19 april 2022
Over waarheid
In “Over waarheid” is een ruime selectie van Orwells korte essays over waarheid en leugen opgenomen. Onderwerpen zoals populisme, wreedheid en oneerlijkheid in de politiek, nationalisme en partijdigheid, politiek bedrog, een gecentraliseerde pers, zelfcensuur, macht door fraude, newspeak en doublethink komen uitgebreid aan bod.
Helaas vinden we in dit boek veel terug van wat we deze dagen ook weer meemaken. Eerst was er de coronapandemie, die door virologen, artsen, ziekenhuispersoneel, psychologen, ministers en alle andere specialisten op hun manier en vanuit hun bekwaamheid werd toegelicht. Tegenspraak werd niet geschuwd. Nu is er de strijd om Oekraïne waarbij elke deskundige ons afwisselend het einde, het gruwelijk vervolg of het begin van nog erger, voorspellen. En allen krijgen in de diverse media voldoende ruimte om hun “gezaghebbende” stem te laten horen. Zelfkritiek of zelfs twijfel hoor je daarbij niet. Dit is een van de pijnpunten die Orwell blootlegt. In zijn geschriften gaat de meeste aandacht wel naar het wereldbeeld met het totalitarisme. Je kan deze artikels dan ook niet los zien van het turbulente leven van de auteur. Hij blijft de begeesterde reporter die zijn mening wil verkondigen.
George Orwell, pseudoniem van Eric Arthur Blair, is geboren in India in 1903 en overleed in 1950 in Groot-Brittannië. Zijn vader werkte voor het opiumdepartement van de Civil Service. In 1907 verhuisde het gezin naar Engeland. Hij liep school op het Eton College van 1917 tot 1921. Een aantal leraren kon duidelijk niet overweg met zijn gebrek aan respect voor hun gezag, wat aan zijn schoolrapporten te zien is. Het heeft hem voor de rest van zijn leven een afkeer van de Britse upperclass doen krijgen. Voor verdere universiteitsstudies was geen geld en daarom nam hij in 1922 dienst bij de Indian Imperial Service in Birma.
Als hij in 1927 met verlof terugkeerde naar Engeland, nam hij ontslag uit de koloniale dienst. Hij had voldoende inspiratie opgedaan voor zijn roman “Burmese Days”, uitgegeven in 1934. Blair begeeft zich in de journalistiek en verhuist in 1928 naar Parijs. Zijn carrière kwam echter niet van de grond en er volgden jaren van armoe. Hij verdiepte zich in lotgenoten, mensen die leefden aan de zelfkant van de maatschappij. Blair nam de naam aan van de rivier, de Orwell in Suffolk en debuteerde in 1933 met “Down and Out in Paris and London”. Hij keerde terug naar Engeland en in 1936 werd Orwell betaald door de Left Book Club om te schrijven over de armoede van de werkende klasse. In het eerste deel van “The Road to Wigan Pier” beschreef hij het leven in de steenkoolmijnen en vervolgens komt zijn groeiend politiek bewustzijn aan bod. Hiermee werd hij een van de grondleggers van de participerende journalistiek.
Vanaf 1936 vocht hij in de Spaanse Burgeroorlog tegen het fascisme. Hij kwam echter in aanvaring met de Communistische Partij van Spanje, die zich plooide naar de internationale belangen van de Sovjet-Unie. Hij onderging de stalinistische heksenjacht met lastercampagnes, valse beschuldigingen, huiszoekingen en arrestaties die van hem voor de rest van zijn leven een antistalinist maakten. Zijn ervaringen beschreef hij in “Homage to Catalonia”.
Terug in Engeland verzette Orwell zich als lid van Independent Labour tegen de herbewapening in het vooruitzicht van de oorlog met nazi-Duitsland. Bij het begin van WO II verliet hij echter die politieke partij wegens hun extreem pacifisme. Later hoopte hij dat de oorlog zou leiden tot een revolutionaire beweging onder het Britse volk.
In 1941 werkte hij voor de BBC Eastern Service die steun zocht voor de Britse oorlogsinspanningen. Bewust van de propagandistische inhoud werd het Engelse Ministerie van Informatie de bron voor het Ministerie van Waarheid in zijn boek “1984”. Hij gaf zijn ontslag om in 1945 ongeduldig te beginnen aan zijn antistalinistische satire “Animal Farm”. Daarin verwees hij naar de Russische Revolutie die volgens hem totaal degenereerde onder invloed van Jozef Stalin. Het was zijn doorbraak als schrijver en voor het eerst ontving hij een inkomen waarvan hij comfortabel kon leven.
In 1941 werkte hij voor de BBC Eastern Service die steun zocht voor de Britse oorlogsinspanningen. Bewust van de propagandistische inhoud werd het Engelse Ministerie van Informatie de bron voor het Ministerie van Waarheid in zijn boek “1984”. Hij gaf zijn ontslag om in 1945 ongeduldig te beginnen aan zijn antistalinistische satire “Animal Farm”. Daarin verwees hij naar de Russische Revolutie die volgens hem totaal degenereerde onder invloed van Jozef Stalin. Het was zijn doorbraak als schrijver en voor het eerst ontving hij een inkomen waarvan hij comfortabel kon leven.
In 1950 overleed Orwell op nauwelijks 46 jarige leeftijd aan tuberculose. Waarschijnlijk had hij die ziekte opgelopen in de periode dat hij “Down and Out in Paris en London” schreef.
Voor 1935 had Orwell geen politieke voorkeur, maar de Spaanse Burgeroorlog bracht daar verandering in. Hij schreef tegen het totalitarisme en voor een democratisch socialisme. In 1941 verkondigde hij zijn socialistische ideeën in “The Lion and the Unicorn”. Hij stelde dat een socialistische hervorming noodzakelijk was om de oorlog te winnen en keerde zich tegen het communisme. Hoewel hij voortdurend kritiek uitte op het communisme en stalinisme, zag hij zichzelf toch aan de linkerzijde van het politieke spectrum. Na zijn ervaringen in Spanje, raakte hij bevriend met verschillende anarchisten. Gedurende tien jaar zal Orwell zich bevinden aan de linkerzijde van de heersende Labour-gedachte.
Als Orwell, tegen zijn karakter in, een politiek schrijver werd, was het alleen maar om niet-politieke waarden te beschermen. Hij had in Birma ervaren hoe snel macht ontmenselijkt. Zijn bekendste boeken zijn een waarschuwing voor wat gebeurt als het slechte in mensen wordt uitgebuit. Het ontvlambare groepsdenken, jaloezie en kortzichtigheid staan de noodzakelijke politieke vooruitgang vaak in de weg.
In “Over waarheid” zijn de hoofdstukken gedateerd, beginnend in 1934 en lopend tot 1947. In die periode evolueren zijn geschriften van een praktisch anti-fascisme naar meer theoretische beschouwingen.
In de laatste stukken – 1946/1947 – stelde hij vast dat het onvervaard denken door zelfcensuur dreigt te verdwijnen. Politieke commentaren werden samengesteld uit pasklare zinnen waaruit de simpele en krachtige taal verdween. In datzelfde hoofdstuk maakte hij een inventarisatie van het totalitarisme als een tijdvak van schizofrenie waarin de samenleving totalitair werd als haar structuur artificieel is geworden. De heersende klasse verliest hierbij haar functie, maar slaagt erin zich door geweld of fraude toch aan de macht vast te klampen. Vergelijk het met een minister-president die tevens de bevoegdheid over Cultuur opeist. Dergelijke samenleving kent geen tolerantie, noch intellectuele stabiliteit. Ook het waarheidsgetrouw bijhouden van feiten zal niet worden toegestaan door de heersers. Waar een orthodoxie wordt opgelegd, houdt het schrijven op.
Hoe Orwell keek op zijn wereld, kan vandaag nog een leidraad voor iedereen zijn, niet op zijn minst voor de politici. Zijn felle realisme, onverbiddelijk fatsoen en grenzeloze verbeelding, gepaard aan zijn humor, schenken ons vandaag een open blik op de wereld. Meer dan ooit dreigt de huidige wereldschikking een tegenpool te vormen met het ideaal waarvoor Orwell ijverde. Zo blijft het nodig deze teksten periodisch te herlezen.
“Over waarheid” wordt ingeleid door een essay van Tinneke Beeckman: “Streven naar waarachtigheid”. Hierin geeft ze haar visie op het werk van Orwell en besluit dat zijn visie op waarachtigheid na al die jaren overeind blijft. Het echte verraad is de complexe werkelijkheid niet willen zien, enkel gelijk hebben is voor velen van belang.
De teksten die in “Over waarheid” staan, zijn brandend actueel. In elke maatschappij, in elke periode zijn ze van het grootste belang. Daarom is het nodig dat ze worden doorgegeven en onder de aandacht worden gebracht van volgende generaties. Al was het maar om het “fake news” en “alternatieve feiten” te herkennen.
Paul Van Aelst
Meer van Paul Van Aelst
Paul Van Aelst