6 augustus 2019
Overleven. Een persoonlijke kijk op een gedeelde toekomst.
De huidige, westerse mens heeft een behoorlijke kans een levensduur van een 80-tal jaar te halen en menig onder ons zal in de 21ste eeuw de 100 jaar bereiken. Ondanks betere leefomstandigheden gaat deze kwantitatieve sprong niet steeds gepaard met een kwalitatieve verbetering van deze levensverlenging. De omgeving waarin wij leven houdt geen gelijke tred met onze biologische evolutie en het ontkennen van deze realiteit is problematisch in meer dan één opzicht.
Ivan Wolffers‘ boek vloeit voort uit jarenlang onderzoek als arts en antropoloog naar het waarom dat de mens onder alle omstandigheden overleeft. Deze globale invalshoek wordt doordesemd met zijn directe ervaring als kankerpatiënt. Als uitgangspunt neemt hij de beroemde stelling van Charles Darwins evolutieleer: Het is niet de sterkste van een soort die overleeft, noch is het de intelligentste. Het is degene die zich het beste aanpast aan de verandering.
De uitgave gaat over het onloochenbare feit dat het leven altijd wordt doorgegeven, ondanks de vele op ons afkomende bedreigingen, en over het gegeven dat er steeds oplossingen uit de bus zullen komen. Door zijn Joodse familiegeschiedenis kreeg hij bovendien het inzicht dat de levensloop van een individu verweven is met de levensstroom van de mensheid.
Het heeft geen betoog dat beslissingen tijdens kantelmomenten van de geschiedenis - denk WOII - leven of dood kunnen betekenen en dat ras versus de mensheid een nieuwe invulling krijgt.
Het heeft geen betoog dat beslissingen tijdens kantelmomenten van de geschiedenis - denk WOII - leven of dood kunnen betekenen en dat ras versus de mensheid een nieuwe invulling krijgt.
Interessant is zijn antwoord op de vraag “Mag men iemands hoop ontnemen?” Daar waar de auteur stelt dat de dood bij het leven hoort, brengt hij ons terug bij de kwaliteit van het overleven.
Zijn interpretatie van levensdrift handelt over het vuur dat in alle vormen van leven zit en dat dwingt om te blijven leven tot het echt niet meer kan.
Zijn definitie van overleven is verbonden aan het besef dat de drang om in leven te blijven, gebaseerd is op biologische (lichamelijke) gegevens.
Deze definitie van “overleven” stuit op de grenzen tussen chaos en orde. Binnen de chaos is overleven een stuk moeilijker.
Zijn interpretatie van levensdrift handelt over het vuur dat in alle vormen van leven zit en dat dwingt om te blijven leven tot het echt niet meer kan.
Zijn definitie van overleven is verbonden aan het besef dat de drang om in leven te blijven, gebaseerd is op biologische (lichamelijke) gegevens.
Deze definitie van “overleven” stuit op de grenzen tussen chaos en orde. Binnen de chaos is overleven een stuk moeilijker.
Overleven is biologisch gestuurd en heeft te maken met eten, ademen, liefhebben en voortplanten. Kennis van het menselijke laat bovendien zien dat ons zenuwstelsel gemaakt is om te leven in groepen. Aantallen en diversiteit bepalen de huidige genus ‘mens‘.
Dat de aarde (maar) 11 miljard mensen aankan, dat honger geen plaag maar een schandaal is en migratie een overlevingsstrategie, dat de ongelijkheid toeneemt sedert het verslag van de Club van Rome: dit zijn de grote knelpunten en moeilijkheden waarvoor de oplossingen zelfs nog niet aan de horizon verschijnen.
Ludo Raeijmaekers
Wolffers ziet wél oplossingen, en die moeten we vinden in samenwerking, altruïsme versus egoïsme, het zinkend schip terug vlot krijgen!
Als ex-kankerpatiënt pleit hij voor een drastische verandering van onze gewoonten en ziet in onze “junkfood” cultuur een reëel kankergezwel. Zijn motto is: “bewegen en stress vermijden.”
Als ex-kankerpatiënt pleit hij voor een drastische verandering van onze gewoonten en ziet in onze “junkfood” cultuur een reëel kankergezwel. Zijn motto is: “bewegen en stress vermijden.”
Interessant en een ludiek intermezzo is het hoofdstuk over de darmbiologie (ons tweede brein), de medische wetenschap van de toekomst en de herwaardering van het buikgevoel.
Het belang van micro-organismen als biotoop kan niet overschat worden, je bent dus echt wat je eet!
De al dan niet terechte conclusie die Wolffers trekt, is dat onze gewoontes (onder andere stress en omgevingsfactoren) voor 80% aanleiding geven tot ongewenste mutaties (dit haalt hij uit studies gebaseerd op beperkte onderzoeken).
Kanker zou dus grotendeels afhangen van externe risicofactoren. Het erkennen van externe risico’s is een voortdurend leerproces, noodzakelijk om onze impulsen te beteugelen door de ratio (die helaas nogal eens achterop hinkt).
Het belang van micro-organismen als biotoop kan niet overschat worden, je bent dus echt wat je eet!
De al dan niet terechte conclusie die Wolffers trekt, is dat onze gewoontes (onder andere stress en omgevingsfactoren) voor 80% aanleiding geven tot ongewenste mutaties (dit haalt hij uit studies gebaseerd op beperkte onderzoeken).
Kanker zou dus grotendeels afhangen van externe risicofactoren. Het erkennen van externe risico’s is een voortdurend leerproces, noodzakelijk om onze impulsen te beteugelen door de ratio (die helaas nogal eens achterop hinkt).
Komen we in de uitgave vervolgens tot het zeer interessante kernbetoog, over ‘als het leven voorbij is’. Iedereen heeft het recht op een paar jaar méér en mochten dat waardeloze jaren blijken te zijn, dan heeft iedereen het recht om die jaren te weigeren.
Sta me toe hierbij een kanttekening te maken bij het begrip ‘waardeloos‘. De Homo economicus koppelt aan waarde vaak het idee van nuttig en productief. Ik pleit ervoor dat we ook oog zouden hebben voor het genieten van het loutere zijn, ook als dat (zeker in de eindfase) ten koste van de samenleving is (actieve versus passieve bevolking) – denk bijvoorbeeld aan werklozen, gehandicapten en gepensioneerden.
De auteur verduidelijkt illustratief zijn berustende visie in het hoofdstuk met als titel ‘Kankercircus‘.
Zijn kijk op screening die hij daarin verduidelijkt, stemt tot nadenken. Is het genereren van bezorgdheid en paniek dit waard? stelt hij als vraag.
Een voorbeeld. De biopsie bij vermoeden van prostaatkanker is eerder arbitrair en vaak oorzaak van impotentie doordat ondoordacht het hele traject wordt afgelegd en een traag groeiende prostaataandoening als een agressieve wordt behandeld.
De eed van Hippocrates, waarin de arts belooft dat hij niets zal doen wat de patiënt schade kan berokkenen, wordt hier uitsluitend nog geïnterpreteerd als de belofte dat de arts alle middelen waarvan maar enigszins bewezen is dat ze kunnen helpen, zal inzetten om het leven van de patiënt te verlengen. Hieraan gekoppeld is er de doorgedreven bureaucratie met zijn formulieren, computerbestanden etc., wat leidt tot een vrij mechanische diagnose.
Dit is het pad van een onpersoonlijke zorgverstrekking waarvan vooral kinderen en ouderen de dupe zijn. Het is tevens een van de symptomen van een voorthollende, steeds flexibelere maatschappij.
Zijn kijk op screening die hij daarin verduidelijkt, stemt tot nadenken. Is het genereren van bezorgdheid en paniek dit waard? stelt hij als vraag.
Een voorbeeld. De biopsie bij vermoeden van prostaatkanker is eerder arbitrair en vaak oorzaak van impotentie doordat ondoordacht het hele traject wordt afgelegd en een traag groeiende prostaataandoening als een agressieve wordt behandeld.
De eed van Hippocrates, waarin de arts belooft dat hij niets zal doen wat de patiënt schade kan berokkenen, wordt hier uitsluitend nog geïnterpreteerd als de belofte dat de arts alle middelen waarvan maar enigszins bewezen is dat ze kunnen helpen, zal inzetten om het leven van de patiënt te verlengen. Hieraan gekoppeld is er de doorgedreven bureaucratie met zijn formulieren, computerbestanden etc., wat leidt tot een vrij mechanische diagnose.
Dit is het pad van een onpersoonlijke zorgverstrekking waarvan vooral kinderen en ouderen de dupe zijn. Het is tevens een van de symptomen van een voorthollende, steeds flexibelere maatschappij.
Tot slot meent de auteur dat eenzaamheid weleens de belangrijkste risicofactor voor een goede gezondheid zou kunnen vormen. Ik deel zijn besluit!
Overleven is vertellen aan je kinderen, je kleinkinderen en aan iedereen die wil luisteren naar wat je in het leven geleerd hebt.
Overleven is vertellen aan je kinderen, je kleinkinderen en aan iedereen die wil luisteren naar wat je in het leven geleerd hebt.
De ‘lading‘ van dit boek dekt perfect de titel, het werk is wetenschappelijk goed onderbouwd en volledig. Bovendien is het gestoeld op de ervaring van de auteur als arts en kankerpatiënt.
Meer van Ludo Raeijmaekers