30 januari 2024
Verslaafd aan ons eigen gelijk. Pleidooi voor perspectivistische lenigheid.
Een eerste blik op het boek verklapt al meteen dat de auteur trouw is aan zijn missie om filosofie toegankelijk te maken voor een zo breed mogelijk publiek. Het is dun, slechts 160 pagina’s, het ligt goed in de hand, en vermoedelijk zal het vlot leesbaar zijn. Dat laatste klopt zeer zeker. Bovendien geeft de auteur in zijn voorwoord mee dat de lezer zonder problemen eerst de laatste vier hoofdstukken kan lezen en daarna pas de eerste vier. Wat ook al meteen als een vorm van lenigheid kan beschouwd worden. Zelf lijk ik niet over die lenigheid te beschikken. Ik overweeg zelfs niet het te proberen, ik begin het boek zoals gewoonlijk: bij het begin.
In dat eerste deel beschrijft de auteur zijn eigen levensloop, schetst kort de huidige samenleving en ontmaskert onze luiheid. Dat doet hij door de voor de lezer met een voorkeur voor soortgelijke boeken reeds gekende begrippen uit de doeken te doen, zoals ‘confirmation bias, cognitieve resonantiereductie en het Dunning-Kruger-effect enz.
Kamphuis, filosoof en Nederlander, komt zelf uit een streng religieus milieu waar alles zwart-wit was. Het gevolg is dat hij besluit om dominee te worden. Na een paar jaar theologie studeren, vindt hij het plausibel om daarnaast ook filosofie te studeren. Er ontstaan daardoor scheurtjes in zijn dichtgetimmerde blik op de wereld en hij besluit uit zijn dogmatische wereld te ontsnappen. Voortschrijdend inzicht maken hem aanvankelijk optimistisch, maar al snel beseft hij dat ook de hele samenleving lijkt op de zwart-witwereld van de kerk waarin hij opgroeide. Bekende schrijvers en filosofen worden geëerd doordat elk hoofdstuk van deze uitgave begint met een toepasselijk citaat van hun hand. Kamphuis laat de gekende wijsgeren ook aan het woord in de hoofdstukken zelf zodat hij met hun hulp zijn punt kan maken. Ons denken is namelijk lui. ‘We bewandelen graag de platgetreden paden in ons hoofd’. Bijgevolg kies ik hier dus zélf ook alweer gewoontegetrouw om Spinoza, mijn onveranderd favoriete filosoof, te vernoemen, al staan er talrijke even interessante wijsgeren in. Kamphuis: ‘Volgens Spinoza maken we op allerlei terreinen […] verkeerde inschattingen, omdat we geen afstand kunnen nemen van onze eigen positie’.
Tot daar de theorie. In het tweede deel nodigt Kamphuis ons uit om aan de slag te gaan, in beweging te komen. Om die luiheid te counteren roept hij op om zelf de filosofie te beoefenen. “Door te filosoferen maak je het vertrouwde vreemd en het vreemde vertrouwd’’.
Wat volgt is een oproep om minder te polariseren, uit je bubbel te komen, uw tegenstanders niet te defrienden, andersdenkenden minstens te aanhoren en om vooral je eigen overtuigingen uit te dagen. ‘Perspectivistische lenigheid is de vaardigheid die ons in staat stelt ons te verplaatsen in andere perspectieven dan de onze’. Hij zet daarvoor een aantal verrassende raadgevingen en praktische oefeningen op een rij. Achteraan in het boek worden die nog eens opgelijst zodat die snel te raadplegen zijn mocht u in uw oude gewoonten vervallen.
Het boek heeft effect op mij. Het effect om te zwijgen. Mondje dicht. Krik-krak. Al zal dat misschien tijdelijk zijn. Ik weet het niet. En dat is dan weer een zinnetje van vier woorden dat we volgens Lammert Kamphuis vaker zouden moeten zeggen.
Ik vraag me vooral af wie er zal openstaan voor de raadgevingen en wie de perspectivistische lenigheid zal omarmen, of kortom, wie het boek zal lezen. Ik vermoed dat het alvast niet degenen zullen zijn die niet tot twijfel of nuance in staat zijn. Mijn enige kritiek op het boek is dus dat het enkel door ‘de verkeerden’ gelezen zal worden. U begrijpt wat ik bedoel. En waar staan we dan? Maar ik zou zelf allesbehalve lenig zijn als ik mijn vermoeden voor waar zou aannemen. Daar herinnert het citaat van mijn andere – uiteraard in het boek geciteerde - favoriete filosoof Montaigne me aan: ‘Wie zich inbeeldt dat hij uit kan maken wat waar is en wat niet, is een dwaas’.
Sophia De Wolf
Meer van Sophia De Wolf
Sophia De Wolf