Een boek met zo'n titel hoort natuurlijk uit te leggen wat die "eerste vervreemding" dan wel was! Eer hij kan uitleggen dat de landbouw verantwoordelijk was voor de eerste keer, moet Vlerick duidelijk maken waarvan de Homo Sapiens vervreemd is en dat blijkt van de natuurlijke manier van samenleven van de jagers-verzamelaars te zijn. Zij leefden in groepen van een 150 mensen en hadden een beperkt aantal kinderen. Dat veranderde grondig zodat er sociale instellingen moesten ingevoerd worden, zoals het eigendomsrecht. Religies waren en zijn een goed middel om de bevolking in het gareel te houden: als er een bovennatuurlijk iemand je dag en nacht in het oog houdt en gereed staat je te bestraffen met hel en verdoemenis, denk je wel twee keer na eer je de kip van je buurman steelt en opeet.
Hoe komt het dat juist onze diersoort zo succesvol was en onze naaste soortgenoten, de chimpansees, niet? De evolutie bevoordeelt schepsels die samenwerken door hen grotere breinen "te schenken" zodat ze zich kunnen inleven in de anderen, met hen samenwerkingsverbanden aangaan en vrijbuiters bestraffen. Vlerick vindt dus dat het epitheton "sapiens" beter kan vervangen worden door "cooperans". We zetten mannen op de maan omdat we over generaties én over de grenzen heen samenwerken. De andere kant van de medaille is dat we blijven oorlog voeren. Zowel samenwerking binnen
groepen als conflicten tussen groepen zijn geëvolueerd in een context van sterke groepscompetitie, waardoor we nog altijd geneigd zijn stamgenoten te bevoordelen. Toch zijn er meerdere denkers die de periode na W.O. II als de meest vredevolle ooit beschouwen, o.a. dankzij handel, economie en wetenschap.
Maar wat heeft nu die tweede vervreemding ingeleid, waardoor het individu een wereldburger is geworden en waardoor de landen van elkaar afhankelijk geworden zijn? We leven niet meer in een onafhankelijke land, we leven in Globalia. De oorzaken liggen voor de hand: de ultrasnelle communicatie en transportmogelijkheden. Intussen zijn we aan onze moderne wereld dermate gewend dat een schets van deze evolutie niet overbodig is. Let wel: mijn samenvatting doet geen recht aan het boek. Om inzicht te verwerven in de tweede vervreemding, om die te goed te begrijpen en te laten bezinken, moet je het boek lezen.
Dan komen we stilaan toe aan de echte reden van het schrijven van dit boek: "om tot wereldwijde samenwerking en harmonie te komen, moeten we mensen bewust maken van de noodzaak om met z'n allen samen te werken en moeten we er alles aan doen opdat ze hun morele cirkel uitbreiden." (p. 226) Waar het nog altijd mis gaat en waarom, legt hij helder uit, maar in de vijf laatste hoofdstukken geeft hij goede, redelijke redenen waarom het aanpakken van de culturele evolutie van onze samenlevingsverbanden mogelijk is en waarom wereldwijde samenwerking en harmonie geen utopische streefdoelen zijn. Als dat totaal onmogelijk zou zijn, zo schrijft hij, dan "was dit boek een zinloze onderneming".
Uitwerking
We moeten hopen dat alle wereldleiders dit boek lezen en zelfs plaatselijke politici kunnen van Vlerick leren hoe ze bijvoorbeeld massamigratie het hoofd kunnen bieden. Eigenlijk zouden we het allemaal moeten lezen! De gedachtegang is helder, waar nodig worden dingen herhaald, het belangrijkste in een hoofdstuk staat in vette druk, elk hoofdstuk eindigt met een samenvatting. Vlerick geeft voorbeelden waar nodig en enkel daar! Hij doet niet alsof hij alles alleen uitgevonden heeft: heel regelmatig verwijst hij naar gelijkgezinden, zoals Steven Pinker, David Van Reybrouck of Richard Dawkins (zie de eindnoten). Bovendien is het een optimistisch werk: niet alleen wijst hij erop dat de wereld er nooit zo goed aan toe was als nu, het is mogelijk om Globalia nog beter te maken als de individuen of de burgers de redelijke richtlijnen opvolgen die Vlerick uiteen zet.
Mooie lay-out met ontelbare stippels en strepen die ik zie als zovele individuen die elk op zich een eenheid vormen maar toch onherroepelijk met elkaar verbonden zijn.
Gerda Sterk