19 januari 2025
Dochters van Sevilla - Het verhaal van een hoer en een non
Een keuze maken uit de veelheid van publicaties die op me afkomen is niet altijd makkelijk. Komt daarbij dat ik bij het recenseren van een werk me vooral sterk betrokken wil voelen. Ik zoek naar aanknopingspunten, emoties en vooral herkenbaarheid. Een boek wil ik aanvoelen alsof ik het zelf had willen schrijven. Het gebeurt dan weleens dat er nadien vanwege de schrijver reactie komt op mijn beoordeling. Ik citeer: “Het is precies alsof je op mijn boek zat te wachten!” (‘De brug’, Jan van der Ven), “Met dank voor de correcte recensie” (’Operatie Kerk’, Walter Van Steenbrugge) en onlangs “Je hebt mijn aanpak van het onderwerp perfect begrepen èn… kom je naar de boekpresentatie?” (‘De wereld van Billy the Kid’, Lode Melis). Onwaarschijnlijk dat Susana Martín Gijón mijn recensie zal lezen.
Wat heb ik nu gemeen met Sevilla in de 16e eeuw en vooral wie is Susana Martín Gijón? Ik was een hele tijd geleden in Andalusië en dan mocht Sevilla niet ontbreken. Nu we een vakantieverblijf hebben in het land van Miguel de Cervantes Saavedra wil ik ook weleens weten hoe de huidige Spaanse auteurs zijn Don Quichot proberen te evenaren. Susana Martín Gijón is een gerenommeerde Spaanse bestsellerauteur en waagde zich nu met Dochters van Sevilla aan haar eerste historische roman.
Als je weet dat Spaanse studenten ‘de avonturen van de gekke dolende ridder’ voortdurend worden ingeramd, dan is het voorspelbaar dat ook Susana een beetje cynisch verwijst naar de oubollige amoureuze verhalen van heldhaftige ridders. Dat soort literatuur is zelfs tijdens de reformatie geen leesvoer meer voor de rechtschapen katholiek of vrome religieus. De Inquisitie, een samenraapsel van gelegaliseerde psychopaten en seriemoordenaars ligt altijd op de loer. Diegene die de burcht aan de overkant van de rivier wordt binnen gesleurd komt er zelden levend uit tenzij hem of haar de brandstapel wacht.
Toch moet ik benadrukken dat deze geschiedenis niet van mij is en ook niet van eerdergenoemde transcribent, maar van een groot schrijfster uit de zestiende eeuw die in de vergetelheid is geraakt.
Susana Martín Gijón, Sevilla, juni 2023
Het verhaal speelt zich vooral af in de smerige onderbuik van die op het eerste zicht bloeiende havenstad aan de Guadalquivir of Betis ergens einde 16e eeuw. De hoofdpersonages zijn twee hartsvriendinnen, een non van de orde van de ongeschoeide Karmelietessen gesticht door de heilige Teresa van Ávila en een hoer uit één van de vele legale bordelen in de havenbuurt. Een machtige vloot ligt klaar om te vertrekken naar de Nieuwe Wereld of ‘Tierra Firme’. Heel veel hangt af van het welslagen van die expeditie want het Spaanse Rijk onder Filips II heeft het stillaan financieel moeilijk.
De late Middeleeuwen zijn voorbij en het bedwingen van de Ottomanen, de godsdienstoorlogen in o.a. Vlaanderen en de hebzucht van corrupte notabelen en handelaars dwingt Spanje om regelmatig de gevaarlijke overtocht te wagen. Wie zich toen geroepen voelde en op welke manier om daar fortuin te maken wil je echt niet weten. Geweld, hebzucht en wreedheid zijn naast de hypocrisie van het katholicisme exportproducten naar de overkant terwijl, als de gevaarlijke terugtocht tenminste lukt, goud en zilver de schatkamers van een reeds in verval verkerend hoogmoedig Spanje moeten vullen. Koning Filips II houdt die handel nauwgezet in de gaten.
Het noodlot slaat toe nog vooraleer de vloot het ruime sop kiest. Op het boegbeeld van de ‘Soberbia’, het vlaggenschip van de vloot, staat het afgehouwen hoofd van een goed beklante hoer uit het meest bezochte bordeel van de stad: Babylon. Het is de onfortuinlijke rosse Violente die met haar kennis van medicinale kruiden de meiden in het bordeel met raad en daad bijstaat. Er gaat een golf van paniek doorheen Sevilla want het bezoedelen van een boegbeeld is voor de bijgelovige zeelui een hels voorteken. De meesten haken af en de vloot blijft werkeloos aan de kade.
Damiana, een donkergetinte hoer met exotische roots en collega van Violente gaat haar jeugdvriendin, de non Catalina opzoeken in het klooster. Er worden allerlei verklaringen gezocht voor de moord en niet onbelangrijk om weten is dat Cádiz stilaan aan belangrijkheid wint als beter bereikbare en veilige zeehaven. Ligt commerciële afgunst aan de basis van de misdaad? Als een rode draad doorheen het verhaal duikt een mysterieus Afrikaans houten beeldje op met daarin verborgen een cijfercombinatie die voor een geoefende zeeman meteen herkenbaar wordt als coördinaten. Die plaatsbepaling samen met een groezelig dagboekje doen de fantasie op hol slaan. Eldorado? Kortom, iedereen wil dat beeldje en de bijhorende gegevens.
Als ik toch iets mag wensen, dan is het dat dit geschrift niet verloren gaat, zoals al die andere die de Inquisitie met zoveel vuur censureert. Dat het op een dag aan het licht mag komen en er dan recht geschiedt.
Een vrouw uit Toledo, Lissabon, oktober 1603
Doorheen het verhaal beschrijft de schrijfster het reilen en zeilen in de stad Sevilla van de 16e eeuw op een heel gedetailleerde, bijna perverse manier. Soms zou je zelfs een voyeuristische bijna pornografische belangstelling van de schrijfster vermoeden. Dit is niet echt zo’n verrassing in de Spaanse literatuur jaren na La Movida Madrileña. Het gaat naast de rauwe beschrijving van prostitutie ook over een dystopische wereld waarin je voortdurend op je hoede moet zijn voor corrupte ordehandhavers, criminelen, psychopaten, moordenaars en een verstikkend katholicisme. De Inquisitie is onverbiddelijk en heel regelmatig belanden ‘vermoede zondaars’ op de brandstapel; zelfs religieuzen!
Je gaat nu, bijna vijf eeuwen na datum, op een heel andere manier kijken naar de prachtige stadspaleizen, de kerkgebouwen en de kloosters. Susana Martín Gijón heeft in deze historische thriller haar feitenkennis over die periode uitstekend verwerkt. De wijk Triana, de kathedraal, de rivier, de Barcasbrug en de Torre del Oro, je zou er heden zonder moeite terug de weg vinden naar het klooster van de ongeschoeide karmelietessen of… het bordeel Babylon.
Stoort het dat het verhaal in Sevilla regelmatig wordt onderbroken door het relaas over een obscuur machtig rijk in donker Afrika lang voordat de conquistadores de oversteek waagden? Wat heeft dit (imaginair?) imperium te maken met de hoofdrolspelers in de ‘dochters van Sevilla’? De ontknoping?
Ik laat het antwoord op die vragen aan de ongeduldige lezer die het aandurft om dit werk in één ruk uit te lezen. Ik althans, deed er slechts enkele uren over om te weten ‘who done it’?
Michel Ackaert
Meer van Michel Ackaert
Michel Ackaert