Raoul Bauer
Karel D'huyvetters
Non-fictie
  • 156 keer bekeken
  • minuten leestijd
  • Reacties

Waardering

3 maart 2024 De lange schaduw van de duivel
Ik weet niet of het eigen is aan mijn generatie, of veeleer een eigen verdienste, maar ik heb nooit in de duivel geloofd. Die figuur behoorde voor mij van kindsbeen af uitsluitend tot het rijk der fabelen en sprookjes. Groot was dan ook mijn verbazing toen een overigens eminent theoloog me ooit terechtwees: als ik de oorlog had meegemaakt, zou ik wel anders spreken.
Het deed me toen nadenken, niet over het bestaan van de duivel – ik ben zelden geneigd om mijn gefundeerde overtuigingen fundamenteel te herzien – maar over de redenen waarom een zo verstandig man zoiets beweerde, of wat hij ermee kon bedoelen. Zelfs als we aannemen dat er kwaad is in de wereld, en wie zal zich het in het hoofd halen dat te betwisten, volgt daaruit nog niet dat de duivel bestaat. Het kwaad in de wereld kan ons terecht doen twijfelen aan het bestaan van een almachtige en de mens gunstig gezinde God, maar zelfs de christenen geloven dat de mens zelf, en niet de duivel, en nog veel minder God, verantwoordelijk is voor het kwaad in de wereld. Met deze overwegingen in gedachten ving ik bijgevolg met enige aarzeling de lezing aan van dit boek over de duivel.
De auteur gaat te rade bij talrijke en verscheidene bronnen, zowel de theologie als de literatuur, zowel de beeldende kunsten als de architectuur, zowel die van de oudheid en de middeleeuwen als de meer recente. Hij verwijst naar en citeert overvloedig uit al die perioden, zowel uit de oorspronkelijke werken als uit de secundaire literatuur. Hij heeft zich dus terdege ingewerkt in de materie. Dat is weliswaar een lovenswaardige verdienste, maar het blijkt ook een noodzakelijk kwaad: dat maakt er namelijk de lectuur niet gemakkelijker op. De vele uitvoerig aangehaalde opvattingen lijken soms in de plaats te komen van een rustig en overtuig(en)d eigen betoog en een eigen basisovertuiging over het onderwerp, veeleer dan dat te onderbouwen. Dit gezegd zijnde, erken ik graag dat deze methode ook haar voordelen heeft. Aangezien de duivel niet bestaat (dat is na lezing nog steeds mijn overtuiging), maar als begrip en figuur toch zeer aanwezig was en is in onze cultuur, is het niet kwaad om de verschillende vormen die de duivel aanneemt, en wat geleerden daarover denken, naar voren te brengen, zelfs als dat een zeer divers en complex beeld oplevert.
Het volstaat echter niet om die verschillende opvattingen te verzamelen, wat hier uitstekend gebeurd is, onder meer en niet het minst aan de hand van schitterende illustraties en tekstvoorbeelden in afzonderlijke kaderteksten, naast een zeer uitvoerige bibliografie, nauwkeurige voetnoten en een namenindex. De vraag is wat mij betreft vooral waarom mensen een figuur als de duivel verzonnen hebben. Want laten we wel wezen, als de duivel, of duivels niet bestaan, zijn het pure verzinsels. Het komt me voor dat slechts een gering aantal mensen daarvoor verantwoordelijk zijn geweest, maar dat hun invloed helaas altijd al aanzienlijk is geweest.
De titel van het boek verwijst daarnaar terecht: dat aberrante verzinsel heeft een wel erg lange en ongemeen schadelijke schaduw geworpen op onze beschaving en onze cultuuruitingen. Disputen tussen theologen lijken in dat opzicht nog onschadelijk, en afbeeldingen in kerken niet meer dan vertalingen in volkskunst van sommige van die vreemde ideeën, maar het wordt erger als die ideeën aanleiding worden om mensen mentaal te terroriseren, en veel, veel erger als dat leidt tot de onmenselijk excessen van de vervolging, het gruwelijk martelen en vermoorden van onschuldige mensen als ketters en heksen.
De Kerk heeft zich daaraan schuldig gemaakt, in de eerste plaats door een wereldbeeld te verspreiden, te propageren en zelfs af te dwingen waarin dergelijke ideeën opgang konden maken; vervolgens door niet in te grijpen wanneer gevaarlijke lieden die ideeën vertaalden in teksten die hun medemensen nodeloos en ten onrechte op grote schaal verontrustten en belaagden, en vooral door toe te staan dat onschuldige mensen op grond van ongegronde, ronduit dwaze aantijgingen gefolterd en vermoord werden, honderden jaren lang.
Dit door zijn kinderen, eveneens professoren, postuum uitgegeven boek van professor Raoul Bauer is verhelderend en uitzonderlijk goed gedocumenteerd. Door zijn wetenschappelijke diepgang zal het van onvoorbereide lezers een extra inspanning vragen om de niet te verdwalen in de doolhof van soms erg arcane opvattingen over dit uitdagende maar uiteindelijk ongrijpbare en onbegrijpelijke onderwerp.

Karel D’huyvetters
Raoul Bauer
Karel D'huyvetters
Non-fictie
Karel D’huyvetters (°1946) legt zich toe op de geschiedenis van het atheïsme en het antiklerikalisme. Van hem verschenen Nederlandse vertalingen van de belangrijkste werken van Spinoza, met uitvoerige commentaren. Hij onderhoudt een website over Spinoza en een persoonlijke website.
_Karel D'huyvetters -
Meer van Karel D'huyvetters

_Van zelfde auteur

_Nieuwste recensies

Bekijk alle nieuwe recensies