18 november 2022
Vrede in het na-christelijk tijdperk
Het boek dat niet mocht worden uitgegeven. Met een voorwoord van Jim Forest.
Gezien de oorlog in Oekraïne verschijnt deze vertaling op het juiste moment, al is de vraag: "Wat moet de houding van een christen zijn in verband met oorlog?" van alle tijden.
De schrijver is een Amerikaanse trappistenmonnik, die na het leiden van een eerder liederlijk leven toetrad tot een contemplatieve orde. Hij schreef meerdere boeken, die gretig gelezen werden, maar tegen dit boek - geschreven in 1962 - had zijn abt-generaal bezwaren: hij verbood de publicatie. Helaas is het onderwerp brandend actueel: oorlog voeren met kernwapens kan gelijk staan aan de algehele vernietiging van de beschaving! Hoe het toch gepubliceerd kon worden lezen we in het voorwoord van zijn vriend Jim Forest en in dat van Patricia A. Burton.
Na-christelijk tijdperk
Ook in 1962 was de invloed van de Kerk tanend en nu is het geloof voor velen een façade geworden. Merton toont aan met voorbeelden uit de bijbel dat elke rechtgeaarde christen tégen oorlog en voor vrede zou moeten zijn, maar dat velen - als het hun uitkomt - integendeel spreken van een "gerechtvaardigde oorlog", alsof die zou bestaan. In verschillende hoofdstukken richt hij zich tot de gewone gelovige, tot de theologen, tot pausen, tot machtshebbers... Hij heeft altijd dezelfde boodschap: in Gods naam, praat, onderhandel, zoek samen oplossingen, maar start geen oorlog! Hoofdstuk 3 draagt de macabere titel "De dodendans". Herman Kahn verdedigde tijdens de Koude Oorlog dat geloofwaardigheid het doel is en dat we de vijand moeten overtuigen dat we onverbiddelijk gebruik zullen maken van kernwapens. Om de vrede te bewaren?! "Er komt een dag dat iemands bluf zal beantwoord worden, misschien op een heel drastische manier" (p.71) en dat onschuldige weerloze burgers afgeslacht zullen worden.
Ook in 1962 was de invloed van de Kerk tanend en nu is het geloof voor velen een façade geworden. Merton toont aan met voorbeelden uit de bijbel dat elke rechtgeaarde christen tégen oorlog en voor vrede zou moeten zijn, maar dat velen - als het hun uitkomt - integendeel spreken van een "gerechtvaardigde oorlog", alsof die zou bestaan. In verschillende hoofdstukken richt hij zich tot de gewone gelovige, tot de theologen, tot pausen, tot machtshebbers... Hij heeft altijd dezelfde boodschap: in Gods naam, praat, onderhandel, zoek samen oplossingen, maar start geen oorlog! Hoofdstuk 3 draagt de macabere titel "De dodendans". Herman Kahn verdedigde tijdens de Koude Oorlog dat geloofwaardigheid het doel is en dat we de vijand moeten overtuigen dat we onverbiddelijk gebruik zullen maken van kernwapens. Om de vrede te bewaren?! "Er komt een dag dat iemands bluf zal beantwoord worden, misschien op een heel drastische manier" (p.71) en dat onschuldige weerloze burgers afgeslacht zullen worden.
Koude oorlog
Merton had twee wereldoorlogen meegemaakt. Hij schrijft over de Amerikaanse atoombommen op Nagasaki en Hiroshima, over de verschrikkelijke brandbommen op Tokio en op een 50-tal andere Japanse steden, over de vernietigingsbombardementen op Duitse steden. Hoofdstuk 7 heet "Gerechtigheid in een moderne wereld" en is akelig om te lezen. Natuurlijk is het doden van burgerslachtoffers nooit te kaderen in een "rechtvaardige oorlog", maar de redenering van Merton volgend, kunnen we alleen maar besluiten dat de Amerikaanse overheid alles verantwoordde met de doelstellingen: onvoorwaardelijke overgave afdwingen en het moreel van de vijand breken.
Hij heeft het ook over "preventieve oorlogen" zoals die in Irak om dan argumenten te geven over de onredelijkheid ervan en hun intrinsieke gevaar nu in veel landen kernwapens gereed liggen.
Merton had twee wereldoorlogen meegemaakt. Hij schrijft over de Amerikaanse atoombommen op Nagasaki en Hiroshima, over de verschrikkelijke brandbommen op Tokio en op een 50-tal andere Japanse steden, over de vernietigingsbombardementen op Duitse steden. Hoofdstuk 7 heet "Gerechtigheid in een moderne wereld" en is akelig om te lezen. Natuurlijk is het doden van burgerslachtoffers nooit te kaderen in een "rechtvaardige oorlog", maar de redenering van Merton volgend, kunnen we alleen maar besluiten dat de Amerikaanse overheid alles verantwoordde met de doelstellingen: onvoorwaardelijke overgave afdwingen en het moreel van de vijand breken.
Hij heeft het ook over "preventieve oorlogen" zoals die in Irak om dan argumenten te geven over de onredelijkheid ervan en hun intrinsieke gevaar nu in veel landen kernwapens gereed liggen.
Vervang communisme door terrorisme
Merton geeft als voorbeeld van "de vijand" het communisme, omdat hij zijn bedenkingen schreef in het midden van de Koude Oorlog. Hij spaart de kritiek op zijn eigen land niet, maar moest een naam plakken op de vijand om volledige censuur te vermijden. Nu zouden we misschien eerder spreken van het terroristische gevaar.
Zijn waarschuwingen zijn voor elke weldenkende burger voor de hand liggend, maar het is niet slecht dat hij het gevaar van een kernoorlog benadert vanuit de rede, de woorden van Christus, vanuit zichzelf, onze menselijkheid, Machiavelli, Augustinus, Origenes, Celsus en vele anderen.
Merton geeft als voorbeeld van "de vijand" het communisme, omdat hij zijn bedenkingen schreef in het midden van de Koude Oorlog. Hij spaart de kritiek op zijn eigen land niet, maar moest een naam plakken op de vijand om volledige censuur te vermijden. Nu zouden we misschien eerder spreken van het terroristische gevaar.
Zijn waarschuwingen zijn voor elke weldenkende burger voor de hand liggend, maar het is niet slecht dat hij het gevaar van een kernoorlog benadert vanuit de rede, de woorden van Christus, vanuit zichzelf, onze menselijkheid, Machiavelli, Augustinus, Origenes, Celsus en vele anderen.
Noot van de uitgever
De tekst wordt gepresenteerd met een minimum aan redactie, wat niet altijd eenvoudig was omdat de tekst oorspronkelijk in een gestencilde versie bewaard gebleven is. Merton zelf veranderde en herschikte zeer dikwijls. De voetnoten zijn deels van Merton, deels van de uitgever.
Gerda Sterk
Meer van Gerda Sterk
De tekst wordt gepresenteerd met een minimum aan redactie, wat niet altijd eenvoudig was omdat de tekst oorspronkelijk in een gestencilde versie bewaard gebleven is. Merton zelf veranderde en herschikte zeer dikwijls. De voetnoten zijn deels van Merton, deels van de uitgever.
Gerda Sterk