23 september 2025
Passage Parijs - In het spoor van de schrijvers
Voor een liefhebber van Parijs én van literatuur is dit prachtige boek elke euro waard. De aanpak van Dirk Leyman is speciaal: hij combineert wandelingen door de Lichtstad met literatuur.
Dirk Leyman is een literair journalist, interviewer en essayist. Hij werkt al vijfentwintig jaar voor de krant De Morgen. Zijn stukken verschijnen ook geregeld in Het Parool. Hij stelde al twee literaire stedenboeken samen, namelijk over Gent en Nice.
Leyman vertelt het als volgt: "Ik wou de geesten van de schrijvers uit de muren en huizen lokken en in de literaire cafés en brasseries de intellectuele opwinding en de coterietjes van weleer terugvinden... het internationale twintigste-eeuwse literaire Parijs, met uitlopers naar de late negentiende eeuw en met hedendaagse zijsprongen.”
Passage Parijs pretendeert lang geen volledigheid. De essays zijn onafhankelijk van elkaar te lezen. Na de ouverturewandeling in het spoor van Patrick Modiano lost Charles Baudelaire een schot voor de boeg. Vanaf dat moment volgt Passage Parijs de krijtlijnen van de chronologie. Geen kritiekloze, lyrische lofzang op de praal van Parijs, geen voetnoten, wél een erg uitgebreide bibliografie.
Deze onorthodoxe excursie door literair Parijs puilt uit van de pittige anekdotiek, maar verbindt die telkens met het oeuvre van een auteur.
De vormgeving is sober, maar erg aantrekkelijk: zwart/wit foto's, oranje teksten met de naam en soms citaten van de auteur die we door Parijs volgen. Soms krijgen de grijze foto's ook een oranje waas over zich heen, wat allemaal bijdraagt tot de speelse aanpak.
Ik geef een voorbeeld: we volgen Georges Simenon, "de Niagara van de literatuur". Op de linker bladzijde staat een bladgrote foto van de Belgische schrijver achter zijn schrijfmachine, pijp in de mond en een fles voor zich. Op de rechter bladzijde staat in het groot een citaat van hem over Parijs en zijn naam in het oranje daaronder. Omdat de hoeveelheid gegevens overstelpend is, heeft Leyman alles gerangschikt in een abecedarium. Op de volgende bladzijde zien we eerst een citaat van Simenon in het oranje, gevolgd door een algemene beschrijving van zijn leven en dan het abecedarium.
Na Simenon volgt George Orwell. We vernemen in welk luxehotel hij als "plongeur" werkte. Die tocht wordt - zoals gewoonlijk - beëindigd met een CARNET D'ADRESSES, waarin we de huidige adressen terugvinden die in de tekst voorkwamen. Over de Zweed August Strindberg geven vele schrijvers hun ideeën, o.a. Adriaan van Dis. Dit is niet zozeer Leyman die aan het woord is en dat wordt duidelijk gemaakt door een verticale oranje streep naast de tekst. Van Strindberg zien we ook geen eigen citaat als inleiding. We duiken meteen in het "mystieke" pension Orfila. Je leest best in het boek wat het verband is, want de zwierige vertelstijl van Leyman nadoen, dat kan ik niet. Lees zeker ook hoe de eerste vrouwelijke auteur, "si grosse et si moche", zoals Marguerite Yourcenar rond 1980 smalend op de radio beschreven werd, toegelaten werd tot de uitsluitend mannelijke wereld van de Académie française.
Ik heb grote bewondering voor het enorme opzoekwerk van Leyman dat achter dit dikke boek schuilgaat. Natuurlijk is het niet geschikt om tijdens de wandelingen onder je arm te klemmen: de post meldt me dat het 1,358 kg weegt! Ik heb ervan genoten terwijl ik in mijn eigen zetel voor het raam zat te lezen. Het Frans wordt meestal niet vertaald, vermoedelijk omdat wie dit boek koopt een zekere belezenheid heeft. Regelmatig zitten er Franse (chambre de bonne, soort débarras) of Vlaamse (stoemelings) uitdrukkingen in de tekst, die ervoor zorgen dat het lijkt alsof we met Dirk aan tafel zitten, ergens in de Montparnasse, met een goed glas wijn voor ons.
Omdat Leyman zelf een verstokte boekenliefhebber is en al wie dit boek koopt dat zeker ook is, vinden we 18 pagina's met "Uitgelezen Parijse boekhandels - notre coup de coeurs", onderverdeeld in soorten. Een plan van de twintig Parijse arrondissementen is ook handig. Een bibliografie per hoofdstuk zal iedereen interesseren, evenals de Algemene Bibliografie Passage Parijs. Ook het personenregister is onmisbaar.
Gerda Sterk