24 oktober 2025
Surrealisme
Iemand pleegt een diefstal, maar laat sporen na. Even later wordt de man opgepakt. Hij bekent, maar wat blijkt? Hij beschikt niet over een geldig adres. Hij logeert bij vrienden. Hij heeft weinig andere keuze want hij heeft geen geldige verblijfstitel in ons land.
Had hij een keuze om in de illegaliteit te duiken? In principe wel. In eigen land oppositie voeren had hem daar evenwel zijn kop gekost. Ook dat was aan het licht gekomen.
Zich als vluchteling aanmelden nu hij een misdrijf pleegde, maakt verder weinig kans op succes.
De complexe situatie noopt de procureur ertoe een aanhoudingsmandaat te vorderen. De onderzoeksrechter weet dat diefstal niet opweegt tegen vrijheidsberoving, maar het politiek klimaat en de vordering doen hem besluiten de man toch in voorlopige hechtenis te plaatsen.
Hem vrijlaten zonder hem te kunnen bereiken op zijn adres – dat hij officieel niet heeft – , zorgt er wellicht voor dat de man spoorloos wordt. Dat zou een dossier met een bewezen strafbaar feit, maar zonder uitvoerbare straf opleveren. Dat past niet in onze tijdsgeest.
Zich als vluchteling aanmelden nu hij een misdrijf pleegde, maakt verder weinig kans op succes.
De complexe situatie noopt de procureur ertoe een aanhoudingsmandaat te vorderen. De onderzoeksrechter weet dat diefstal niet opweegt tegen vrijheidsberoving, maar het politiek klimaat en de vordering doen hem besluiten de man toch in voorlopige hechtenis te plaatsen.
Hem vrijlaten zonder hem te kunnen bereiken op zijn adres – dat hij officieel niet heeft – , zorgt er wellicht voor dat de man spoorloos wordt. Dat zou een dossier met een bewezen strafbaar feit, maar zonder uitvoerbare straf opleveren. Dat past niet in onze tijdsgeest.
Eens in voorhechtenis start het juridisch kluwen. De sociale dienst van de gevangenis meldt hem aan voor een pro-Deoadvocaat. Die komt een uur voor de zitting van de raadkamer wel op de proppen, maar bekent dat hij met de verdachte nog geen echt gesprek heeft kunnen voeren. Er moet nog een tolk aangesteld worden.
Een maand later, op de tweede raadkamer, blijkt de bewuste advocaat door zijn cliënt de laan uit gestuurd omdat die laatste maar niet kan geloven dat hij voor een diefstal die hij toch al bekend heeft, nog steeds in de gevangenis zit en omdat zijn advocaat er niet kan voor zorgen dat hij naar een normale duocel wordt overgeplaatst. Hij slaapt al een maand op de grond en dat neemt hij zijn raadsman kwalijk.
Enkele raadkamers later laat de procureur weten dat in de nabijheid van de winkel waar de diefstal is gebeurd nog andere diefstallen hebben plaatsgevonden. Hij vraagt om de camerabeelden van de supermarkt die hij in beslag liet nemen voor verder onderzoek bij dit dossier te mogen voegen. Het aanhoudingsmandaat van de man moet dus worden verlengd. Misschien is er wel sprake van een georganiseerde misdaadbende.
Dit verhaal gaat nog even verder. Wanneer het onderzoek zes maanden later wordt afgerond, weigert de voorzitter van de raadkamer in te gaan op het verzoek tot voorlopige invrijheidstelling in afwachting van het proces ten gronde. Niet omdat er van georganiseerde misdaad sprake zou zijn, want dat deel van het onderzoek is op niets uitgedraaid. Maar een illegaal kan toch niet zomaar in de massa verdwijnen, luidt de redenering. Dan ontloopt hij immers zijn straf.
Twee maanden later wordt de man veroordeeld tot 1 jaar cel, met uitstel behalve voor het deel van de voorhechtenis. Hij zou kunnen worden vrijgelaten, omdat het verplicht blijven zitten onder de banden van het mandaat tot de straf definitief wordt, een praktijk die tot voor een paar jaar de regel was, werd afgeschaft. Maar in het geval van onze man dient eerst bij de Dienst Vreemdelingenzaken te worden nagegaan onder welke modaliteiten de vrijstelling kan gebeuren. Die maakt gebruik van het recht om hem nog even in de gevangenis te houden in afwachting van een beslissing.
De beslissing tot uitzetting kan ten slotte niet binnen de termijn genomen worden en dus wordt de man vrijgesteld met een bevel op het grondgebied te verlaten.
De beslissing tot uitzetting kan ten slotte niet binnen de termijn genomen worden en dus wordt de man vrijgesteld met een bevel op het grondgebied te verlaten.
Dit is geen uitzonderlijk relaas. Dit is dagelijkse praktijk in België. Onder meer daarom verblijven 5.000 gedetineerden zonder wettige verblijfstitel in onze overvolle gevangenissen. Iemand met wettig verblijf en al zeker een Belg wordt voor een soortgelijke diefstal zelfs nooit opgesloten.
Beste lezer, denkt u nu echt dat het openen van een gevangenis voor 300 gedetineerden in Albanië binnen nu en een jaar of drie, de oplossing voor de overbevolking in onze gevangenissen is, waarvan het voltallige korps gevangenisdirecteurs zegt dat ze die niet meer aan kunnen, of zijn er volgens u andere, wellicht zelfs goedkopere oplossingen te bedenken?
Gaat het hier nog om het beveiligen van de samenleving? Is dat de manier waarop we rechtvaardigheid vertalen in onze strafrechtspraktijk? Of is de manier waarop we in ons land illegaal verblijf met het strafrecht vervlechten misschien een vorm van verdoken, collectieve, geïnstitutionaliseerde vreemdelingenhaat geworden?
Wellicht zijn er in enkele Europese landen andere manieren te vinden waarop men dergelijke diefstallen door mensen zonder wettig verblijf strafrechtelijk afhandelt.
Of nog beter: zou een onderzoeksrechter die zijn eigen quotum aan cellen moet beheren niet vanzelf tot het wijze besluit komen om deze mandaten veel vroeger op te heffen, misschien zelfs niet uit te vaardigen, om plaats te laten voor ernstigere gevallen?