het dagboek dat ze schreef tijdens de Tweede Wereldoorlog, toen ze ondergedoken zat in het achterhuis aan de Prinsengracht in Amsterdam. Volgens de prognoses zal het monument in september 2021 gereed zijn.
Het monument is uitzonderlijk door zijn afmetingen. Op een smalle strook staan, van bovenaf als zodanig herkenbaar, vier Hebreeuwse letters die samen het woord weergeven dat “in herinnering van” betekent. Vierhonderd strekkende meter muur van bakstenen, met daarop sterk reflecterende roestvrijstalen platen tot bijna zeven meter hoog. Op de bakstenen staan de namen van de mensen die door de nazi’s uit Nederland werden gedeporteerd, in de kampen werden omgebracht en geen eigen graf hebben: 102.000 Joodse slachtoffers alsook 220 Sinti en Roma.
Deze bundel, samengesteld door buurtbewoonster Petra Catz, socioloog Abram de Swaan en journalist Herman Vuijsje, bevat vijftien bijdragen van personen die niet gelukkig zijn met dit plan. Personen van allerlei slag: kunstenaars, architecten, wetenschappers, journalisten, mensen uit de joodse gemeenschap en omwonenden.
Deze bundel, samengesteld door buurtbewoonster Petra Catz, socioloog Abram de Swaan en journalist Herman Vuijsje, bevat vijftien bijdragen van personen die niet gelukkig zijn met dit plan. Personen van allerlei slag: kunstenaars, architecten, wetenschappers, journalisten, mensen uit de joodse gemeenschap en omwonenden.
De kritiek betreft allereerst de manier waarop het plan voor het monument tot stand is gekomen: geen openbare aanbesteding, geen jury, geen debat, geen inspraak, geen onderzoek naar draagvlak, geen overleg met deskundigen. Ook de keuze van de locatie wordt in vraag gesteld en de bedenking geformuleerd dat een waarlijk nationaal monument alle slachtoffers van het nazisme zou moeten herdenken, niet alleen Joden, Sinti en Roma. Voorts wordt het reële gevaar benadrukt dat bij het inbeitelen van de namen talloze fouten zullen worden begaan.
Sommigen uiten bezwaren over de grootschaligheid van het project en het financiële plaatje ervan. Of over het gebrek aan ruimte binnen de constructie die door Daniel Libeskind als een claustrofobisch labyrint werd ontworpen waar je als bezoeker doodloopt, wat derhalve ongeschikt is voor grote gemeenschappelijke herdenkingen. Nog andere critici twijfelen over het nut van dergelijk confronterend monument langs de drukke Weesperstraat, of ze vinden het ronduit onzin en halen hiervoor beslist geen ongegronde argumenten aan. Maarten Kloos, oud-directeur van ARCAM (Architectuurcentrum Amsterdam), verwijst zelfs naar twee mooie herdenkingsmonumenten in Frankrijk waaraan Amsterdam een voorbeeld kan nemen. Herman Vuijsje, voornoemd, refereert in het slothoofdstuk naar een aantal Nederlandse en buitenlandse ruimtelijke oorlogsmonumenten van bescheiden omvang die een onvergetelijke indruk maken en minstens zo schokkend zijn als de alles overtreffende megastructuur van Libeskind.
Sommigen uiten bezwaren over de grootschaligheid van het project en het financiële plaatje ervan. Of over het gebrek aan ruimte binnen de constructie die door Daniel Libeskind als een claustrofobisch labyrint werd ontworpen waar je als bezoeker doodloopt, wat derhalve ongeschikt is voor grote gemeenschappelijke herdenkingen. Nog andere critici twijfelen over het nut van dergelijk confronterend monument langs de drukke Weesperstraat, of ze vinden het ronduit onzin en halen hiervoor beslist geen ongegronde argumenten aan. Maarten Kloos, oud-directeur van ARCAM (Architectuurcentrum Amsterdam), verwijst zelfs naar twee mooie herdenkingsmonumenten in Frankrijk waaraan Amsterdam een voorbeeld kan nemen. Herman Vuijsje, voornoemd, refereert in het slothoofdstuk naar een aantal Nederlandse en buitenlandse ruimtelijke oorlogsmonumenten van bescheiden omvang die een onvergetelijke indruk maken en minstens zo schokkend zijn als de alles overtreffende megastructuur van Libeskind.
Ondanks al deze kritische geluiden zal het Holocaust Namenmonument er sowieso komen, temeer omdat ook op juridisch vlak vergeefs verzet werd aangetekend. Op 28 oktober 2020 heeft de Nederlandse Raad van State het hoger beroep van een groepje tegenstanders van tafel geveegd en geoordeeld dat de bouwvergunning terecht werd afgeleverd. Momenteel zijn de werkzaamheden volop aan de gang.
Men kan zich dan afvragen: is het geen mosterd na de maaltijd om dit boekje nog uit te brengen?
De auteurs denken van niet. Bedenkt eer gij herdenkt is in de eerste plaats een pleidooi voor het opzetten van overleg en open gedachtewisseling alvorens een besluit met zo’n vérstrekkende betekenis te nemen. Zij willen aantonen dat uit de afgelegde route lessen kunnen getrokken worden voor volgende herdenkingsprojecten.
Men kan zich dan afvragen: is het geen mosterd na de maaltijd om dit boekje nog uit te brengen?
De auteurs denken van niet. Bedenkt eer gij herdenkt is in de eerste plaats een pleidooi voor het opzetten van overleg en open gedachtewisseling alvorens een besluit met zo’n vérstrekkende betekenis te nemen. Zij willen aantonen dat uit de afgelegde route lessen kunnen getrokken worden voor volgende herdenkingsprojecten.
De vragen, argumenten en overwegingen in deze bundel zijn hoogst actueel en relevant. Zij zullen dat blijven zolang er reden bestaat om te herdenken…
Meer van Marc De Bock